Energiebronnen van de toekomst

Aangescherpte doelstellingen van de EU maken duidelijk dat het energiebeleid de komende jaren fundamenteel moet veranderen. Nederland produceert momenteel slechts 4 procent duurzame energie, wat vóór 2020 16% behoort te zijn. Een beduidend slechtere score dan Duitsland bijvoorbeeld, dat nu al 25% duurzaam opwekt. We zullen nog een flinke stap moeten maken om ons energieverbruik, en daarmee ook de schadelijke uitstoot, drastisch te verminderen. 

Bovendien raakt ons aardgas langzaam maar zeker op. Over een paar decennia zal Nederland gasloos zijn, nu de gaswinning in Groningen aan banden wordt gelegd. Daarmee zetten we al een stap in de goede richting, want dat vermindert het broeikasgas, dat door verbranding van aardgas in de atmosfeer terechtkomt. Maar hoe gaan we dat aanpakken? Hoe gaan we ons huis verwarmen, douchen en koken, en kunnen we dan comfortabel wonen?

Duurzame energiebronnen als alternatief

Verwarming zonder de fossiele brandstoffen, zoals olie en aardgas, wordt de nieuwe norm. Daar zijn diverse alternatieven voor mogelijk. Alles omzetten naar elektrisch bijvoorbeeld. Dat klinkt misschien logisch, maar daarvoor produceren we nog lang niet genoeg schone energie. Een andere mogelijkheid is aardgas vervangen door synthetisch gas of biogas. De vooruitzichten daarvoor zijn veelbelovend: zo kunnen broeikasgassen met zonne-energie omgezet worden in vloeibare, klimaatvriendelijke brandstoffen.

En er zijn meer innovatieve technieken in ontwikkeling, zoals zeewier, dat weliswaar rendabel kan worden gekweekt, maar nog niet klaar is voor grootschalig gebruik als brandstof. Of succesvolle projecten met afvalwater, zoals in de innovatieve afvalwatercentrale in Hamburg. Al deze alternatieven zijn echter nog niet op grote schaal inzetbaar, omdat de ontwikkeling ervan nog onvoldoende is uitgewerkt.

Ook auto’s die op waterstof rijden, waterkrachtcentrales en wind- en zonne-energie leveren hoopvolle scenario’s, maar bieden helaas onvoldoende zekerheid op korte termijn. Om zorgeloos te wonen moeten we voorlopig nog vooral gebruik maken van bestaande technieken.

Energiezuinig verwarmen

Bij de bouw van een huis zetten installateurs en architecten zich in een woning zo duurzaam mogelijk op te leveren. Daarbij maken ze gebruik van alle mogelijke manieren om energie te besparen.

• Een goede isolatie is de basis, want een goed geïsoleerd huis vraagt minder stroom en gas om je behaaglijk te voelen. Vooral dak- en bodemisolatie, maar ook raam-, vloer- en spouwmuurisolatie besparen jaarlijks veel geld op je energierekening.
• Verwarming is een van de grootste energieslurpers in je huis, dus daarop besparen loont. Een moderne hr-ketel werkt weliswaar op aardgas, maar is al wel veel energiezuiniger dan een oude vr-ketel.
• Daarnaast zijn er verschillende soorten warmtepompen, zowel elektrische als hybride. Die laatste werken goed samen met een hr-ketel die bij heel lage temperaturen bijspringt. De hybride pomp maakt gebruik van de warmte in de lucht. Daardoor verbruik je wel meer stroom, maar beduidend minder gas.
• Een ander alternatief is de zonneboiler. Dit energiezuinige apparaat verwarmt het water zoveel mogelijk door (gratis) zonlicht, terwijl de hr-ketel het tekort aanvult.

Andere duurzame voorzieningen

Ook een uitgekiende warmwatervoorziening is van belang. Want warm water, dat gewoon door het afvoerputje verdwijnt, is een echte energieverslinder: warm water kost 50 keer meer dan koud water! Daarom is een waterbesparende douchekop een prima investering. Je gebruikt automatisch minder water, met hetzelfde doucheplezier.

Als je toch gaat verbouwen biedt een warmtewisselaar, die in de douchebak wordt ingebouwd, het voordeel dat het wegstromende warme water gebruikt wordt, om het koude water voor te verwarmen.

Zonnepanelen leveren milieuvriendelijke stroom, zonder dat er broeikasgassen vrijkomen. En doordat ze de laatste jaren een stuk goedkoper zijn geworden, is het rendement op je investering de moeite waard. Gemiddeld gaan zonnepanelen 25 jaar mee, terwijl soms al na 6 jaar de investering is terugverdiend. De rest is dus pure winst, voor het milieu én voor je portemonnee.

Ook met efficiënte ledlampen kun je veel besparen. De gloeilamp is inmiddels grotendeels uit het assortiment verdwenen en mag voor huishoudelijk gebruik niet meer verkocht worden. Wie er toch nog heeft branden kan zo’n 85% op lichtstroom besparen. Ledlampen zijn in vrijwel alle soorten en maten verkrijgbaar, en verbruiken tot 85% minder stroom. Ze zijn weliswaar duurder in aanschaf, maar omdat ledlampen zo’n 15.000 branduren meegaan, tegen gloeilampen slechts 1000 uur, verdien je dat verschil in een paar jaar terug.

Pas als je weet wanneer en waaraan je de meeste energie verbruikt, kun je er effectief op besparen. Daarvoor is een energieverbruiksmanager ideaal. Gas- en stroomverbruik zijn simpel af te lezen van het scherm, wat helpt om exact in de gaten te houden wat je verbruikt. Je ziet meteen hoeveel je bespaart, bijvoorbeeld als je de verwarming een graadje lager zet en onnodige lampen dooft. En dat scheelt!

Meer info en advies

Door stap voor stap over te gaan op milieuvriendelijke oplossingen, bereid je jezelf goed voor op een duurzame toekomst met een gasloos huishouden en milieuvriendelijk energieverbruik.

Daarmee lever je niet alleen een bijdrage aan een betere leefwereld, maar profiteer je ook van het financiële voordeel dat de aanschaf van zonnepanelen, een zonneboiler of een warmtepomp, oplevert. Ga voor meer info naar Feenstra.com, en ontdek het veelzijdige aanbod.