Op 19 december 2018 heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de Global Compact for Safe, Orderly and Regular Migration aangenomen. Pleitbezorgers hebben de Compact verwelkomd als een stap op weg naar een menselijker en ordelijker beheer van de migratie, maar de oppositie blijft formidabel.
De Compact is geen juridisch bindend verdrag en geeft migranten ook geen nieuwe rechten. De 23 doelstellingen van de Compact zijn opgesteld op basis van twee jaar van inclusieve discussies en zes onderhandelingsronden, specifiek gericht op het creëren van een raamwerk voor internationale samenwerking dat zich niet buitensporig bemoeit met de binnenlandse aangelegenheden van landen.
Vanwege de misverstanden over de Compact is het de moeite waard eens beter naar het migratieprobleem te kijken – en naar de grote voordelen die een goed beheerd systeem zowel gastlanden als thuislanden kan bieden.
De beweegredenen voor de migratie vloeien in de eerste plaats voort uit het gebrek aan economische kansen in eigen land. Nu het gemiddelde inkomensniveau in de hogelonenlanden ruim zeventig maal hoger ligt dan in de lagelonenanden, is het niet verrassend dat velen in de ontwikkelingslanden zich gedwongen voelen hun geluk elders te beproeven.
Deze ontwikkeling wordt nog versterkt door demografische verschuivingen. Terwijl de hogelonenlanden worden geconfronteerd met vergrijzing, kampen veel lagelonenlanden met een sterk groeiende beroepsbevolking en omvangrijke jongerenpopulaties. Ook de technologische ontwrichting zet de arbeidsmarkt onder druk. Bovendien zal de klimaatverandering deze trend volgens een recent rapport van de Wereldbank nog versnellen, zodat de komende decennia naar schatting 140 miljoen mensen van huis en haard verdreven zullen worden.
Vooral migratie tussen ontwikkelingslanden
Maar in tegenstelling tot wat veel mensen denken beweegt bijna de helft van alle migranten zich niet van de ontwikkelingslanden naar de ontwikkelde landen. Zij migreren veelal tussen de ontwikkelingslanden onderling, vaak zelfs binnen één en dezelfde regio.
Een feit dat vaak over het hoofd wordt gezien, is dat de migratie in omgekeerde richting in omvang toeneemt – omdat migranten de toegang tot de arbeidsmarkt is ontzegd, of omdat hun arbeidscontract ten einde is gekomen. Het aantal nieuw geregistreerde Zuid-Aziatische werkers in de Golfstaten is de afgelopen twee jaar bijvoorbeeld aanzienlijk gedaald – met een percentage tussen de 12% en de 41%. Tussen 2011 en 2017 is het aantal potentiële terugkeerders in Europa – asielzoekers wier aanvragen werden afgewezen of die ongedocumenteerd bleken – verviervoudigd, om het aantal van 5,5 miljoen te bereiken. In dezelfde periode verdubbelde het aantal potentiële terugkeerders in de Verenigde Staten ruimschoots, naar ruim drie miljoen. Ook de migratie in omgekeerde richting vanuit Saoedi-Arabië en Zuid-Afrika is toegenomen.
De migranten die in hun gastlanden blijven leveren daar een aanzienlijke bijdrage aan de economie. Hoewel de naar schatting 266 miljoen migranten in de wereld slechts ongeveer 3,4% van de wereldbevolking uitmaken, dragen ze ruim 9% bij aan het bbp.
Om dit te bereiken, moeten migranten vaak hoge barrières slechten. Ongeschoolde werkers bijvoorbeeld, vooral die uit de arme landen, betalen dikwijls heel hoge vergoedingen – die in sommige landen van bestemming een heel jaarinkomen kunnen overtreffen – aan agenten zonder enige scrupules, teneinde werk buiten hun eigen land te kunnen vinden. Dat is de reden dat de Sustainable Development Goals (Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen, SDGs) een doelstelling omvatten om de rekruteringskosten te reduceren.
Voordelen voor thuislanden
De migratie biedt de thuislanden ook grote economische voordelen. Terwijl migranten het grootste deel van hun inkomen in hun gastlanden besteden – waardoor ze de vraag daar een impuls geven – sturen ze ook vaak geld naar huis om hun daar achtergebleven families te steunen. Van dergelijke “remittances” is bekend dat ze de officiële ontwikkelingshulp overtreffen. Vorig jaar namen de remittances naar lage- en middenlonenlanden toe met 11%, naar $528 mrd, waardoor ze hoger uitvielen dan de instroom aan directe buitenlandse investeringen naar deze landen.
Mondiaal gezien is de grootste ontvanger van remittances India ($80 mrd), gevolgd door China, de Filippijnen, Mexico en Egypte. Als percentage van het bbp waren de grootste ontvangers Tonga, Kirgizië, Tadzjikistan en Nepal. De groei van de remittances in 2018 was het gevolg van de verbetering van de arbeidsmarkt in de VS en het herstel van de geldstromen uit Rusland en de Golfstaten.
Maar het potentieel van de remittances om de duurzame ontwikkeling te ondersteunen wordt niet waargemaakt. Een groot obstakel zijn de hoge kosten voor het overmaken van geld.
Migranten die geld naar huis zenden betalen gemiddeld 7% van het totaal van deze transferkosten, door toedoen van de zwakke concurrentie op de markt voor remittance-diensten – een gevolg van de strenge regelgeving, bedoeld om financiële misdaden als witwassen te bestrijden – en van de afhankelijkheid van inefficiënte technologie. Voor het bereiken van de SDG-doelstelling om de transferkosten onder de 3% te krijgen – wat de vooruitgang in de richting van het doel van het verhogen van het totale volume aan remittances zou ondersteunen – zal het nodig zijn dat landen deze zwaktes aanpakken.
We houden deze dikwijls over het hoofd geziene manieren waarop de migratie de ontwikkeling kan steunen nauwkeurig in de gaten, dankzij de links met de SDG-doelstellingen. Maar recent onderzoek heeft ook andere migratiemythen naar de prullenbak verwezen, en bijvoorbeeld aangetoond dat migranten geen aanzienlijke begrotingslast voor de gastlanden vertegenwoordigen, en ook niet de lonen verlagen van ongeschoolde inheemse werkers.
De migratiestromen nemen toe – een trend die zal aanhouden. Een gefragmenteerd migratiebeleid dat wordt vormgegeven door populaire mythen kan dit proces niet effectief in goede banen leiden, laat staan de kansen grijpen om de ontwikkeling te bevorderen die door de migratie worden geschapen. Slechts een gecoördineerde aanpak zoals voorzien in de Global Compact is daartoe in staat.
Mahmoud Mohieldin,Dilip Ratha