Het Europees Parlement heeft ingestemd met drie energiewetten die het Europese energiebeleid voor de komende twaalf jaar zullen bepalen. Dankzij regels en 2030-doelen voor schone energie en energiebesparing zullen de klimaatdoelen met deze wetten makkelijker gehaald kunnen worden. De wetten leggen ook een harde deadline op: eind 2018 moeten de onderhandelingen over het Nederlandse Klimaatakkoord worden afgerond.
De onderhandelingen over het Klimaatakkoord moeten eind dit jaar afgerond zijn, want de lidstaten moeten voor 1 januari 2019 hun nationale klimaat- en energieplan opsturen naar de Europese Commissie. De Commissie zal deze plannen vervolgens beoordelen en per lidstaat aanbevelingen doen over het ambitieniveau en de voorgestelde maatregelen.
De energiewetten maken het behalen van de Nederlandse klimaatdoel van 49% ook makkelijker. De energiebesparingswet verplicht energiebedrijven om consumenten te helpen bij het realiseren van een verplichte jaarlijkse energiebesparing van 0.8 procent.
Het Europees Parlement stemde over de hernieuwbare energierichtlijn, de energiebesparingsrichtliin en de verordening voor de governance van de Europese Energie-Unie. D66-europarlementarier Gerbrandy was betrokken als onderhandelaar bij de laatste twee dossiers. In de wetten is vastgelegd dat de EU in 2030 ten minste 32,5% energiebesparing en een aandeel van 32% schone energie moet realiseren. Voor het behalen van deze doelen zijn tussenstappen voor 2023, 2025 en 2027 en specifieke maatregelen vastgelegd.