De productie van zonnestroom is in ons klimaat veel te wispelturig. Hetzelfde geldt voor windenergie. Er bestaat geen goede techniek om de energie op te slaan. Om constante stroomlevering te garanderen hebben we kolencentrales nodig. Natuurlijk moeten we niet op één paard wedden en tegelijkertijd ook investeren in windmolens, aardwarmte, energieopslag en -besparing. Bovendien moeten we elektriciteit in een groot Europees netwerk onderbrengen en overal slimme netwerken installeren die verbruik op productie afstemmen.
Nederland streeft naar 6000 windmolens van gemiddeld 2 MW elk. De helft daarvan is op zee gepland. Daarmee is 1/3 van ons nationale stroomverbruik te dekken. De investering is per kWh amper half zo hoog als voor PV-cellen en de uiteindelijke kosten zijn nu al lager dan voor grijze stroom. Als groene stroom belastingvrij zou zijn en grijze stroom unaniem voor alle gebruikshoeveelheden belast met 6 cent per kWh, zou de windenergie zelfs veel voordeliger worden. Dit plan is al uitvoerbaar met een investering van 17 miljard Euro en dat is slechts 7 % van ons totale spaargeld of slechts 2% van onze totale pensioenpot.
Buffering en opslag van energie is nodig zodra de bijdrage van wispelturige duurzame energie aan het net meer dan 15 % wordt. Zover zijn we voorlopig in ons land nog lang niet, maar we moeten wel aan een oplossing werken.
Een klassieke en beproefde mogelijkheid is windturbines met opslag van water in grote valmeren. Zonne-energie kan ook worden opgeslagen door kristalliseren en smelten van zouten. Daarvoor bestaan serieuze plannen bij de bouw van grote thermische zonne-energiecentrales in Spanje, Marokko en Tunesië (Desertec Foundation www.desertec.org ).
Een andere mogelijkheid is om een deel van de overtollige elektriciteit om te zetten in waterstof en deze waterstof toe te voegen aan het aardgasnet. Als we het methaangas met 10% waterstof verrijken, kunnen we daarmee circa 45 % van onze totale jaarlijkse stroomverbruik via aardgas en de conventionele gascentrales bufferen. Door het omvangrijke netwerk van bestaande gasleidingen door heel Europa en Noord Afrika biedt dit enorme perspectieven om zonder een gigantisch netwerk van kabels zonne-energie uit de Sahara naar Europa te transporteren.
Er bestaan ook slimme concepten om bij een windmolenpark windenergie, waterstof en aardgas in een brandstofcel te combineren tot een constant aanbod van stroom (Dr Kas Hemmes, TU Delft Gasgestookte windenergie en elektrische waterstof).
Het kan op termijn ook zonder aardgasnet en décentraal. Door opslag van waterstofgas dat weer wordt gebruikt in een brandstofcel. Als waterstof onder 200 bar druk wordt opgeslagen kunnen we in een tank van 150 liter voor 10 dagen energie voor één huishouden opslaan.
Recent is gebleken dat waterstof ook in de vorm van vloeibaar ammoniak bij veel lagere druk ( zoals lpg) kan worden opgeslagen. Dit ammoniak kan dan ook weer direct als voeding voor een brandstofcel worden gebruikt). Op deze manier kun je per huishouden in een tank van 150 liter voor 3 maanden energie opslaan en met een tank van 50 liter kun je dan 2000 km elektrisch rijden.
Dit is allemaal bewezen technologie in de realisatie waarvan we samen met andere Europese landen moeten investeren. Er is nog even tijd. Als we het maar wel doen zodat het operationeel is, zodra we het echt nodig hebben.
Columnist Han Blok schreef een serie Energiefabels, waarvan we er deze week elke dag één publiceren; de week van de Energiefabel op Duurzaamnieuws.nl