In Brussel speelt zich een opmerkelijk debat af. Het Europees Parlement lijkt zich niet te richten op het aanpakken van klimaatverandering, voedselzekerheid of volksgezondheid, maar op een woordspelletje: mag een plantaardig product eigenlijk wel een “burger” of een “worst” heten?
De landbouwcommissie van het Europees Parlement stemde onlangs vóór een verbod op het gebruik van vleesgerelateerde termen voor plantaardige en gekweekte vleesalternatieven. Daarmee zou een “veggie burger” of “sojaworst” binnenkort simpelweg niet meer zo genoemd mogen worden. Wat dit extra wrang maakt: vijf jaar geleden wees hetzelfde Parlement zo’n voorstel nog af. Nu lijkt de wind gekeerd en dreigt er alsnog een EU-breed verbod.
Geen geldige argumenten
Het argument achter dit voorstel is dat consumenten mogelijk misleid worden. Maar volgens onderzoek is daar geen enkel bewijs voor. Studies laten zien dat de overgrote meerderheid van consumenten donders goed weet wat een plantaardige burger is. Sterker nog, het opleggen van nieuwe, onbekende namen zou juist verwarring kunnen scheppen.
Boeren schieten er evenmin iets mee op. Velen zijn juist bezig met het opbouwen van nieuwe waardeketens rond plantaardige eiwitten zoals soja en erwten. Een verbod op gangbare namen kan die inspanningen ondermijnen. Innovatie komt ook in de knel: bedrijven die werken aan duurzame alternatieven worden gedwongen om omslachtige en onbegrijpelijke namen te verzinnen, terwijl hun producten duidelijk aansluiten bij bestaande categorieën.
Altijd weer die vleeslobby
Critici wijzen erop dat dit verbod niet gaat over consumentenbescherming, maar over de invloed van de veesector en de lobby daarachter. Het voorstel staat bovendien haaks op de eigen doelstellingen van de EU, die juist oproept tot diversificatie van eiwitbronnen en meer ondersteuning van plantaardige alternatieven, omwille van het klimaat, de gezondheid en de voedselzekerheid.
De stemming in de landbouwcommissie was een nipte voorbode. In oktober komt de plenaire stemming, waarbij alle Europarlementariërs zich mogen uitspreken. Als het voorstel daar wordt aangenomen, volgen onderhandelingen met de Raad en de Europese Commissie. Het risico is groot dat Europa dan alsnog een verbod invoert op woorden als “burger” en “worst” voor plantaardige producten.
Wat resteert is een surrealistisch beeld: terwijl de planeet kampt met een enorme voedsel- en klimaatcrisis, verspilt de politiek energie aan een woordenstrijd. Consumenten raken er niet van in de war, maar duurzame innovatie wel. Of Europa daadwerkelijk kiest voor duurzame eiwitten of voor het beschermen van de oude industrie, zal blijken in de komende maanden. Maar dat zal de Europese Commissie wel weer worst wezen.
Blijf op de hoogte met de nieuwsbrief. Meld je hier aan.
( Je kunt ons ook steunen door lid te worden of te doneren )