Er was een energieakkoord, dat gunstig leek voor de lokale opwek van energie. Met de uitkomsten van dat akkoord gingen ondernemers aan de slag om nieuwe projecten voor zelflevering op te zetten. En jawel, halverwege de wedstrijd past minister Henk Kamp alsnog de regels aan, zodat er voor miljoenen aan plannen voor investeringen in schone energie regelrecht de prullenbak in kunnen.
Kamp vindt nu dat lokale energie coöperaties verplicht energiebelasting in rekening moeten gaan brengen bij de eigenaar van het dak. Die neemt de energie af van een coöperatie, maar omdat hij de energie niet zelf opwekt moet hij energiebelasting afdragen over de opgewekte stroom. Door de nieuwe regel worden veel plannen, maar ook al uitgevoerde projecten, onrendabel.
Volgens de website Energieoverheid.nl loopt de inkomensderving voor duurzame energieondernemers in de tonnen. Ook voor maatschappelijke instellingen zoals scholen en buurthuizen, is de nieuwe maatregel funest.
De onrust ontstond als gevolg van een aantal antwoorden van minister Kamp van Economische Zaken in een Memorie van Antwoord van 31 oktober jl. op vragen over het wetsvoorstel om de huidige Elektriciteitswet 1998, de Gaswet en de Warmtewet te wijzigen. Een van de wijzigingen bepaalt dat per 1 januari 2014 onbeperkt salderen achter de meter mogelijk wordt.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan met een donatie. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Kamp stelt nu echter dat zodra de opwekking met behulp van een derde partij plaatsvindt en er afgerekend wordt per kWh, dit niet wordt beschouwd als opwek van (voor rekening en risico) de gebruiker. Het gevolg is dat in deze situatie toch energiebelasting moet worden afgedragen over de opgewekte stroom. Voorbeelden van een ‘derde partij’ zijn nu net succesvolle initiatieven als die van Greenspread, Wij Krijgen Kippen of Pluk de Zon: professionele ‘ontzorgers’ en betrokken (kapitaalkrachtige) bewoners, georganiseerd in een coöperatie, die investeren in een zonnestroominstallatie en daarmee voor een school van zonnestroom voorzien.
Pauline Westendorp van Wij Krijgen Kippen reageert: “Het Energieakkoord zou de deur toch wijd open zetten voor lokale energie. Wijd werd één kier, namelijk een korting op de energiebelasting voor 4 jaar, sinds 19 november opgerekt tot 10 jaar. Deze nieuwe fiscale regel moet worden uitgevoerd door de energiebedrijven en wordt nu al betiteld als een ‘draak’ van een regeling, bijvoorbeeld door de veelvuldige geldstromen tussen rechtspersonen en particulieren. En doordat deze ‘kierregeling’ er is, gaan oude deuren met een klap dicht. De ene deur opent, de andere sluit.”
De getroffen partijen stuurden inmiddels een brandbrief aan de commissie economische zaken in de Eerste Kamer, die nog over de wetswijziging moet stemmen:
Geachte mevrouw Kneppers-Heijnert.
Hierbij vraag ik uw aandacht voor een belangrijke kwestie inzake het wetsvoorstel wijziging elektriciteit en gaswet dat op 10 december a.s. in uw Eerste Kamer wordt behandeld. Ik sta hierover in contact met de gemeente Amsterdam, gemeente Almere, Kies Zon (Greenchoice), Green Spread en deze partijen ondersteunen dit initiatief. Ik voer een opdracht uit voor een aantal gemeentes uit de Metropoolregio Amsterdam, waarbij exploitatie voor zonnestroom wordt aanbesteed. Dit is een voortborduren op de projecten Zonnestroom voor Amsterdamse scholen / Zonnestroom op Stadhuis-Muziektheater, die ik in 2010-2012 voor de gemeente Amsterdam samen met Greenchoice heb uitgevoerd.
Bovengenoemde projecten zijn gerealiseerd volgens een speciaal ontwikkeld ‘ontzorgmodel’ waarbij een derde partij investeert en de gebruiker ontzorgt, die op zijn beurt de opgewekte elektriciteit afneemt, waardoor er een prikkel is voor de derde partij, die de expertise heeft, om op een zo professionele en efficiënte wijze duurzaam zonnestroom voor de gebruiker op te wekken. Nu is Minister Kamp in zijn Memorie van Antwoord van 31 oktober jl. ingegaan op vragen van D66. Het betreft artikel 50 van de Wet Belastingen op Milieugrondslag (Wbm), waarbij gebruikers die hernieuwbare elektriciteit opwekken, worden gevrijwaard van het betalen van energiebelasting over die opwek.
De Minister stelt dat indien opwek met behulp van een derde partij plaatsvindt en er afgerekend wordt per kWh, hij dit niet beschouwt als opwek van (voor rekening en risico) de gebruiker. Derhalve moet er in die gevallen alsnog EB worden afgedragen over de opgewekte stroom. Dit is een groot probleem voor het gemeentelijke daken project van de Metropoolregio Amsterdam en voor andere lopende projecten (waarbij o.a. aanbieders als Green Spread, Greenchoice, Rooftop Energy zijn betrokken).
Maar dit is ook een probleem voor de reeds gerealiseerde projecten in Amsterdam. Bijvoorbeeld de 27 Amsterdamse scholen, die nu een tarief betalen dat conform is aan het bestaande tarief, zullen de komende 12 jaar daarboven op nog een flink bedrag aan EB moeten gaan afdragen. Hierbij de bezwaren.
Ten eerste staat ‘voor rekening en risico’ niet in het betreffende wetsartikel (art. 50 Wbm)
Ten tweede: indien de Minister dan toch dit criterium wil hanteren, zijn er goede argumenten dat in het ‘ontzorgmodel’ de opwek wel degelijk voor een belangrijk deel ‘voor rekening en risico’ van de gebruiker gebeurt. Zie onderstaande argumenten.
1. Het per kWh afrekenen is niet ingeven om risico’s te ontwijken maar om te sturen op output. Het doel is namelijk niet het plaatsen van zonnepanelen maar het zo effectief en efficiënt mogelijk opwekken van duurzame kWh’s, want die zorgen voor de vermindering van de CO2 uitstoot. Hierbij worden verantwoorde risico’s door de afnemer genomen en wordt een prikkel om de opwek adequaat aan te pakken neergelegd bij de derde partij die over de benodigde expertise en ervaring beschikt. Dit is ook de reden dat de vijf Metropoolgemeentes geld investeren in het ontwikkelen van dit ‘ontzorgmodel’.
2. Inkoop van op eigen dak opgewekte stroom is niet te vergelijken met een gewone levering van elektriciteit die je naar believen kunt opzeggen. Als je op eigen dak voor een langdurige periode opgewekte stroom afneemt, is dat wel degelijk voor ‘eigen rekening en risico’. Deze ‘rekening en risico’ zitten verpakt in de voorwaarden van de afname en in de prijs die je als afnemer betaalt. Er blijft daarnaast een risico voor de afnemer als die het gebouw eerder dan de afgesproken periode gaat slopen, verbouwen of verkopen. Indien hij om die reden het contract zou opzeggen dient hij in veel gevallen een afkoopsom te betalen. Tot slot is in feite het belangrijkste risico hoe de elektriciteitsprijs (van de stroom die hij via de aansluiting geleverd krijgt) zich in de toekomst zal ontwikkelen. Dit risico ligt in dit model nog steeds bij de afnemer.
3. Dat het ‘ontzorgmodel’‚ geen afwentelen van risico’s is, wordt bewezen door het feit dat banken dergelijke projecten van derde partijen in zijn geheel willen financieren. Dit komt vanwege de ingebouwde garanties van de afnemers. Gezien bovenstaande argumenten verzoek ik uw commissie om de Minister de consequenties van bovengenoemde interpretatie van artikel 50 Wbm te wijzen en hem te verzoeken deze aan te passen. Daardoor kan worden voorkomen dat om onterechte redenen een effectief, efficiënt en kansrijke ‘ontzorgmodel’ wordt bemoeilijkt c.q. geblokkeerd. Daarmee wordt de uitrol van duurzame energie ernstig belemmerd.