De wereldwijde urbanisatie zet door en steden hebben een slechte reputatie wanneer het aankomt op milieu. Toch blijkt dat beeld niet waar te zijn. Juist in de meest verstedelijkte en sterkst geïndustrialiseerde gebieden neemt de druk op het milieu de laatste decennia af. De lucht en het water zijn in Nederland schoner dan ze in vijftig jaar waren. Door de trek naar de stad neemt ook de demografische druk op het plattelandsmilieu af. Voor de zogenaamde ecomodernisten is dit een teken dat we juist moeten streven naar meer welvaart en verstedelijking om onze natuur te beschermen. Welvaart zorgt er bijvoorbeeld voor dat we schonere technieken gaan toepassen en minder kinderen krijgen. In landen waar men nog het meest in harmonie met de natuur leeft, zoals in Afrikaanse landen, is het kindertal nog steeds enorm hoog en worden natuuronvriendelijke technieken gebruikt zoals koken op houtskool. Ook geldt dat hoe intensiever de landbouw, hoe minder grond er wordt gebruikt. Via intensieve landbouw kunnen we natuurgebied laten zoals het is.
Steden gaan er bovendien ook steeds groener uitzien. Steeds vaker zie je gebouwen met weelderige terrassen, of muren begroeid met rotsplanten. Ik verwacht dat deze trends in 2016 een stapje verder gaat. Architecten zullen steeds vaker al in hun ontwerp het nodige groen incorporeren, want groen is niet alleen maar duurzaam maar ook goed voor de rust in onze koppies. Vooral in stedelijke gebieden met veel op elkaar gepropte hoogbouw is groen in de architectuur een uitkomst. In Londen ontwierp architectenbureau Gillespies de Sky Garden, een tuin op grote hoogte. Zij werd gebouwd op de 35ste tot 37ste verdieping van een flatgebouw, en biedt niet alleen prachtig zicht op weelderige plantengroei, maar ook een spectaculair uitzicht op de stad. Wel moet er wegens ruimtegebrek 3 dagen van tevoren worden geboekt, wil je deze tuin bezoeken. Echt nieuw zijn dit soort spectaculaire ‘hangende tuinen’ in stedelijke omgevingen natuurlijk niet. Gebouwen begroeid met groen bestonden ook 2500 jaar geleden al. Toen liet keizer Nebukadnezar van Babylon voor zijn depressieve echtgenote namelijk de beroemde Hangende Tuinen bouwen, om haar een beetje op te vrolijken. Ook toen wisten ze al dat weelderig groen ons in balans brengt!
We kunnen wat deze trend betreft een voorbeeld nemen aan Singapore, waar de afgelopen jaren een paar spectaculaire gebouwen met hangende tuinen zijn neergezet. Het in 2013 opgeleverde Parkroyal Hotel, een gebouw met 12 verdiepingen, heeft 2 keer zoveel oppervlakte groen als de kavel groot is. Behalve een groen uiterlijk werkt het hotel ook met veel groene technologie, zoals verlichting die loopt op zonne-energie en het gebruik van regenwater. Parkroyal kreeg in 2015 de prestigieuze Green Design Award. Sowieso zijn Oost-Aziatische architecten geneigd om veel minder recht-toe-rechtaan en functioneel te bouwen als wij Westerlingen. Architect Ma Yansong van MAD Architects ontwerpt bijvoorbeeld gebouwen met organische vormen. Zo kan een gebouw van hem er bijvoorbeeld uit zien als een berg of een bloem. Voor de 14de
Architectuur Biënnale van Venetië ontwierp MAD Architects in de voor hen typische Shanshui-stijl een stedelijk project met meerdere woontorens in de vorm van een berglandschap. Het project moet uiteindelijk uitgevoerd worden in de Chinese stad Nanjing. Voor de Amerikaanse stad Los Angeles ontwierp het bureau de Cloud Corridor, een negental woontorens die zijn opgezet als 9 verschillende dorpen die met elkaar zijn verbonden via luchtbruggen in parkstijl. Naast spectaculaire vormen biedt de architectuur van MAD Architects ook altijd veel geïncorporeerd groen en veel ruimte speciaal bedoeld voor informele ontmoetingen en gemeenschapszin. Ik verwacht in 2016 ook in ons land steeds meer architectuur die weelderig is begroeid, organisch is gevormd en communaal is opgezet.
© Trendwatcher Adjiedj Bakas
Dit is een voorpublicatie uit zijn in november te verschijnen ‘Trends 2016’
Meer op www.bakas.nl