
Lieverkoekjes bakken we niet, is een oud gezegde. Dat is meer dan wat ook van toepassing op 2026, ons begin van de toekomst. Die gaat haar eigen gang, los van wat we zouden willen. Maar los van wensdenken hebben we allemaal op deze planeet een gezamenlijk belang: overleven. Liefst met behoud van waarde en waardigheid. Daar is een veilig klimaat voor nodig en een duurzaam functioneren van de samenleving. Hoe kunnen we daar zelf aan bijdragen? Wanneer we de omstandigheden te rozig inschatten, missen we de risico’s die zo’n toekomst in de weg staan. En doemdenken staat de vitaliteit in de weg die we nodig hebben om tegenwind te keren. Kortom, waar liggen de reële mogelijkheden om de huidige ecologische, economische en maatschappelijke ramkoers bij te sturen?
De roep dat de wereld vergaat is van alle tijden. We zijn er nog steeds, dus dat is goed nieuws. Aan de andere kant hebben de pessimistische auteurs wel een punt. De bedreigingen die ze aanhalen zijn reëel. Daarbij is de bol nu vol. Waar we in vroeger tijden konden opschuiven naar een fris stuk planeet als de boel was verpest, kan dat nu niet meer. Dit is de laatste ronde, tenminste, als je niet genoeg geld en middelen hebt om naar Mars te vluchten. Overigens is dat volgens Ray Bradbury ook geen oplossing.
Een realistische toekomst volgt dan uit de vraag wat kan er nog, als we alles wat we weten tegen elkaar afwegen binnen de planetaire grens van planeet Aarde.
Te veel om te bevatten
Dat klinkt mooi, maar ‘alles wat we nu weten‘? Dat is nogal wat, te veel om te bevatten, en waarschijnlijk zelfs te veel voor de huidige stand van AI om te processen. Helaas, jullie zullen het moeten doen met wat ik als redacteur weet en bij elkaar kan slepen.
Laten we die complexe chaos aan informatie en kennis maar meteen als uitgangspunt nemen: het complexe systeem Aarde. We weten uit de wiskunde dat complexe systemen een eigen dynamiek hebben waar de afzonderlijke elementen maar beperkt invloed op hebben. Ze vertonen chaotisch gedrag (in de wiskundige zin) dat hun evenwicht kan verstoren. Wanneer ze ver genoeg uit evenwicht raken, vormt zich uiteindelijk een nieuw evenwicht. Dat kan op een hoger, of op een lager niveau van complexiteit liggen, dat valt niet te voorspellen. Let op: hoger of lager betekent niet beter of slechter. Systemen houden zich niet bezig met mores of meningen.
We hebben inmiddels met verschillende complexe, chaotische systemen te maken, ieder met hun eigen problemen en dynamiek: het klimaat, het globale ecosysteem, de economie, de wereldpolitiek. Ze zijn allemaal complex genoeg om een eigen leven te leiden. Daar bovenop beïnvloeden ze elkaar ook nog eens.
De onderstroom
Je hebt er misschien al van gehoord, de onderstroom in de samenleving, die voor duurzaamheid kan zorgen. De mensen en initiatieven die je nauwelijks ziet, maar die wel allemaal in de (volgens ons) juiste richting werken. Dat idee komt voort uit het principe van complexiteit. Binnen die enorme soep vormen zich eilanden van samenhang, plekken waar er overeenstemming is. Op gebied van duurzaamheid kun je denken aan ecodorpen, energiecooperaties of protestbewegingen. Als die zich onderling verbinden kunnen ze een krachtig netwerk vormen dat het hele systeem beïnvloedt. Dat levert onze eerste toekomstkans op:
Ecologische, democratische en klimaatinitiatieven verbinden zich met elkaar in een onderstroom.
Dat gebeurt al hier. Let op: disclaimer. Er is niet alleen een groene onderstroom. Er zijn eilanden voor elke vorm van belang, ook ongewenste. Want systemen houden zich niet bezig met mores of meningen.
De economie
In groene regionen zijn we er van overtuigd dat de (neoliberale ‘vrije’ markt)economie de grootste veroorzaker is van de milieu- en klimaatproblemen. Daar zijn kasten vol boeken over geschreven. Alleen economische groei kan dat systeem in stand houden. Maar de rest van de wereld draait op voor de kosten: klimaatverandering, milieuvervuiling, armoede en uitbuiting. Het is lenen van de toekomst in waarden die je niet met geld terug kan betalen.
Positivo’s stellen dat de CO₂-uitstoot kan dalen terwijl de economie blijft groeien, zoals Hannah Ritchie aanhaalde. Dat staat bekend als ontkoppeling, waarbij de uitstoot van co2 minder snel groeit dan de economie, en idealiter zelfs gaat afnemen. Dat zou de weg vrijmaken voor groene groei. Maar dat is te simpel. Wanneer de ontkoppeling niet absoluut is (dalende uitstoot bij economische groei – en dat is nog vooral fictie) blijft de uitstoot stijgen. En het gaat om meer dan alleen CO2: schaarse grondstoffen, milieuvervuiling, uitbuiting en ongelijkheid.
Economische positivo’s stellen ook dat rijken goed zijn voor de samenleving. Er zou een ‘trickle down‘ effect zijn, waardoor iedereen in de samenleving profiteert van de rijksten. Maar helaas, de rijken worden alleen maar rijker (en vervuilen steeds meer) en de ongelijkheid neemt verder toe.
Je kunt nu eenmaal problemen niet oplossen met de aanpak die ze juist heeft veroorzaakt. Dat leidt tot de tweede toekomstkans:
We stappen uit het economisch systeem dat de problemen veroorzaakt.
De technologie
Vanuit de techniek worden er tientallen oplossingen aangedragen waarmee het klimaat veiliger gemaakt zou kunnen worden. Die variëren van het opzuigen van co2, uit water of uit lucht, en soms al afgescheiden tijdens productieprocessen, tot het opslaan in oude olie- en gasvelden, of het omzetten in bruikbare producten. We zien technieken om energie vanuit de ruimte naar de Aarde te stralen en om chemicaliën in wolken te strooien om zonlicht tegen te houden of regen op te wekken. Zelfs de polen zouden opnieuw bevroren kunnen worden. En AI kan helpen om al die technologie te ontwikkelen, te perfectioneren en effectief in te zetten.
Misschien. Misschien kunnen al die apparaten en processen een beetje helpen om wat van de uitstoot compenseren. Het grote probleem is echter dat al die oplossingen zo veel nieuwe apparatuur vergt, die weer enorme hoeveelheden geld, energie en grondstoffen kost om te produceren, dat ze het probleem eerst verergeren nog voordat ze kunnen beginnen om bij te dragen aan een oplossing. En we zijn al in de gevarenzone. Bovendien concurreren al die systemen met maatschappelijk gebruik van schone energie, zodat fossiele energie veel langer nodig blijft.
Hier geldt eigenlijk hetzelfde als in de economie: je kunt problemen niet oplossen met de aanpak die ze heeft veroorzaakt. Daar komt nog een ander punt bij: veel ‘oplossingen’ worden ingezet zonder dat er goed is onderzocht of ze ook doen wat ze beloven. Dat geldt zowel in de technologie als in de wetenschap. Daar hebben we het voorzorgsprincipe voor bedacht. Dat zegt dat je een nieuw proces pas toepast als zeker is dat het geen schade berokkent.
Dat leidt tot de derde toekomstkans:
We gebruiken de meest eenvoudige beschikbare techniek om een probleem op te lossen. Innovatie wordt alleen toegepast uitgaande van het voorzorgsprincipe.
Informatie en media
Op welke informatie kun je nog vertrouwen als desinformatie, door mensen en door ai algoritmes, de overhand heeft? Het is best te doen om informatiebronnen te vinden waar je van op aan kan. Maar het vergt wel wat inspanning. Dat merk ik elke dag. Aan de andere kant is de meest simpele manier om jezelf tegen leugens en onzin te beschermen gewoon wegblijven uit de media die erom bekend staan. Ze zijn al lang te groot om te bestrijden. Laat ze elkaar maar te lijf gaan. In de onderstroom kunnen we elkaar informeren over waar je het best terecht kan, en waar je beter weg kan blijven. Zo vinden we nog een toekomstkans, die in dezelfde lijn ligt:
We houden elkaar op de hoogte van betrouwbare, en van verdachte media.
De toekomst is geen Ikea pakket
Ik kan me voorstellen dat de kansen die ik schets misschien niet zo concreet zijn als je zou willen. De toekomst is nu eenmaal geen bouwpakket met een simpele handleiding in een paar plaatjes. Maar als je de kansen die ik schets, in alle algemeenheid en vaagheid, eens rustig doordenkt en bedenkt hoe en waarin je ze toe kan passen, dan ontdek je wellicht dat ze je een heel eind kunnen helpen om los te komen van het systeem dat onze samenleving ondermijnt.
Bovendien, heel veel dagelijkse dingen die helpen weet je al: minder autorijden en vliegen, minder vlees eten, minder spullen. Zelfs die blijven lastig, je merkt er zo weinig resultaat van, zeker als de politiek ook al niet meewerkt.
Wat nu vooral belangrijk is, voor ons allemaal, dat is de moed erin houden. Dat gaat makkelijker als je medestanders vindt om elkaar te motiveren en te helpen om door te gaan. Om samen meer creatieve oplossingen te vinden om los van het destructieve systeem te komen. Kleine eilandjes die elkaar vinden in de chaos en die samen weer bij grotere eilanden aanhaken. Zo bouwen we aan een nieuw weefsel.
Of dat genoeg is, of op tijd? Dat weet ik ook niet. Ik zie wel een richting die een meer houdbare samenleving op kan leveren. En ik weet het, de weerstand daartegen is enorm. Want in die wereld draait niet alles alleen om geld, doen we niet alles alleen maar omdat het kan, of om anderen te imponeren. In die wereld proberen we elkaar te helpen om te overleven en daar ook nog veilig en gelukkig bij te zijn. Met z’n 8 miljard en misschien zonder die 0,001 procent. Moet kunnen, toch?
Ik wens je een hoopvol 2026.
Peter van Vliet, hoofdredacteur
Wil jij goede, onafhankelijke informatie? Die met menselijke intelligentie wordt samengesteld? En die je informeert over hoe we samen op een realistische manier een houdbare en veilige toekomst kunnen bereiken? En wil je helpen om een platform in de lucht te houden dat hier al meer dan 20 jaar voor zorgt? Word dan nu lid-abonnee en steun zo Duurzaamnieuws.nl (voor de prijs van een kopje koffie per maand)
Als je ons wel wil steunen, maar liever geen lid wil worden, kun je ook doneren.
Blijf op de hoogte met de nieuwsbrief. Meld je hier aan.
( Je kunt ons ook steunen door lid te worden of te doneren )

