Het verschil in CO2 uitstoot tussen laboratorium en werkelijkheid heeft gevolgen voor de schatkist. Na de schandalen over de uitstoot van stikstof met sjoemelsoftware doken de Groenen in het Europarlement in een andere schadelijke stof die uit de uitlaat van een auto komt: CO2. Want ook hier is het verschil tussen laboratorium en werkelijkheid groot. Niet zozeer door frauduleuze software, maar wel doordat laboratorium en werkelijkheid nogal ver uit elkaar staan. En aangezien auto’s belast worden op CO2-uitstoot, is dat dus ook een groot gat in wat er door overheden aan belasting binnen komt en wat het zou moeten zijn als je de werkelijke uitstoot zou belasten.
Een nieuw report van de Groenen in het Europees Parlement laat zien hoe groot het verschil in belastinginkomsten zou zijn tussen laboratoriumtests en werkelijke uitstoot van CO2-uitstoot door personenauto’s en motorrijwielen. Het verschil voor 11 onderzochte landen loopt op tot 10 miljard euro in 2016. In Nederland bedraagt het verschil tussen de CO2-belasting hoe ze nu geïnd wordt en wat het bedrag zou zijn op basis van werkelijke uitstoot ruim 2,5 miljard euro voor het jaar 2016.
Dit schrikbarende cijfer laat de grote financiële gevolgen zien van de verkeerde manier waarop de CO2-uitstoot van auto’s vandaag de dag berekend wordt. Hierdoor ontbreken de juiste prikkels om de consument aan te sporen tot duurzamer transport en vervuilers een eerlijke bijdrage aan de staat te laten leveren voor de kosten die ze op de maatschappij afwentelen.
GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout: “Het is dus noodzakelijk dat er snel werk gemaakt wordt van CO2-tests gebaseerd op reële autotesten. Autobelastingen moeten gebaseerd zijn op de uitstoot in de realiteit in plaats van in een laboratorium, hoe anders kan je ooit een duurzaam transportsysteem voor elkaar krijgen. ”
Dat de tests nog steeds niet in de praktijk, maar in een laboratorium worden uitgevoerd is mede het gevolg van de lobby van de auto-industrie.