In de wandelpaden door bossen en terreinen van Natuurmonumenten zit plastic. Dat kan de bedoeling niet zijn en dat was het natuurlijk ook niet. Maar het zit er wel in. Pointer ontdekte het en maakte er een reportage over.
Om wandelpaden in natuurgebieden te verstevigen, heeft Natuurmonumenten gebruik gemaakt van menggranulaat, vervuild bouwpuin met plastic afval. Het gaat om paden in het natuurherstelgebied Marker Wadden en in Natura-2000 gebieden, blijkt uit onderzoek van journalistiek platform Pointer (KRO-NCRV). En dat terwijl plastic schadelijke gevolgen kan hebben voor de natuur.
“Natuurgebieden proberen we schoon te houden, daar moet juist geen bouwafval met plastic terechtkomen”, zegt Auke-Florian Hiemstra (Naturalis Biodiversity Center). Hij is bioloog en onderzoekt de gevaren van plastic op vogels. “Vogels zien plastic aan voor voedsel of ze gebruiken het om nesten mee te bouwen. Plastic draden, stroken of ringen, daar kunnen ze gemakkelijk in verstrikken.”
Vogelparadijs
Toch heeft Natuurmonumenten de afgelopen jaren dit met plastic verontreinigde bouwpuin meerdere keren ingezet om paden te verstevigen. Op de Marker Wadden in het Markermeer bijvoorbeeld, waar met slib, klei en zand vijf nieuwe eilanden zijn gevormd met als doel de biodiversiteit te stimuleren en een vogelparadijs te creëren. Het is één van de grootste natuurherstelprojecten in West-Europa.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan met een donatie. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Hoewel de paden ruim 5 jaar geleden zijn aangelegd, ligt er vandaag de dag nog steeds bouwafval op en langs de paden, zoals afgebrokkelde pvc-buis, deeltjes van kunststofleidingen en stekkers.
Natuurmonumenten geeft aan dat ze een fout hebben gemaakt en dat plastic inderdaad niet thuishoort in de natuur. “We hebben menggranulaat gebruikt vanuit het idee van circulariteit, het hergebruiken van afval”, reageert Roel Posthoorn, projectleider Marker Wadden van Natuurmonumenten. Het is een dilemma, volgens hem: “Voor betonwegen graven ze bergen af voor het cement, schelpen halen ze uit de Waddenzee. Iedere oplossing heeft wel een nadeel.”
Het vermalen bouwpuin mag maximaal 1 procent vervuiling zoals plastic afval bevatten: dit is opgenomen in de Regeling bodemkwaliteit. Het gebruik ervan is wettelijk toegestaan, ook in natuurgebieden, hoewel producenten van dit menggranulaat afraden om het hier te gebruiken.
Ook bij de Limburgse Mookerheide heeft Natuurmonumenten dit vervuilde bouwpuin ingezet. Zelfs in de beschermde Natura 2000-gebieden, bij de Zuid-Hollandse Duinen van Goeree en het Drentse Dwingelderveld, is de afgelopen weken bouwpuin gevonden langs de paden. Het gaat bijvoorbeeld om resten montagekit, tiewraps en deeltjes van plastic buizen.
Schonere variant
“Het is geen goed idee om plastic deeltjes op wandelpaden toe te passen, want ze kunnen zich verspreiden in het milieu”, zegt Susanne Waaijers-van der Loop, onderzoeker bij het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Het RIVM roept op om geen plastic afval in de natuur te werpen. Want plastic vergaat bijna niet. Het brokkelt af tot microscopisch kleine deeltjes: microplastics, dat zijn kunststofdeeltjes tot 5 millimeter, en uiteindelijk zelfs tot nanoplastics die nog kleiner zijn.
“Op de Marker Wadden gaan we het menggranulaat niet meer gebruiken”, zegt Posthoorn. Indien Natuurmonumenten het bouwpuin elders wel gebruikt, wil de natuurorganisatie overgaan op een schonere variant met 0,1 procent vervuiling.
Pointer: Plastic in paden van Natuurmonumenten, zondag 6 november om 22:10 bij KRO-NCRV op NPO2.
Foto: Justus Cooiman