De stijging van de energieprijzen is dit jaar veel hoger dan verwacht, en ook hoger dan het Kabinet eerder voorspelde. Dat komt omdat er oude cijfers zijn gebruikt bij de prognose. Daardoor kloppen de koopkrachtplaatjes niet: mensen zijn veel meer geld kwijt aan energie dan voorgesteld.
De voorspellingen van Keijzer vallen lager uit omdat ze is uitgegaan van cijfers van het PBL uit 2017. Dat zijn weliswaar de meest recente cijfers van het planbureau, maar ook het CBS levert (recentere) cijfers en marktbewegingen van energieprijzen zijn elke dag real time te volgen. Bovendien bepaalt het kabinet zelf de hoogte van de belastingen.
Tegen het AD reageerde de staatssecretaris in eerste instantie dat de cijfers, die twee vergelijkingssites hadden opgesteld, niet zouden kloppen. Ook verschillende kamerleden waarschuwden al voor sterker stijgende energiekosten. Uiteindelijk bleken deze wel correct.
Dit beeld roept de vraag op of er hier sprake is van een blunder, of van een vorm van misleiding. Immers, de energieprijzen maken vooral voor lagere inkomens het verschil tussen voor- of achteruitgang in koopkracht. Met de werkelijke cijfers zoals ze nu bekend zijn (en bekend hadden kunnen zijn) komt de belofte van het kabinet dat ‘iedereen er op vooruit zou gaan’ op losse schroeven te staan. ,”Laten we mensen niet bang maken”, zei staatssecretaris Mona Keijzer afgelopen december nog in de Tweede Kamer.
Kamerleden waarschuwden toen al voor mogelijk negatieve effecten van een te forse belastingverhoging op energie. Die argumenten werden toen weggewoven.
Op vragen van boze kamerleden om compensatie voor de sterke verhoging van de energieprijzen ging minister Wiebes niet in. Hij wil wachten op nieuwe berekeningen van het Centraal Planbureau.
Het Centraal Planbureau kijkt nu of de eerder gepresenteerde koopkrachtplaatjes nog wel kloppen.