Volgens een nieuw onderzoek naar hoe omslagpunten elkaar kunnen versterken en versnellen, zal de ineenstorting van ecosystemen waarschijnlijk sneller beginnen dan eerder werd aangenomen.
Op basis van deze bevindingen waarschuwen de auteurs dat meer dan een vijfde van de ecosystemen wereldwijd, waaronder het Amazone regenwoud, binnen een generatie het risico loopt op een catastrofale ineenstorting.
“Het zou heel snel kunnen gebeuren”, zegt prof. Simon Willcock van Rothamsted Research, die de studie mede leidde. “Wij zouden wel eens de laatste generatie kunnen zijn die de Amazone ziet.
Het onderzoek, dat werd gepubliceerd in Nature Sustainability, zal waarschijnlijk tot een verhit debat leiden. Vergeleken met het al lang bestaande en onomstotelijk bewezen verband tussen fossiele brandstoffen en de opwarming van de aarde, is de wetenschap van omslagpunten en hun interacties relatief onontwikkeld.
Het hoogste wetenschappelijke adviesorgaan van de Verenigde Naties, het Intergovernmental Panel on Climate Change, is voorzichtiger. In zijn laatste rapport zegt het dat er een kans is op een omslagpunt in het Amazonegebied tegen het jaar 2100.
Veel eerder
Verschillende prominente wetenschappers uit Brazilië, waaronder Carlos Nobre, hebben echter gewaarschuwd dat dit veel eerder kan gebeuren. De nieuwe studie onderstreept dat alarmerende vooruitzicht. In het onderzoek wordt opgemerkt dat de meeste studies zich tot nu toe hebben gericht op één oorzaak van vernietiging, zoals klimaatverandering of ontbossing. Maar wanneer je dit combineert met andere bedreigingen, zoals waterstress, degradatie en riviervervuiling door mijnbouw, komt de afbraak veel sneller.
Het Erhaimeer in China stortte eerder in dan de meeste waarnemers hadden verwacht. Volgens Willcock kwam dit doordat de prognoses gebaseerd waren op één factor – landbouwafvoer die het watersysteem overlaadde met overtollige voedingsstoffen – maar andere stressfactoren deze afbraak verergerden en versnelden. Toen klimaatvariatie, waterbeheer en andere vormen van vervuiling aan de mix werden toegevoegd, verloor het systeem van het meer snel zijn veerkracht.
Model met 70.000 variabelen
Het team, bestaande uit wetenschappers van de universiteiten van Southampton, Sheffield en Bangor en van Rothamsted Research, bekeek twee ecosystemen van meren en twee bossen met behulp van computermodellen met 70.000 aanpassingen van variabelen. Ze ontdekten dat tot 15% van de instortingen het gevolg was van nieuwe stress of extreme gebeurtenissen, zelfs terwijl de primaire stress op een constant niveau werd gehouden. De les die ze hieruit trokken was dat zelfs als één deel van een ecosysteem duurzaam wordt beheerd, nieuwe spanningen zoals de opwarming van de aarde en extreme weersomstandigheden de balans kunnen doen doorslaan naar een ineenstorting.
Hoewel de omvang van het onderzoek beperkt was, zeiden de auteurs dat de resultaten aantonen dat beleidsmakers met meer urgentie moeten handelen.
“Eerdere studies naar ecologische omslagpunten suggereren aanzienlijke sociale en economische kosten vanaf de tweede helft van de 21e eeuw. Onze bevindingen suggereren dat deze kosten veel eerder kunnen optreden,” merkte medeauteur prof. John Dearing op.
Willcock zei dat de bevindingen “verwoestend” waren, maar zei dat deze benadering – van analyse door middel van systeemdynamica – ook een positief potentieel had omdat het liet zien dat kleine veranderingen in een systeem grote gevolgen kunnen hebben. Hoewel het onderzoek zich richtte op het negatieve aspect, zei hij dat het tegenovergestelde ook waar kan zijn. Het Erhaimeer heeft bijvoorbeeld tekenen van herstel vertoond.
“Dezelfde logica kan ook omgekeerd werken. Als je positieve druk uitoefent, kun je mogelijk snel herstel zien,” zei hij, hoewel hij benadrukte dat de tijd sneller opraakt dan de meeste mensen zich realiseren.
Uit: The Guardian