Batterijen zijn het belangrijkste onderdeel van elektrische auto’s. Daarin heeft China inmiddels zo’n grote voorsprong opgebouwd, dat deze niet meer is in te halen. Daarom trekken nu de belangrijkste fabrikanten van elektrische auto’s naar China, schrijft CNN.
Elektrische auto’s in China bouwen is logisch voor bedrijven, omdat zich daar ook de meeste klanten bevinden. Zo kunnen de fabrikanten hoge tarieven op geïmporteerde voertuigen vermijden. De markt in China is goed voor ongeveer de helft van de wereldwijde verkoop, tegenover Europa een schamele 1%.
Volkswagen kondigde vorig jaar aan dat het $ 12 miljard zou investeren in het maken van elektrische voertuigen in de tweede economie van de wereld. De Amerikaanse marktleider Tesla bouwt een fabriek in Shanghai die 500.000 elektrische auto’s per jaar zou moeten produceren, vergeleken met ongeveer 100.000 per jaar in de Verenigde Staten.
Export
Al die auto’s blijven niet alleen in China, ze komen ook terug als de export vanuit China op gang komt. Tot nu toe gebeurde dat mondjesmaat omdat de eigen markt snel groeide en de kwaliteit onvoldoende was om in Europa mee te kunnen. Maar dat verandert snel. Chinese productie wordt groter dan de eigen marktvraag en ook de kwaliteit komt op een acceptabel niveau. Een voorbeeld is Geely, dat Volvo overnam en daarmee betrouwbare technologie en reputatie in huis haalde om op de wereldmarkt mee te kunnen.
Ook accumakers verdwijnen naar China
Ondertussen kiest ook de opkomende Europese batterij-industrie ervoor om in China te investeren in plaats van in eigen land. Bijvoorbeeld het Nederlandse Lithium Werks, dat al twee fabrieken in China heeft. Het bedrijf heeft nu plannen aangekondigd om met een lokale partner een fabriek van € 1,6 miljard net buiten Shanghai te bouwen.
Die fabriek gaat genoeg lithium-ion-batterijen produceren om 160.000 auto’s per jaar van stroom te voorzien. Voorzitter Kees Koolen vertelde aan CNN dat Lithium Werks in China investeert omdat de infrastructuur beter is en het eenvoudiger is om de vergunningen te krijgen die nodig zijn om een fabriek te bouwen. Het bedrijf zei dat het werd afgeschrikt door de hoeveelheid administratieve rompslomp die nodig was om in Europa te investeren.
De Europese Unie probeert dat te veranderen. De Europese Commissie heeft dit jaar een actieplan gelanceerd om bedrijven te stimuleren meer te investeren in batterijtechnologieën, waaronder meer financiering. Het waarschuwde dat Europese bedrijven hun invloed op toeleveringsketens en milieunormen dreigden te verliezen als ze geen voet aan de grond krijgen in de batterijsector.
Europa kan voorbeeld Airbus volgen
Een belangrijke reden waarom Europa zo ver achterop is geraakt in de batterijindustrie, is dat de autofabrikanten volgens analisten traag elektrische auto’s ontwikkelden. De Europese plannen van Europa kunnen andere hindernissen tegenkomen. Zo heeft China de afgelopen jaren de belangrijkste bronnen geblokkeerd die worden gebruikt om elektrische batterijen te bouwen, zoals lithium en kobalt. Daarmee is het volgens experts al te laat voor Europese bedrijven om zich te vestigen als grootschalige producenten van lithium-ion batterijen.
Misschien ligt Europa’s laatste hoop in een aanpak zoals bij Airbus in de luchtvaartindustrie. De vliegtuigmaker is ontstaan door het samenvoegen van een aantal bestaande bedrijven en is nu de enige serieuze uitdager van Boeing in de Verenigde Staten. Hetzelfde zou Europa kunnen doen in de industrie voor elektrische batterijen.