Sinds mijn vorige column van amper een paar weken terug over de klimaatopgave, energietransitie en de circulaire economie hebben de ontwikkelingen elkaar in hoog tempo opgevolgd. De gaswinning in Groningen wordt definitief stopgezet. Er komen nieuwe windmolenparken, er is inmiddels een interbestuurlijk programma en er komen regionale energie- en klimaatstrategieën. Prima, natuurlijk. Positief. Maar is dit wel voldoende? Komen we er hiermee of moet het gewoon toch een ietsje meer zijn? Deel twee in een serie van drie columns over de energietransitie.
# vanhetgaslos
Het grote nieuws was natuurlijk dat de gaswinning uit het Groningenveld volledig wordt beëindigd. Uiterlijk per oktober 2022, maar mogelijk al een jaar eerder, daalt de gaswinning tot onder het niveau van 12 miljard Nm3. Afhankelijk van het effect van de maatregelen wordt vanaf oktober 2022 een daling voorzien naar 7,5 miljard Nm3 en mogelijk fors minder. In de jaren daarna wordt de gaswinning helemaal afgebouwd tot nul. Het kabinet werkt samen met de regio aan een toekomstvisie voor het gebied. In het regeerakkoord waren daarvoor middelen gereserveerd ter waarde van 2,5% van de aardgasbaten.
Uiterlijk in 2022 moeten alle industriële grootverbruikers van Gronings aardgas zijn overgeschakeld op hoogcalorisch gas of op andere, duurzame bronnen. In totaal gaat het om 170 bedrijven die jaarlijks gezamenlijk circa 4,4 miljard Nm3 laagcalorisch gas afnemen. Intrigerend om te zien dat het ook hier gaat een kleine groep bedrijven, net zoals dat het geval is bij de CO2-uitstoot in Nederland. Vermoedelijk is sprake van grote overlap – maar daar zouden we nog eens zorgvuldig naar moeten kijken.
# windopzee
Het kabinet maakte daarnaast de plannen bekend voor windparken op zee voor de periode 2024-2030. Samen met de andere windparken op zee moeten deze voldoende duurzame stroom opleveren voor 40% van ons huidige totale elektriciteitsverbruik. Dat blijkt uit de ‘Routekaart windenergie op zee 2030’, die aangeeft dat we van 4,5 naar 11,5 gigawatt gaan tussen 2024 en 2030. In het nog vigerende Energieakkoord (2013) is afgesproken dat in 2023 vijf windparken moeten zijn gerealiseerd die, samen met de bestaande windparken, een totaal vermogen hebben van circa 4,5 gigawatt.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan als ondersteunend lid. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Op grond van het huidige regeerakkoord moet daar tussen 2024 en 2030 voor nog eens 7 gigawatt aan windparken op zee bij komen. Samen is dat goed dus voor (afgerond naar boven) 15 gigawatt. Klinkt indrukwekkend, maar heeft u het al omgerekend naar Petajoule? En wat blijft er dan van over? Naar schatting gaat het nu al om 15 tot 20 miljard euro aan investeringen maar daar staan wel 10.000 banen gedurende de periode 2024-2030 tegenover.
#IBP
En wat misschien in alle hectiek bijna was vergeten, is het inmiddels in februari gelanceerde Interbestuurlijke Programma (IBP). In het IBP werken Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen samen aan maatschappelijke opgaven. Dit programma geeft uitvoering aan een aantal afspraken in het regeerakkoord, waaronder ‘samen aan de slag voor het klimaat’. Dit onder meer door circa 50.000 nieuwbouwwoningen per jaar aardgasvrij op te leveren in 2021 en 30.000-50.000 bestaande woningen per jaar aardgasvrij te maken of ‘aardgasvrij-ready’. De aansluitplicht van gas wordt vervangen door een warmterecht, waarmee eindgebruikers aanspraak kunnen maken op een aansluiting op een (verzwaard) elektriciteitsnet of een warmtenet. Hiermee wordt een eerste stap gezet op weg naar een verduurzaming van 200.000 huizen per jaar, een tempo dat nodig is om in 30 jaar (dat is tot 2050) de hele voorraad van 6 miljoen woningen te verduurzamen.
#REKS
Het is bovendien spannend te weten dat een cruciaal onderdeel van het IBP het opstellen van Regionale Energie- en klimaatstrategieën (de REKS) is. Een REKS is een programmatische aanpak van de energie- en klimaattransitie gericht op CO2-reductie. “Het Programma Regionale Energiestrategieën wil met de dealpartijen ervaring opdoen met een aanpak waarmee in zeven pilotregio’s wordt gewerkt aan een regionale energiestrategie. Deze aanpak bestaat uit de realisatie van de beoogde CO2-reductie op korte termijn en aan het samenvoegen van alle ontwikkelingen en plannen tot een samenhangende strategie voor de betreffende regio in relatie tot de lange termijn opgave” (www.vng.nl). Het opstellen moet samen met bedrijven, organisaties en burgerinitiatieven gebeuren. De ruimtelijke vertaling wordt vastgelegd in de landelijke, provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies.
#INEK
Het opstellen van een REKS zal niet vrijblijvend zijn omdat het rijk deze regionale strategieën als input gebruikt voor het Integraal Nationaal Energie- en Klimaatplan (INEK). Het INEK geeft aan hoe de beoogde reductie van de broeikasgasemissies in 2030 op nationaal niveau wordt gerealiseerd. Nederland is in het kader van het Parijse klimaatakkoord verplicht om eind 2018 een concept INEK in te dienen bij de Europese Commissie. De komende tijd wordt landelijk besteed om knelpunten en oplossingen in beeld te brengen. Dat moet in de tweede helft van 2018 leiden tot concrete afspraken in o.a. een nationaal Klimaat- en Energieakkoord (KEA), met alle maatschappelijke partners. Steeds duidelijker wordt er toegewerkt naar plannen waarin de verschillende partners aangeven wat zij gaan leveren om te komen tot 49% broeikasgasreductie in 2030. Daarbij is de toon inmiddels gezet: het zal niet vrijblijvend zijn. Dat is na 25 jaar van vooral pappen en nathouden een goede zaak.
#ikweethetniet
Maar toch knaagt er een klein stemmetje. Wie deze lawine aan berichten en besluiten met enige dosering tot zich neemt, kan zich niet aan de indruk onttrekken dat het Rutte III en misschien meer nog wel Eric Wiebes (Minister van Economie en Klimaat) echt menens is als het gaat om de energietransitie. Desondanks heb ik maar het gevoel dat dit niet het volledige plaatje is. We reduceren het gebruik van gas in ongeveer 10 jaar tot 0%. Maar dat is maar 21% van onze energievoorziening (zie overzicht 2018 van www.ebn.nl). Dus waar zijn de plannen voor de reductie van het gebruik van kolen en olie, samen goed voor 79% van de energievoorzieningen?
Het kabinet wil dat alle kolencentrales uiterlijk in 2030 dicht zijn, maar alleen met windmolens en zonnepanelen redden we het niet. Dus hoe komt de mix eruit te zien? Heb ik iets gemist? Welke mogelijkheden zijn er nog meer? Zullen we dat, liefst met spoed, gaan agenderen en onderzoeken? En niet onbelangrijk waar gaan we deze transitie met elkaar van betalen? Aan deze lastige vragen wil ik graag mijn derde en laatste column over dit onderwerp besteden.
Jan Jonker
Jan Jonker is hoogleraar Duurzaam Ondernemen aan de Radboud Universiteit te Nijmegen. De afgelopen twee jaar heeft hij onderzoek gedaan naar de Circulaire Economie in Nederland. De ideeën uit dat onderzoek zijn nu uitgewerkt in een Werkboek Circulaire Business Modellen. Dit werkboek verschijnt op 18 mei a.s. en is daarna gratis beschikbaar voor eenieder die dat wil via de website www.circulairebusinessmodellen.nl