De transportsector was in 2019 verantwoordelijk voor ongeveer een kwart van de wereldwijde CO2-uitstoot, waarbij meer dan 70 procent voor rekening kwam van vervoer over de weg.
Het is duidelijk dat deze emissies moeten worden beperkt om de doelstellingen van het klimaatakkoord van Parijs te halen en catastrofale klimaatverandering te voorkomen. Maar het uitfaseren van benzine- en dieselauto’s ten gunste van elektrische voertuigen kan onaanvaardbaar hoge sociale en milieukosten met zich meebrengen.
De ongekende toename van de vraag naar de grondstoffen die nodig zijn voor de productie van de batterijen voor deze voertuigen brengt ernstige risico’s met zich mee voor de mensenrechten en het milieu, en roept de vraag op hoe duurzaam en eerlijk een dergelijke mobiliteitstransitie werkelijk is.
Om deze vraag te beantwoorden, analyseert dit rapport de samenstelling van de meest voorkomende Li-ion-batterijen en bekijkt de hele waardeketen, van mijnbouw tot eindproduct, en mogelijkheden voor recycling. Aan bod komen de samenstelling van de batterijen, de grootste spelers in de industrie en de (verwachte) gevolgen van de ‘electric vehicle boom’ in de praktijk.
Lithium triangle
De druk van de grote batterijvraag wordt steeds meer gevoeld door gemeenschappen over de hele wereld, ook in Argentinië, Chili en Bolivia – de zogenaamde ‘Lithium Triangle’, landen die driekwart van de lithiumvoorraden ter wereld herbergen. Dat is ook zo in de Democratische Republiek Congo, die ongeveer tweederde van het kobalt ter wereld produceert.
De gerapporteerde problemen omvatten zware vervuiling, waterschaarste, blootstelling aan giftige stoffen, niet-transparante informatie, gebrek aan raadpleging en toestemming van de gemeenschap, conflicten en misbruik in de gemeenschap, impact op inheemse rechten, gevaarlijke mijnbouwomstandigheden en kinderarbeid. De ongekende toename van
de vraag naar deze en andere grondstoffen brengt dus ernstige mensenrechten- en milieurisico’s met zich mee en roept de vraag op hoe duurzaam en eerlijk een mobiliteitstransitie daadwerkelijk is, als die steunt op de massale productie van elektrische voertuigen.
Naast een kritische kijk op de huidige en toekomstige gevolgen voor mens en milieu, belicht het rapport ook alternatieve, minder van mineralen afhankelijke strategieën om de uitstoot in de vervoerssector te verminderen.
Onderdeel daarvan zijn een mobiliteitsysteem dat veel meer uitgaat van autodelen, een grotere ketenaansprakelijkheid voor producenten en betere beheersing van grondstofstromen.