CO2-arm, veilig, betrouwbaar en betaalbaar zou de toekomst van de energievoorziening in Nederland moeten zijn. Zo staat het in het zojuist gepresenteerde energierapport van minister Henk Kamp. Hij krijgt meteen de groene sector over zich heen vanwege het ontbreken van concrete doelen.
Inspiratieloos, ambitieloos en gespeend van elk gevoel voor urgentie. Zo kenschetst Greenpeace het vandaag verschenen Energierapport. Dit rapport had antwoord moeten geven in welk tempo we de komende decennia afkomen van kolen, nucleair, olie en gas. Maar een concreet tijdspad hiervoor en voor verder groei van schone energie ontbreekt. “Kamp weet ook wel dat het fossiele tijdperk ten einde is, maar kan het niet opbrengen deze terminale patiënt uit zijn lijden te verlossen”, zegt Joris Wijnhoven, campagneleider bij Greenpeace Nederland.
Ook de Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie NVDE vindt het een gemis dat concrete tussendoelen, doelen voor hernieuwbare energie en besparing ontbreken. Deze zijn wel noodzakelijk om de transitie naar een duurzame energievoorziening aan te jagen. De duurzame energiesector vraagt daarom om een helder en consistent kader dat met de juiste prikkels en concrete tussendoelen maximale zekerheid biedt voor investeerders in hernieuwbare energie en energiebesparing. Dit is nodig om een snelle overgang naar hernieuwbare energie en energiebesparing in een koolstofarme economie te stimuleren.
Minister Kamp wil eerst nog een energiedialoog: “Dat onze energievoorziening verandert zie je in heel Nederland: op veel daken liggen zonnepanelen, op veel plaatsen in het land staan windmolens en er worden nieuwe woonwijken gebouwd waar zonder gas wordt verwarmd en gekookt. Deze ontwikkeling zet de komende jaren alleen maar verder door. Het kabinet stimuleert dit en beseft dat voor de transitie draagvlak nodig is in de maatschappij. Het is een grote opgave om in 2050 een CO2-arme energievoorziening te hebben en dit kunnen we alleen gezamenlijk voor elkaar krijgen. Daarom wordt vanaf het voorjaar een dialoog gestart over de toekomst van onze energievoorziening waaraan alle Nederlanders kunnen deelnemen.”
Geen antwoorden en geen doelen
Het Energierapport blinkt vooral uit in vaagheid, vindt Greenpeace. Cruciale vragen blijven onbeantwoord. Wanneer vervangen we gasnetten door warmtenetten en full-electric wijken? Hoe ziet een moderne industriepolitiek eruit die schone bedrijven steunt? Waar is het masterplan voor elektrisch vervoer?
Wijnhoven: “Het is ernstig dat minister Kamp blijft weigeren een nationaal doel voor CO2-besparing vast te leggen, laat staan voor schone energie of energiebesparing. Doelen, eerst voor 2030, die hard nodig zijn om burgers en bedrijven die willen investeren in schone energie en besparing zekerheid te bieden. Zijn vertrouwen in het gammele emissiehandelsstelsel is misplaatst: de CO2-prijs is en blijft zo laag dat er niet mee te sturen valt. In die wetenschap moet je jezelf dus nationale doelen stellen”.
Het Energierapport bevestigt de Europees afgesproken ambitie om naar een bijna CO2-arme samenleving te gaan in 2050 (80-95% reductie van de CO2 uitstoot). De NVDE is daarbij concreter en streeft naar een volledig hernieuwbare energievoorziening in het midden van de eeuw. Het energierapport kiest hier niet voor en laat de ruimte voor bijvoorbeeld kernenergie of opslag van CO2-uitstoot uit fossiele centrales (CCS). Uit opinieonderzoek dat in het kader van het Energierapport is uitgevoerd blijkt dat de overgrote meerderheid van de Nederlanders wil dat het aandeel hernieuwbare energie stijgt.
Het rapport maakt bovendien niet duidelijk waar Nederland tussentijds in 2030 hoort te zijn qua CO2-reductie, aandeel hernieuwbare energie en energiebesparing op weg naar het 2050-doel. Heldere tussendoelen zijn onmisbaar voor een vruchtbaar investeringsklimaat en voor focus op innovatie en transitieversnelling voor alle actoren in de energiesector zoals prosumenten, netbeheerders, producenten en toeleveranciers.
Om CO2-reductie te behalen, is een ingrijpende versteviging van het Europese CO2 systeem (ETS) nodig met een hoge CO2-prijs. De CO2-prijs zou minstens tientallen euro´s per ton moeten zijn om een transitie naar een hernieuwbare energievoorziening te bewerkstelligen en tegemoet te komen aan het ‘vervuiler betaalt’ principe. Deze CO2 prijs zal naar verwachting onder het huidige Europese beleid helaas niet aan de orde zijn. Daarom is aanvullend beleid ten gunste van hernieuwbare energie noodzakelijk. Het energierapport rept hier helaas met geen woord over.
Bedrijven in de energieketen zijn zeer wel bereid om hun bijdrage te leveren middels investeringen in een transitie naar een hernieuwbare energievoorziening. Van de overheid wordt duidelijkheid verwacht over beleid en instrumentarium om dat ook echt te kunnen realiseren. Concrete tussendoelen horen daarbij. Zo is ook het Energieakkoord tot stand gekomen. Dat beleid verdient continuïteit. De NVDE prijst de open aanpak van een consultatie het komend jaar, zal hieraan actief deelnemen en gaat graag het gesprek aan.
Innovatie, noodzaak of onnodige vertraging?
Minister Kamp van Economische Zaken wil sterk inzetten op innovatie: “Er zullen in de toekomst CO2-arme energiebronnen en technieken zijn die we nu misschien nog niet kennen. Daarom zet het kabinet de komende tijd krachtiger in op innovatie. Dit is niet alleen cruciaal om het doel van een volledig duurzame energievoorziening in 2050 te bereiken, maar biedt ook kansen om het verdienvermogen van de economie te versterken en de kosten van duurzame energie omlaag te brengen.”
Innovatie is mooi, maar 99,9% van de technologie die we nodig hebben om de problemen op te lossen is al jaren voorhanden. Als er nieuwe technologie bijkomt is dat mooi, maar daar moeten we absoluut niet op gaan wachten, vinden we hier bij Duurzaamnieuws.
De NVDE heeft haar lijstje klaar hoe het wel moet:
- Nationale doelen voor CO2, hernieuwbaar en besparing in 2030 waarmee Nederland de huidige achterstand in Europees perspectief inloopt;
- Een versterkt ‘vervuiler betaalt’ systeem;
- In complementariteit daarmee, voortzetting na 2020 van een systeem ter stimulering van duurzame energie zoals de SDE+, zodat investeringszekerheid gewaarborgd is en de markt verder kan werken aan innovatie en kostenreductie;
- Ambitie voor de gebouwde omgeving zoals in het RLI advies gesteld: in 2035 alle woningen CO2-neutraal voor verwarming. Dit zal leiden tot een significante rol in de warmtevoorziening voor elektriciteit, (hybride) warmtepompen, groen gas en duurzame warmte;
- Ruimte voor marktpartijen om oplossingen aan te dragen voor de fluctuerende vraag en aanbod van duurzame energie en voor de fluctuaties in netbelasting; bijvoorbeeld middels opslag in elektrische auto´s, demand response prikkels en conversietechnieken van stroom naar warmte en gas;
- Een level playing field voor duurzaam vervoer zoals schoon LNG voor zwaar transport over water en weg en elektrisch vervoer.