Op 24 april 2014 is het voor het eerst Fashion Revolution Day. De dag, die in het leven is geroepen na het dodelijke ongeval in een kledingfabriek in Bangladesh, is bedoeld om bewustzijn van de echte prijs van onze (goedkope) kleding te vergroten, en om enthousiasme voor fair fashion te stimuleren. Voor Duurzaamnieuws.nl zet trendanalist & tekstschrijver Lynsey Dubbeld de zin en onzin van Fashion Revolution Day 2014 op een rij.
Een echtpaar dat elkaar omhelst tussen de brokstukken van een ingestort gebouw. Een naaister zonder onderarm. Een demonstrerende menigte die roept om de doodstraf. Het zijn beelden die ons in april 2013 bereikten na het instorten van de Rana Plaza kledingfabriek in Dhaka, Bangladesh. Bij het ongeval kwamen meer dan 1100 textielarbeiders om het leven, en ruim 2500 raakten er gewond.
Als het incident in Rana Plaza één ding duidelijk heeft gemaakt, is het wel dat werkomstandigheden in de mode-industrie verre van veilig, fatsoenlijk en eerlijk zijn. Inmiddels is 24 april, de dag waarop de kledingfabriek instortte, uitgeroepen tot internationale Fashion Revolution Day. De dag is bedoeld om ons bewust te maken van de maatschappelijke problemen achter de kleding in onze winkelstraten. En om het alternatief – duurzaam gemaakte mode – in de schijnwerpers te zetten.
Wat er gebeurt op Fashion Revolution Day
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan als ondersteunend lid. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Vanwege Fashion Revolution Day vinden in tientallen landen, waaronder Nederland, speciale events plaats.
– Zo lanceert de Schone Kleren Campagne de campagne ‘Who Runs The World? Girls!’. Daarin staan de verhalen centraal van negen vrouwen die in Bangladesh en Cambodja kleding maken én vechten voor veilige arbeidsomstandigheden en eerlijke lonen.
– In het Humanity House in Den Haag is vanaf 24 april de expositie Fair Fashion Lab te zien. Modeontwerpers zoals Monique van Heist en kunstenaars zoals Tinkebell geven er een inkijkje in de wereld van (on)eerlijk gemaakte kleding.
– En in Amsterdam gaat het koopleger van StoereVrouwen op Fashion Revolution Day uit de kleren voor fair fashion.
Waarom Fashion Revolution Day een must is
Een dag zoals Fashion Revolution Day is bepaald geen overbodige luxe. Kunnen textielarbeiders in veilige fabrieken werken, maken ze niet te veel overuren, worden er fatsoenlijke lonen betaald? En zijn er behoorlijke arbeidscontracten beschikbaar, wordt er respectvol met (zwangere) vrouwen omgesprongen, en is er vrijheid voor vakbonden? Een geruststellend antwoord op deze vragen is niet vanzelfsprekend in Bangladesh. En ook niet in andere textielproducerende landen, waaronder Cambodja, China, Ethiopië, Miramar, Oezbekistan en Zuid-Korea. Fashion Revolution Day kan helpen om de maatschappelijke problematiek weer eens op de agenda zetten. En als daarbij een aanlokkelijk handelingsperspectief wordt geboden, kan het groene en eerlijke gehalte van onze garderobe een flinke impuls krijgen.
Wat er al gebeurd is in Bangladesh
Het dodelijke ongeval in de Rana Plaza kledingfabriek creëerde een onvervalst momentum voor verduurzaming van de modewereld. Ngo’s zoals de Schone Kleren Campagne waarschuwden al jarenlang voor de veiligheidsrisico’s in textielfabrieken in landen zoals Bangladesh en Cambodja. Sinds vorig jaar is de aanpak van de problematiek in een stroomversnelling geraakt. Zo zijn de nodige initiatieven genomen om de textielsector in Bangladesh eerlijker te maken. Bijvoorbeeld:
– In de Europese Unie is het Accord on Fire and Building Safety in Bangladesh gelanceerd. Dit actieplan is bedoeld om de veiligheid en het welzijn van werknemers in textielfabrieken te verbeteren. Het regelt onder andere de instelling van inspecteurs die controles in fabrieken uitvoeren, de invoering van brandveiligheidsmaatregelen, en de verbetering van de positie van vakbonden in de kledingsector. Ruim 150 internationale modebedrijven, waaronder bekende ketens zoals De Bijenkorf, Hema, H&M en WE Fashion, hebben het actieplan ondertekend.
– Er zijn ook financiële investeringen gedaan. Canada, Engeland en Nederland hebben miljoenen euro’s toegekend aan een programma van de International Labour Organisation. Die financiering wordt gebruikt voor bijvoorbeeld brand- en veiligheidscontroles in fabrieken, voorlichting over veiligheid voor werknemers, en steun aan slachtoffers van Rana Plaza.
– En er is meer transparantie over de productiewijzen en duurzame inspanningen in de kledingindustrie. Van oudsher zijn modebedrijven terughoudend om cijfers openbaar te maken over hoeveel producten ze afnemen, bij wie, en onder welke omstandigheden. Tegenwoordig zijn een aantal toonaangevende modemerken (zoals Nike, Levi’s, Adidas, Patagonia en Timberland) bereid om de namen van hun leveranciers bekend te maken. Dat maakt het voor consumenten een beetje makkelijker om bewust te winkelen.
Wat er nog te doen is in Bangladesh
Ondanks alle inspanningen zijn er nog volop stappen te nemen om de textielindustrie in Bangladesh veiliger en eerlijker te maken. Want:
– Aangezien in Bangladesh zo’n 5000 textielfabrieken operationeel zijn, duurt het nog wel even voordat de veiligheid overal is gecontroleerd.
– Een groot deel van de slachtoffers van Rana Plaza heeft nog geen financiële compensatie gekregen, ondanks de toezeggingen van modemerken . Primark is tot nu toe de enige die een schadevergoeding heeft uitgekeerd.
– Er zijn signalen van corruptie in de Bengaalse textielsector. Volgens sommige schattingen zijn minstens dertig eigenaren van kledingfabrieken vertegenwoordigd in het parlement. En er zouden talloze korte lijntjes zijn tussen politici, ambtenaren en textielproducenten. Deze situatie maakt onafhankelijk overheidstoezicht op arbeidersrechten nogal omstreden.
– Daar komt bij: Westerse modebedrijven zijn geneigd om de productie te verplaatsen van Bangladesh naar andere locaties. Daarmee worden de misstanden in Bangladesh natuurlijk niet opgelost. Bovendien zijn de werkomstandigheden in landen zoals Ethopië (waar onder andere Tesco en H&M grote opdrachten uitzetten) en Zuid-Afrika in veel gevallen nauwelijks beter dan in Bangladesh.
Wat Fashion Revolution Day nu te doen staat
Misschien wel de grootste uitdaging voor Fashion Revolution Day is om te zorgen voor blijvende aandacht voor green & fair fashion. In de nasleep van het ongeval in de Rana Plaza fabriek heeft naming & shaming ertoe geleid dat mainstream modemerken zich steeds meer genoodzaakt zien om zich te bekommeren om duurzaamheid. In veel gevallen niet vanuit morele of principiële overwegingen, maar vanuit bedrijfsbelangen. En dat kan betekenen dat de bereidheid om – praktisch én financieel – te investeren in verbeteringen in kledingproducerende landen afneemt naarmate de publieke druk minder voelbaar wordt.
Daarnaast is het de vraag of consumenten werkelijk stappen gaan zetten naar een eerlijke garderobe.
– Toen NCDO vlak na de instorting van de Rana Plaza fabriek consumentenonderzoek liet uitvoeren, zei 46 procent van de ondervraagden niet vaker in de winkel op het etiket te gaan kijken uit welk land de kleding afkomstig is. Slechts 56% van de deelnemers aan het onderzoek was bereid om 5 euro (10 procent) meer te betalen voor een gegarandeerd eerlijk gemaakte broek van 50 euro. En 61 procent was van mening dat de oplossing voor de problemen in de Bengalese kledingindustrie een verantwoordelijkheid is voor fabriekseigenaren en overheid in Bangladesh. En niet voor Nederlandse consumenten.
– Als het gaat om onze kleding, dan is prijs doorgaans een doorslaggevend aankoopcriterium . Voor slechts 2 procent van de Nederlandse vrouwen is verantwoorde productie een factor. De prijs is het meest genoemde aspect als het gaat over het aanschaffen van kleding, en daarnaast wordt gelet op bijvoorbeeld pasvorm, draagcomfort en combinatiemogelijkheden.
Wat dat betreft is de aanhoudende populariteit van fast fashion in onze winkelstraten geen goed vooruitzicht voor de werkomstandigheden in de textielindustrie. Want het systeem van snel wisselende, goedkope collecties, is lastig verenigbaar met principes zoals redelijke werkweken, betrouwbare arbeidscontracten en eerlijke lonen. Als Fashion Revolution Day het startpunt vormt voor een opmars van slow fashion – dat zou écht een revolutie zijn.
Lynsey Dubbeld (www.modevoormorgen.nl)