Beste Hans, Günter Grass schreef al weer lang gelden over de sociaal democratie. Hij noemde het boek: Tagebuch einer Schnecke. Dat je geduld moet hebben in de sociaal democratie geldt nog meer voor de Nederlandse situatie. Heel langzaam maar wel beslist is er sprake van vooruitgang. Om die reden ben ik omstreeks midden jaren 70 lid geworden van de PvdA; bezield ook zoals velen door Joop Den Uyl. In de loop van al die jaren weet je dat je soms meer en soms minder van je standpunten en overtuiging in de dagelijkse politiek zal terugvinden. De laatste paar jaar heb ik heel geleidelijk meer afstand gekregen tot die dagelijkse politiek van mijn partij. Iedere keer was er enige teleurstelling, maar dan overheerste toch ook weer de strategische overweging en hoop: alleen met een sterke PvdA is het mogelijk het regeringsbeleid daadwerkelijk te beïnvloeden. Ik was partijraadslid, lid van gewestelijke besturen, raadslid en directeur van de PvdA. Dan duurt het een tijd voordat de loyaliteit op is.
Ik heb vanavond besloten mijn lidmaatschap op te zeggen. De maat is vol. Het debat over de strafbaarstelling van illegaliteit was een eerste moment waarop ik dacht dit gaat niet meer. Op het laatste moment werd de onmiddellijkheid daarvan afgewend door het congres. Het ijzerenheinig volhouden aan de bezuinigingsnormen ging mij als sociaal democraat en econoom steeds meer dwars zitten. Tegenover deze bezuinigingen stonden steeds geen noemenswaardige programma’s die zowel kunnen bijdragen aan werkgelegenheid als aan een duurzaam perspectief. Hoe vaak ook ‘groen’ genoemd dit kabinet streeft naar groei. Er is geen of onvoldoende twijfel, laat staan het uitdragen van alternatieven, aan een voortzetting van de fossiele economie, daarin gestuurd door een bankwezen dat zijn ongelimiteerde gang kan gaan.
Nu besloten is in te stemmen met de aankoop van de JSF stop ik ermee. Van het spoor van de trage slak is niets meer over dan een slijmspoor. Ik wens daar noch direct, noch indirect mee verbonden te blijven.
Ik verzoek je mijn lidmaatschap op te heffen.
Met vriendelijke groet,
John Huige