Energiebedrijf Delta, eigenaar van Nederlands enige – en zorgwekkende – kerncentrale heeft ook nog een kolencentrale in de aanbieding. Die zou eigenlijk worden gesloten, want niet meer rendabel. Nu wil Delta de SDE+ subsidiepot voor schone energie leeggraaien voor een ombouw naar biomassacentrale.
Naar aanleiding van een artikel in de Volkskrant, dat de greep in de subsidiepot aan de orde stelt, haastte Delta zich de volgende dag om mede te delen dat er geen aanvraag voor subsidie is gedaan. Maar in een eerdere melding in PZC gaf Delta aan haar plannen wel degelijk aan te passen aan de regels die voor de SDE+ subsidie gelden. Zonder die subsidie is er geen project.
Maar wanneer dit plan door zou gaan, is het gevolg dat er nauwelijks of geen geld meer overblijft voor echt schone energie, afkomstig van zon of wind. En biomassa is echt niet schoon, wat de overheid daar ook over roept.
Toch is hout officieel de meest gestookte duurzame brandstof in Europa, zegt ook de Economist: In zijn vele vormen, van stokjes via pellets tot zaagsel, neemt hout (of om de meer modieuze naam te gebruiken: biomassa) ongeveer de helft van Europa’s duurzame energieproductie voor zijn rekening. In sommige landen, zoals Polen en Finland, wordt meer dan 80 procent van de vraag naar duurzame energie voldaan door hout.
Zelfs in Duitsland, de bakermat van de ‘Energiewende’ (de energietransformatie), dat veel subsidiegeld in wind- en zonne-energie heeft gestopt, wordt 38 procent van de niet-fossiele brandstofconsumptie geleverd door een vorm van hout. Blijkbaar zijn we nog steeds niet veel verder dan de middeleeuwen….
Het idee dat het stoken van hout duurzaam zou zijn berust op een drogreden: de vrijgekomen CO2 bij de verbranding wordt weer opgenomen door bomen, die nieuw worden geplant. Maar die CO2 komt in een keer vrij, en een boom doet er minstens dertig jaar over om de CO2 van een verbrande broeder weer op te nemen.
Willem Wiskerke, campagneleider van Greenpeace, zei daarover in Trouw: “Door hout uit bossen te halen voor biomassa, vermindert de koolstofopslag, want er zijn minder bomen, terwijl er meer CO2 wordt uitgestoten. Pas over pakweg een jaar of 30 weten we of er CO2 winst is behaald. Er zit een tijdvertraging tussen, omdat de groei van bomen tijd kost. Daar hebben we nu niets aan. We moeten nú duurzame energie opwekken om de klimaatverandering tegen te gaan. Dat doe je niet door de koolstofopslag in bossen te verminderen. We zouden nu bomen moeten planten, die dan over twintig jaar gebruikt kunnen worden als biomassa.”
Bovendien produceert hout twee keer CO2: één keer in de elektriciteitscentrale en één keer tijdens de productie. Voor het maken van pallets moet het hout worden vermalen tot een soort brij die dan onder druk wordt gezet. Voor dit alles, inclusief het verschepen, is energie nodig en dat levert ook weer CO2-uitstoot op: voor elke MWh elektriciteit gaat er 200 kilogram CO2 de lucht in. Op deze manier wordt de vermindering van CO2-uitstoot door de overstap naar hout geminimaliseerd en stijgt de prijs van de uitstootbesparingen juist, laat The Economist zien.
Tim Searchinger van de Princeton Universiteit heeft berekend dat als hele bomen worden gebruikt voor de energieproductie, de CO2-uitstoot ten opzichte van kolen (de vuilste brandstof) over een periode van twintig jaar met 79 procent toeneemt. De CO2-uitstoot wordt pas minder na honderd jaar, wanneer de vervangende bomen groot zijn geworden.
Subsidie op biomassa kost dus veel geld, vermindert de uitstoot van CO2 waarschijnlijk niet en houdt de ontwikkeling van echte duurzame energie tegen. Terugkeren naar de middeleeuwen is een dure grap.