Bijna is het weer zover: de tijd van oliebollen, vuurwerk en feestmaaltijden. Even in de reflectiestand, een paar rustige overpeinzingen en dan met verve toosten op het nieuwe jaar dat dan terstond en zonder tegenstribbelen begint. Mooie, warme momenten waar we naar uit kunnen kijken; de gezelligheid, de voorpret en dan het samen genieten. Wat is er beter of mooier dan om in vrede bij elkaar te zitten, toch? Wacht heel even. Voordat we dat doen even een helaas wat rauwe terugblik. En inderdaad tot slot van dit jaar niet over de WEconomy en nieuwe business modellen. Gewoon over nu, vandaag en waar we staan.
Dit jaar 2016 begon schokkend brutaal met koelbloedige schietpartijen op de redactie van het Franse Charlie Hebdo. Vrijheid van meningsuiting kreeg een nieuwe leuze met het bijna onmiddellijk trending topic ‘Je suis Charlie’. Mannen, jonge, net volwassen jongens eigenlijk nog, die uit radicale onvrede doelbewust, op brute wijze en voor iedereen zichtbaar onverbiddelijk mensen tot zwijgen brengen. Is dit een nieuwe oorlog, een stadsguerrilla of gewoon moord? Of zien we wat ver weg al heel lang aan de gang was opeens onder onze neus gebeuren?
Dit was het jaar van mensen op de vlucht; duizenden en nog eens duizenden. Ontelbaar velen die met hun laatste geld in handen vallen van moderne slavendrijvers. Maar die zo wanhopig zijn dat ze hun hoop stellen op een beloofd land dat Europa heet en daarbinnen op Duitsland, of Zweden of een ander land. Hoe uitzichtloos moet je bestaan zijn dat je die oversteek met elkaar – ouders, kinderen – maakt. Keer op keer hebben we gezien hoe slecht het afloopt met gezonken gammele bootjes en verdronken mensen als resultaat en met als dieptepunt een aangespoeld kind, een over boord geslagen lappenpop.
Dit was het jaar van de harde en onverbiddelijke feiten. Of het nu ging over het vernietigen van het leven in zee, de doorzettende opwarming van de aarde (ook al gaat dat nou ook niet weer zo snel, maar is het wel onverbiddelijk), de harde relatie tussen de toename van natuurrampen en klimaatverandering, tot aan de Code Oranje voor het klimaat door de directeur van het KNMI. Dat over deze betrokken ‘daad’ Kamervragen gesteld worden, is bijna onbegrijpelijk.
Dan midden November, opnieuw Parijs, een tweede keer, terroristische aanslagen midden tussen de mensen. Beter voorbereid, radicaler, bewust georganiseerd om een veel grotere impact te bereiken. Dat dat is gelukt, weten we. We hebben allemaal wel een deel van de beelden gezien, de locaties van terreur. Honderden doden en gewonden, klopjachten, paniek, de inzet van duizenden militairen om een mogelijk nieuwe aanslag te voorkomen. Of dat lukt en blijft lukken? Het is maar zeer de vraag. Maar tegelijkertijd: hoe amateuristisch. Een paar snelvuurwapens en bommenvesten en that’s it. Wat zou er zijn gebeurd als een formatie drones als bommenwerpers gebruikt was? Je moet er niet aan denken.
Dit was het jaar van de COP 21, de grote en langverwachte onderscheid makende klimaatconferentie, niet bij toeval ook in Parijs. In de aanloop daar naartoe hebben duizenden, misschien wel miljoenen mensen kabaal gemaakt om de noodzaak van actie, van maatregelen, van een nieuw koers bijna spam-achtig onder de aandacht van bedrijven, politici, ministers, premiers en presidenten te brengen. Wie zijn oor te luisteren legt, hoort kritiek, cynisme én hoop over dit soort geldverslindende massa- bijeenkomsten. Maar het kan tegelijkertijd bijna niet anders; we moeten met elkaar in gesprek blijven. We mogen deze kans niet voorbij laten gaan!
Wie nog even achterom kijkt, ziet dat we eigenlijk met een reuzenvaart iets wat zich laat duiden als ‘een nieuw tijdperk’ aan het betreden zijn. De duizenden slachtoffers waar we al jaren vanuit de warmte van de eigen huiskamer niet zelden onaangedaan naar kijken, blijken opeens het gevolg van dramatische gebeurtenissen om de hoek, want opeens wordt daar ook geschoten. Het komt dichterbij, het is onder ons. De geliefde open maatschappij blijkt opeens ook open voor radicaal andersdenkenden die met geweld een gevoel van permanente dreiging en angst willen zaaien. En laten we heel eerlijk wezen: geen leger, geen politiemacht of special force is in staat dat echt een halt toe te roepen, want terrorisme is vooral ‘agile’ en onder de radar organiseren.
Wie iets verder kijkt dan die dreigende, bijna verstikkende dagelijkse (in niet onbelangrijke mate door hongerende media gevoede) realiteit, ziet een maatschappij waar de dingen steeds meer door elkaar heen gaan lopen en conflicteren. We komen in levende paradoxen en dilemma’s terecht. Wie dat op de een of andere manier symbolisch optelt, realiseert zich dat dit niet van voorbijgaande aard is. We zijn in een tijdperk van fundamentele veranderingen aangekomen. Dat noemen we transitie.
Sluiten we het jaar dan af zonder blijde boodschap, zonder opgewekte noot, zonder een hoopvol wenkend perspectief? Ik aarzel, want ik weet het echt niet. Gemengde gevoelens beschrijven nog het beste mijn gemoed. De wereld is op een harde, soms bloedige en confronterende manier in beweging gekomen. En misschien is dat juist wel het echte gezicht van transitie. Maar één boodschap is kristalhelder: het is tijd om te veranderen. De bakens te verzetten. Een grote maatschappelijk verbouwing in te zetten.
Laten we daar met elkaar maar de schouders onder zetten in het nieuwe jaar – en ons realiseren dat we dan een begin hebben gemaakt en dat het nog wel eens 10, misschien wel 15 jaar kan duren voordat we een flink stuk van die verbouwing achter de rug hebben. Feitelijk hebben we geen andere keus dan hieraan te beginnen. Terug naar het verleden heeft geen toekomst. Naar ik hoop doet u actief en betrokken mee, als u daar al niet mee bezig was. Ik wens u in het licht daarvan en mede namens alle auteurs die dit jaar columns op deze plaats hebben geschreven het allerbeste in het nieuwe jaar.
Jan Jonker