Steenkoolcentrales sluiten is niet alleen broodnodig in de strijd tegen de klimaatverandering. Het levert ook onmiddellijke en lokale voordelen op die groter zijn dan de economische kosten. Dat blijkt uit berekeningen door het gezaghebbende Potsdam Institute for Climate Impact Research.
Steenkool komt wereldwijd steeds meer in het verdomhoekje. Het is niet alleen de belangrijkste bron van CO2, goed voor meer dan een derde van de wereldwijde uitstoot, maar ook erg schadelijk voor de volksgezondheid en biodiversiteit. Toch blijft het geleidelijk afbouwen van steenkool een van de moeilijkste politieke noten om te kraken, met name door de economische impact.
Maar nieuw onderzoek onder leiding van het Duitse Potsdam Institute for Climate Impact Research toont juist stevige economische argumenten voor die uitstap. Uit de simulaties van het instituut blijkt dat de economische voordelen van een geleidelijke uitstap duidelijk opwegen tegen de kosten. Bovendien komen die voordelen verrassend genoeg vooral lokaal tot uiting, een extra argument om twijfelde beleidsmakers te overtuigen.
“We zijn nu ver in de 21e eeuw en vertrouwen nog steeds sterk op de verbranding van steenkool, een van de grootste bedreigingen voor ons klimaat, onze gezondheid en het milieu”, zegt Sebastian Rauner, onderzoeker bij het Potsdam Institute for Climate Impact Research. “Daarom besloten we om de wereldwijde uitstap uit steenkool uitvoerig te testen: klopt het economisch gezien? Het korte antwoord is: ja, veruit”.
Gezondheid en biodiversiteit
De onderzoekers ontwikkelden een complex simulatiekader dat rekening houdt met zoveel mogelijk aspecten van een uitfasering van steenkool: niet enkel de effecten van de winning, transport en verbranding van steenkool, maar ook de invloed op andere energiebronnen en de energiesector als geheel. Daarbij brachten ze ook de kosten en voordelen voor milieu en volksgezondheid in kaart.
“We hebben met name gekeken naar twee externe kosten: kosten voor de menselijke gezondheid, vooral veroorzaakt door luchtwegaandoeningen, en verlies van biodiversiteit. Daarnaast zijn er mitigatiekosten: voornamelijk het effect op de economische groei en bijkomende kosten voor investeringen in het energiesysteem. ”
370 dollar per wereldburger
Het resultaat is overtuigend positief, zeggen de onderzoekers. “De voordelen van besparingen in de gezondheidszorg en de ecosysteemeffecten zijn duidelijk meer dan compensatie voor de directe economische kosten”, stelt Gunnar Luderer, hoogleraar Energiesysteemanalyse aan de Technische Universiteit Berlijn. “Ze komen neer op een netto besparend effect van ongeveer 1,5 procent van de wereldwijde economische productie tegen 2050. Dat is gelijk aan 370 dollar per wereldburger. ”
Bovendien moet er niet tot 2050 gewacht worden op die positieve effecten. “We zien die al op middellange termijn”, zegt Luderer. “Met name India en China zouden al in 2030 van de meeste van deze voordelen kunnen genieten. ”
China en India zijn schoolvoorbeelden omdat de landen voortdurend kampen met zware luchtvervuiling, versterkt door een hoge bevolkingsdichtheid. In het geval van India komt daar een snelle bevolkingsgroei bij, in het geval van China een toenemende vergrijzing.
Klimaatonderhandelingen
De resultaten van de studie kunnen belangrijk om zijn om landen te tonen dat ze er zelf ook belang bij hebben om sneller van steenkool af te raken.
“Dit heeft belangrijke implicaties voor het beleid: het maakt een enorm verschil voor de burgers van een Indiase of Chinese megastad welke lucht ze inademen, en voor boeren hoe intact de ecosystemen zijn waar ze afhankelijk van zijn. Deze voordelen zijn onmiddellijk en lokaal ”, zegt Rauner. “Het is dus waarschijnlijk dat een uitstap uit steenkool de steun van de bevolking zal krijgen en dus electoraal interessant is.”
“De uitfasering heeft zowel positieve effecten op de strijd tegen de klimaatverandering als op de lokale milieuvervuiling”, besluit Nico Bauer, co-auteur van de studie. “In internationale klimaatonderhandelingen moeten regeringen incalculeren dat de uitstap uit steenkool niet alleen een goedkope manier is om hun uitstoot drastisch te verminderen, maar ook thuis grote voordelen oplevert. Deze studie toont aan dat er niet noodzakelijk een afweging gemaakt moet worden tussen nationale en internationale belangen, maar dat ze hand in hand kunnen gaan.”