Op Duurzame Dinsdag presenteerde een voor de gelegenheid geformeerd “Duurzaam Kabinet” zijn visie op de verduurzaming van Nederland, in aansluiting op alle initiatieven van onderop, die op Duurzame Dinsdag aan het Kabinet werden aangeboden.
De Ministers van People, Planet en Profit (Niels van der Stappen, Berende Potjer en Jolein Baidenmann) waren gerekruteerd uit het DuurzaamheidsOverleg Politieke Partijen. Hierin werken sinds 2009 duurzaamheidgroepen met connecties naar de politieke partijen CDA, ChristenUnie, D66, GL, PvdA, PvdD, SGP en VVD samen. Verduurzaming van de economie is een speerpunt van het DoPP, dat hierbij samenwerkt met onderzoekers en experts in het land. Een daarvan, Martijn van der Linden van het Platform voor een Duurzame & Solidaire Economie, presenteerde voorafgaand aan de visie van het Duurzame Kabinet de feiten en cijfers over de terreinen People, Planet en Profit in Nederland, verzameld door het “Duurzaam CPB”.
Het Duurzame Kabinet roept de politiek in Nederland op om duurzame initiatieven structureel betere kansen te bieden en de verduurzaming, ook wel ‘Groene Groei’ genoemd, in het beleid beter vorm te geven. Dit dient bovendien vergezeld te gaan van monitoring van de vooruitgang door naast financiële indicatoren, zoals een verbeterd BBP, gebruik te maken van indicatoren voor People en Planet. Je wilt immers de opbrengsten van je beleid weten. Het huidige BBP meet slechts de (financiële) kosten. Wanneer je niet goed meet, zit je feitelijk in het donker!
De Minister voor People constateerde dat de werkgelegenheid achterblijft, ondanks alle uitgesproken aandacht hiervoor bij het Kabinet-Rutte. Waar het BBP stabiliseert tot licht stijgt, blijft de werkgelegenheid afnemen. Dit vraagt om nieuwe werkgelegenheid, die niet gekoppeld is aan materiële groei. Voorbeelden zijn te vinden bij veel initiatieven, zoals projecten om te delen i.p.v. nieuw te kopen. Dit leidt tot nieuwe business-modellen en werkgelegenheid, los van extra verbruik van grondstoffen. Voor dergelijke nieuwe werkgelegenheid is onderwijs nodig dat juist innovatie, creativiteit en ondernemerschap bevordert, en dus minder in plaats van meer keurslijf vraagt.
De Minister prees ook de Duurzame Initiatieven, die laten zien, dat duurzamer leven prettiger en gezonder (en vaak ook goedkoper) is. Daar moet de overheid bij aansluiten! Door samen te delen ontstaat nieuwe sociale infrastructuur, waardoor je elkaar kent en je ook voor elkaar zorgt. De Minister sprak daarom uit ambtenaren vrij te willen maken, die de duurzame initiatieven vooruit helpen en verspreiden over het land.
Ook sprak de MInister van People het belang van geluk uit. Het cijfer voor het geluk van de Nederlander is een belangrijke indicator. De Minister accepteerde de doelstelling om het geluk binnen 30 jaar op 8,5 te hebben. Door de zorgpunten van de mensen zelf, zoals uit onderzoek blijkt: normen en waarden, de zorg, tolerantie, extra aandacht te geven. Verdere groei van de welvaart draagt niet meer bij aan het geluk, maar betekenisvolle duurzame initiatieven blijken dat wel te doen. Een les voor de politiek!
De Minister voor Planet benadrukte het belang van het verbeteren en monitoren van de ecologische voetafdruk. Aangezien onze voetafdruk 3x hoger is dan de planeet kan dragen, moeten we het Nederlandse ecologisch begrotingstekort van 67% met kracht aanpakken. De uitgesproken wens in 2013 van de Kamercommissie voor ‘Groene Groei’ betekent delen en hergebruiken, zoals ook de Duurzame Initiatieven laten zien. Deze transitie van de economie van een lineaire wegwerpeconomie naar een circulaire deeleconomie bespaart grondstoffen en kosten. Het BBP, een maat voor de traditionele economie, meet dit niet. Net zoals veel landen, zoals Finland, Zwitserland, Mexico en de Filippijnen, dient Nederland de ecologische voetafdruk als indicator voor de gezondheid van onze economie te gaan gebruiken. De doelstelling is om de voetafdruk elk jaar 5% verkleinen. Zo lossen wij ons tekort nog in onze generatie op. Dit gaan we doen door de hoeveelheid afval die niet wordt hergebruikt elk jaar te verkleinen. Dit wordt ondersteund door normen aan producten voor grondstoffen, zoals de energie-klassenindeling al positief werkt.
Daarnaast presenteerde de Minister voor Planet de Biodiversiteit als belangrijke indicator.
Natuur is in zichzelf al waardevol. Daarnaast is het van belang voor de gezondheid en het welzijn van mensen. Voor onze eigen ontspanning, voor het toerisme en als economische vestigingsfactor. Daarom is van belang de biodiversiteit weer te herstellen. De Minister sprak uit binnen vijf jaar de biodiversiteit weer terug te willen krijgen op het niveau van 1990. Daarvoor zet de Minister in op het opnieuw werken aan versterking van het Nederlandse natuurnetwerk, waar natuur- en diervriendelijke landbouw goed bij aansluit. De Minister wil dit samen met natuurorganisaties, boeren en provincies realiseren en zo mogelijk financieren met Europese (landbouw)subsidies.
De Minister voor Profit tenslotte benadrukte het belang van het juist monitoren van de welvaart als onderdeel van economische gezondheid, die moet aansluiten bij de nieuwe duurzame economische modellen. Zij stelde daarom per 2015 de Duurzame Macro Economische Verkenning in. Externe kosten zoals milieuschade en de gevolgen van uitputting van grondstoffen en klimaatverandering worden daarin meegenomen. Maar ook de kosten van maatschappelijke nadelen van onze huidige manier van omgaan met elkaar worden erin opgenomen. De economische kansen van de groene economie en verduurzaming van productie en bedrijfsvoering worden hier ook geteld.
De Minister voor Profit ondersteunde haar collega voor Planet bij de grondstoffenaanpak. Zij zette in op het jaarlijks verminderen van de kosten van grondstoffengebruik met 10%, en dit zo mogelijk in Europees verband af te spreken.
De Minister van Profit stelde hiermee de huidige Materiaal-Bubbel tegen te gaan. Dit kan door een lagere BTW op producten van gerecycelde grondstoffen (waar het VK ook mee bezig is) en ook circulaire businessmodellen te belonen met een lager belastingtarief.
Tenslotte beloofde de Minister de financiële sector te helpen met een duurzamer gedrag en een beter imago door een minimum percentage aan investeringen in innovatieve en groene projecten te eisen. Nieuwe initiatieven van het MKB, vrouwelijke ondernemers en nieuwe vormen van bedrijven zoals coöperaties en social enterprises geven het perspectief van profit zonder pijn voor people en planet. De borgstelling van de overheid voor de financiële instelling wordt hieraan gekoppeld. En als laatste boodschap aan de politiek gaf de Minister voor Profit mee: “Waar een wil is, is een weg!”
Deze presentatie werd gericht aan aanwezige Tweede Kamerleden. Helaas lieten beide regeringspartijen verstek gaan. Hopelijk pikken ook zij de boodschap via hun duurzame partijgenoten toch op!
Niels van der Stappen