Het had alles van een hype, een mix van overspannen verwachtingen van nieuwe technologie, duurzaam idealisme en een kans voor durfkapitalisten. Vertical farming zou meerdere vliegen in één klap slaan op weg naar een duurzamer voedselproductie. Maar ook in Nederland zijn de eerste bedrijven al failliet en blijft het hoogtechnologische wonder vooral een mooie belofte. Met zware concurrentie van de traditionele tuinbouw, hoge aanloopkosten en een onberekenbare open markt. De kunst is om de juiste niche te vinden, zoals het Amsterdamse Growy deed.
Die technologie is om je vingers bij af te likken. Zelfs fervente voorstanders van de terug-naar-moeder-aarde landbouw zullen onder de indruk zijn als ze rondgeleid worden door Laura van de Kreeke in het bedrijf van haar en haar vader Ard, eerder biologische boer in Zeeland.
Deze maand wordt op een Amsterdams bedrijventerrein de nieuwe vestiging van Growy opgestart. Na vier jaar ontwerpen, ontwikkelen, bouwen en testen kan er volcontinue en bijna volledig geautomatiseerd geproduceerd worden. Growy is in Nederland al de grootste leverancier van microgreens, kleine spruiten van plantjes, die voornamelijk hun weg vinden naar restaurantkoks die er hun gerechten mee verfraaien.
‘Chef’s Farm’ is de brand name en de zaken gaan goed. Vader Ard begon ermee op zijn boerderij in Middelburg. “Hij begon zonder voorkennis en bracht de microgroenten en kruiden in houten kratjes naar tien toprestaurants in Zeeland,” zegt Laura van de Kreeke. “Nu leveren we 50 soorten microgreens aan 150 restaurants in heel Nederland.”
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan met een donatie. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Nieuw leven
Het assortiment omvat kleine spruitjes van uiteenlopende planten en kruiden, van basilicum tot koolrabi en van venkel tot Japanse spinazie. “Maar we gaan op de nieuwe locatie ook kruiden, sla en andere bladgroente telen, om te laten zien dat we die ook rendabel kunnen produceren.” Dat gebeurt al op twee andere locaties. In de vestigingen in Koeweit en in Singapore, die Growy overnam uit failliete boedels en nieuw leven inblies.
Gefinancierd door een enthousiaste geldschieter, die onbekend wenst te blijven, ontwikkelde het team (Growy Nederland heeft ongeveer 50 werknemers, 100 wereldwijd) de hardware en de software die alles in de kweekcabines regelen. De zaadjes worden op een lopend bandje op papieren strookjes verdeeld. Die stroken gaan in meters lange metalen goten, die naast en boven elkaar in de rekken in de kweekcellen gehangen worden. De gecontroleerde atmosfeer, waaruit ook de waterdamp wordt teruggewonnen, is nagenoeg steriel. Stroom komt van zonnepanelen.
De zaadjes worden gevoed met een vloeibaar substraat: gezuiverd water met toevoegingen van mineralen en andere nutriënten, maar zonder overbodige meststoffen. De temperatuur (24 of 27 graden in de kiemkamer) en de luchtvochtigheid zijn constant. De goten met de zaadjes worden om beurten door een langsrijdend gietertje opgetild en bevloeid. Overtollig water wordt opgevangen. In de cel beschijnt paars licht de plantjes. Die kleur is het deel van het spectrum van natuurlijk licht dat de fotosynthese activeert en komt uit zuinige ledbuislampen. “We geven de planten precies de voeding, de lucht en het licht dat ze nodig hebben,” zegt Van de Kreeke.
Ze laat een paar sprietjes proeven. Jonge gewassen bevatten hoge concentraties fytochemicaliën die de microplantjes hun sterke, onderscheidende smaken geven. Die smaken zijn leuk voor de mens, voor de plantjes zijn de bittere stofjes onmisbaar om in de vrije natuur ziekteverwekkende schimmels, bacteriën en andere pathogenen, maar ook knagend ongedierte te weren. Spruitgroente is daardoor heel gezond, gezonder dan volgroeide groente. Van sommige van die stofjes, zoals anthocyanen in bessen, lycopeen uit tomaten en sulforafaan uit broccoli, is met enige zekerheid aangetoond dat ze preventief werken tegen kanker. Een eetpatroon met veel groente is vooral gezond door de anti-inflammatoire werking van de duizenden verschillende antioxidanten. Alfalfa is de bekendste van deze superfoods.
Met een laptopje een hectare sturen
Growy heeft in samenwerking met een Berlijnse robotbouwer alle techniek zelf ontwikkeld en is ook van plan die te verkopen of te leasen. Een ploegje werknemers van vier à vijf man kan met laptopjes een bedrijf van tienduizend vierkante meter teeltoppervlak aansturen. Door de uitgekiende voeding en belichting groeien de plantjes snel, tot wel drie keer sneller dan in de kas of de volle grond. Wie vandaag via de website een specifieke bestelling plaatst, kan over twee weken het bestelbusje verwachten. Of morgen al met de microgreens, eetbare bloemen (goudsbloemen, begonia’s, afrikaantjes) of salademixen uit voorraad.
De delicate producten van Growy, die de chefs met een pincet op uw bordje leggen, vormen een nichemarkt. Maar vertical farming hield lange tijd de belofte in een alternatief te zijn voor de conventionele teelt in kassen en de volle grond. Over de hele wereld, het enthousiasts in de Verenigde Staten, hoogontwikkeld Azië en Groot-Brittannië, werden oude bedrijfsgebouwen en leegstaande kantoren omgebouwd tot vertical farms. Compacte indoor-landbouw is ook een vorm van urban farming, groente verbouwen waar het gegeten wordt. Een verticale teeltlocatie in of nabij een stad verkort de aanvoerketen van producten die anders uit Zuid-Spanje, Marokko, Kenia of Peru moeten komen. “Ik zou het liefst een farm op een distributiecentrum van een supermarkt bouwen,” zegt Van de Kreeke.
Duurzaam en bestendig
In theorie is vertical farming een fantastische stap naar de verduurzaming van de groente- en fruitteelt en het bestendigen van voedselzekerheid voor de groeiende wereldbevolking, vooral in gebieden waar tuinbouw buiten moeilijk is, en lastiger wordt door de klimaatverandering. De productie is gegarandeerd, er wordt zoveel aangemaakt als gevraagd wordt, niets gaat verloren. De verschillende hydrocultuur technieken gebruiken een fractie van het benodigde water voor de teelt, nog geen tien procent van de conventionele tuinbouw. Er komen geen pesticiden, herbiciden of ander landbouwgif aan te pas. De stroom voor licht, ventilatie, koeling of verwarming en de vele apparaten komt van het dak.
Deze ideale omstandigheden hebben, zoals in alle voedselproductie, te maken met concurrentie op een open markt. Na de recente extreme stijging van de energiekosten konden de kroppen sla en de zakjes kruiden niet met een redelijke marge verkocht worden. The Guardian inventariseerde onlangs de desastreuze faillisementsgolf . Bedrijven die jarenlang supermarkten voorzagen van kruiden en sla gingen bankroet. De directeur van de allergrootste, AeroFarms in New Jersey, VS, voorspelde in 2016 in The New York Times nog dat het bedrijf in vijf jaar tijd wereldwijd 25 farms van 5000 vierkante meter zou neerzetten. AeroFarms vroeg vorig jaar uitstel van betaling aan.
Maar ook kritiek
Vanaf het begin is er serieuze kritiek geweest op verticale landbouw als verdienmodel. Ook ledlampen verbruiken veel energie. De apparatuur is duur en moet terugverdiend worden. Dat geldt ook voor de gebouwen en andere faciliteiten. En dan is het de kunst de juiste producten te telen voor de juiste markt.
“Nederland zal een moeilijke markt blijven voor vertical farming,” zegt Laura van de Kreeke. “We willen de landbouw niet vervangen, maar aanvullen. Bepaalde gewassen naar binnen halen, zodat anderen zich buiten op andere kunnen richten.” En om landbouwgrond vrij te maken voor andere doeleinden, zoals natuurherstel en woningbouw.
Growy ondervindt in Koeweit en Singapore ook problemen die uit de omstandigheden daar voortkomen. Zon genoeg voor zonne-energie in Koeweit, zou je zeggen. Maar de luchtvervuiling maakt het gebruik van zonnepanelen vrijwel onmogelijk en bovendien is de olie er spotgoedkoop. “Maar dat is dan weer niet heel erg duurzaam, niet zoals we het willen,” zegt Van de Kreeke.
Vanaf de vroegste initiatieven kijken landbouwuniversiteiten mee met de ontwikkelingen, ook die van Wageningen. Het eerste wat in Nederland gesignaleerd wordt, is de concurrentie van de eveneens hoogwaardige productie van alle mogelijke gewassen in de kassen. De kastuinbouw in Nederland staat op hoog niveau, maakt gebruik van gratis zonlicht en voor een deel ook nog van gesubsidieerd gas. Maar toch ziet Van de Kreeke dat Growy al met de prijs van sommige producten kan concurreren, zeker als de productie opgeschaald gaat worden.
De toekomst voor vertical farming
De toekomst van vertical farming hangt voor een belangrijk deel af van de verbetering van de techniek en de schaalvergroting. Het moet zuiniger, efficiënter en productiever. Een recent onderzoek van Wageningen heeft als uitkomst dat vertical farming niet per se beter voor het milieu is dan traditionele teelt. Maar ook daaraan werkt Growy, in samenwerking met de Wageningse universiteit in het Fieldlab Vertical Farming-consortium.
Ondernemers en investeerders die in de toekomst durven te kijken blijven de voordelen van vertical farming zien. Het totaal aan bruikbare landbouwgrond op aarde neemt af door de klimaatverandering. De wereldbevolking neemt toe. De vraag naar plantaardige, eiwitrijke voeding in de eiwittransitie wordt groter. Meer welvaart betekent meer besteedbaar inkomen voor luxere voedingsmiddelen. Minder vlieg- en wegtransport dwingt tot lokaal produceren in kortere ketens. De kosten van duurzame energie dalen en investeerders durven weer na corona. Vertical farming heeft weer een toekomst.
Huib Stam
Beeld: Growy