De zomervakantie draait op volle toeren, en daarmee zijn ook de protesten tegen ‘overtoerisme’ weer van de partij. Het probleem is niet nieuw, maar blijft wel groeien en heeft al op veel plaatsen een breekpunt bereikt, schrijven onderzoekers Claudio Milano, Joseph Cheer en Marina Novelli.
Barcelona is een van de bekendste voorbeelden van hoe snel groeiend toerisme grote problemen met zich mee kan brengen, met name tijdens de piekmomenten. Volgens de site Destination Barcelona logeerden in 2017 maar liefst dertig miljoen toeristen in de stad, tegenover een bevolking van 1.625.137 inwoners.
Maar in heel Zuid-Europa groeien de protesten en de sociale bewegingen tegen het fenomeen. Dat heeft geleid tot organisaties zoals de Assembly of Neighborhoods for Sustainable Tourism (ABTS) en het Network of Southern European Cities against tourism (SET). Zij voeren de strijd tegen ‘overtoerisme’ en de impact op lokale inwoners aan.
Lokale druk
Hoewel veel toeristen een authentieke beleving nastreven, voelen veel lokale bewoners aan dat het karakter van hun stad of wijk verdwijnt ten voordele van souvenirwinkels, dichte drommen toeristen, tourbussen en luidruchtige cafés. Ze krijgen ook te maken met steeds hogere kosten en toenemende druk op de infrastructuur.
Het is een wereldwijd probleem. Ook in Palma de Mallorca, Parijs, Dubrovnik, Kyoto, Berlijn, Bali en Reykjavik heeft overtoerisme disruptieve proporties aangenomen. Recent nog zag de Thaise overheid zich genoodzaakt om het aantal toeristen te beperken op de bekende Maya Bay, het strand dat bekend werd door de film The Beach.
We definiëren ‘overtoerisme’ wetenschappelijk als de “excessieve groei van bezoekers, die leidt tot overbevolking in gebieden waar inwoners te maken krijgen met consequenties van tijdelijke of langdurige pieken van het toerisme die leiden tot permanente veranderingen in hun levensstijl, toegang tot voorzieningen en algemeen welzijn.” Vaak leidt overtoerisme tot verandering van het landschap, schade aan stranden, enorme druk op de infrastructuur en torenhoge prijzen op de vastgoedmarkt. Het is een bijzonder complex probleem dat vaak te simpel gekaderd wordt.
Vele gevolgen
Het kan op verschillende manieren een impact hebben. De internationale cruise-industrie bijvoorbeeld brengt dagelijks duizenden passagiers naar de doelhavens. Hoewel relatief weinig terugvloeit naar de gemeenschappen ter plekke, creëren de cruises wel enorme fysieke en visuele vervuiling.
Vaak dragen stedelingen ook de kosten van de groei in het toerisme. Naarmate steden veranderen om de toeristen te accomoderen, doet de internationale reiswereld goede zaken. Maar voor de lokale bewoners betekent het vooral stijgende levenskosten en vastgoedspeculatie. AirBnB bijvoorbeeld wordt ervan beschuldigd de huizenmarkt te schaden en bewoners op de vlucht te drijven.
Amsterdam wil directe actie ondernemen door deze kortetermijnverhuur te verbieden en cruisetoeristen weg te houden uit het stadscentrum. Ook AirBnB doet zelf inspanningen om de problemen aan te kaarten.
Expansie
Dat veel bestemmingen niet voorbereid zijn op overtoerisme, maakt de zaken er niet beter op. Volgens de Italiaanse socioloog Marco d’Eramo trok in 1950 nog 98 procent van de internationale toeristen naar amper vijftien bestemmingen. In 2007 was dat percentage gedaald tot 57 procent. Dat wijst op de snelle expansie van het wereldwijde toerisme buiten de bekendste topbestemmingen.
Dichte drommen toeristen en de snelle opmars van typische toeristenbedrijven zoals clubs, bars en souvenirwinkels overweldigen de lokale zaken, en vaak klagen bewoners ook over het gedrag van de toeristen. Dat vermindert de unieke sfeer op de bestemming en leidt onder meer tot afvalproblemen.
Toerisme levert natuurlijk ook banen en economische voordelen op voor de bestemmingen. Maar het is net als de limieten aan de groei vergeten worden dat overtoerisme optreedt. Lokale overheden en planningsdiensten zijn tot nog toe vaak machteloos gebleken in het beïnvloeden van het globale toerisme. Dat heeft geleid tot “toeristenfobie”, zoals eerst beschreven door Manuel Delgado, maar dan dertig jaar geleden, als een mix van wantrouwen, minachting en verstoting van toeristen.
Overtoerisme aanpakken
De strijd tegen overtoerisme moet snel prioriteit krijgen. Maar ondanks de toenemende protesten blijft toeristische promotie aanhouden en blijven onhoudbare hoeveelheden toeristen neerdalen op steden, stranden en natuurwonderen. Die toeristenstromen beheersen lijkt een onmogelijke en weinig benijdenswaardige taak.
Toch hebben sommige steden drastische maatregelen genomen om de effecten van overtoerisme te beperken, inclusief de introductie van nieuwe of herziene belastingen, hogere boetes en ‘demarketing’, waarbij bestemmingen zich richten op een dalend aantal toeristen, die meer uitgeven of minder impact hebben, eerder dan op grote groepen.
Maar het blijft dansen op een slappe koord. Als het aantal toeristen plots en dramatisch zou afnemen, kan dat ook aanzienlijke gevolgen hebben voor de inwoners en bedrijven die ervan afhankelijk zijn.
Gedeelde verantwoordelijkheid
Overtoerisme is een gedeelde verantwoordelijkheid. De lokale overheden moeten aanvaarden dat er limieten zijn aan de groei en voorrang geven aan het welzijn van hun inwoners boven de toeristische sector. Het belangrijkste is dat de hoeveelheid bezoekers de capaciteit van de bestemming niet overtreft.
Maar ook de toeristische sector heeft een grote verantwoordelijkheid. De sector moet erover waken dat de ontwikkeling van een bestemming een balans bereikt tussen de optimale toeristische ervaring en de manier waarop de lokale bevolking ervan profiteert.
En ook toeristen moeten hun verantwoordelijkheid nemen door bij hun reisbeslissingen rekening te houden met de gevoeligheden van de plekken die ze bezoeken en van de mensen die er wonen.
Toerisme zou een deel moeten zijn van een breder beheersysteem op de bestemmingen, dat ook rekening houdt met transport en mobiliteit, het behoud van publieke ruimtes, de lokale economie en huisvesting en andere aspecten van het dagelijkse leven. Onderzoek, planning en een goede en duurzame dialoog tussen de lokale overheid, de toeristische industrie, het middenveld en de lokale bewoners zijn essentieel.
Misschien is overtoerisme een symptoom van een huidig tijdperk van nooit eerdere geziene rijkdom en hypermobiliteit, consequenties van het laat kapitalisme. We moeten dringend nadenken over de manier waarop steden moeten ontwikkelingen om de rechten van hun inwoners te vrijwaren.
Claudio Milano is lector Toerisme aan de Ostelea School of Tourism and Hospitality, Joseph M. Cheer is hoogleraar aan de Monash University, en Marina Novelli is hoogleraar Toerisme en Internationale Ontwikkeling aan de University of Brighton.
Bron: The Conversation