Staatssecretaris Mona Keijzer heeft in een brief aan de Tweede Kamer de maatschappelijke bv aangekondigd. De komst van een aparte rechtsvorm voor maatschappelijke ondernemers was al vaker aangekondigd, maar niet concreet gemaakt.
Ondernemers en organisaties die maatschappelijke vraagstukken voor onder meer energie en klimaat, arbeidsparticipatie, zorg, onderwijs en veiligheid aanpakken, krijgen juridische (h)erkenning én actieve begeleiding vanuit het kabinet bij wet- en regelgeving, kennisdeling en het verkrijgen van financiering.
Ter voorbereiding is aan KPMG gevraagd om de behoefte aan een maatschappelijke bv te onderzoeken en om de definitie daarvan te formuleren.
De werkdefinitie die door KPMG, in samenspraak met een ingestelde klankbordgroep van stakeholders is geformuleerd, luidt als volgt:
Sociale ondernemingen zijn ondernemingen die:
- (a) een product of dienst leveren;
- (b) in plaats van met een winstdoelstelling dit primair en expliciet doen om bij te dragen aan een maatschappelijk doel welke is vastgelegd in haar statuten;
- (c) een deel van de omzet herinvesteren in het bereiken van het maatschappelijke doel en/of beperkt zijn in de verdeling van winst en vermogen, e.e.a. om te garanderen dat het maatschappelijk doel voor gaat;
- (d) hun relevante stakeholders identificeren en daarmee minimaal jaarlijks in dialoog gaan;
- (e) transparant zijn op hun website (of op andere wijze die publiekelijk toegankelijk is zoals in hun jaarverslag) over de meest materiële gecreëerde maatschappelijke waarde; en
- (f) onafhankelijk van de overheid en/of andere entiteiten een eigen strategie kunnen nastreven’’.
Keijzer spreekt liever over ‘maatschappelijke ondernemingen’ dan over ‘sociale ondernemingen’, omdat die laatste term suggereert dat het vooral gaat over inzet voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
De maatschappelijke BV gaat door het kabinet de komende periode wettelijk worden uitgewerkt. Bedrijven en organisaties die hiervoor mogelijk in aanmerking gaan komen, laten zich kenmerken door een statutair vastgelegde maatschappelijke missie. Er komt een aparte wet waarin criteria worden vastgelegd waaraan de onderneming moet voldoen om zich in te schrijven als maatschappelijke BV.
Naast het invoeren van deze juridische vorm wordt de dienstverlening door de overheid aan maatschappelijke ondernemers verbeterd. Zo zullen maatschappelijke ondernemers begeleid worden met vragen over wet- en regelgeving en wordt een werkgroep ‘maatschappelijk ondernemerschap’ ingesteld waarbij kennisdeling op het gebied van maatschappelijk ondernemerschap tussen overheden wordt gestimuleerd.
Daarnaast vindt het kabinet het belangrijk dat de overheid zelf ook maatschappelijke ondernemingen betrekt in haar inkoop- en aanbestedingsbeleid. Er zal daarom worden onderzocht hoe meer aandacht uit kan gaan naar maatschappelijke ondernemingen en voorbehouden opdrachten met behoud van het gelijke speelveld.