Na diverse lezingen en twee boeken weet ik het niet meer zo net. ’t Is niet dat de grote veranderingsgoeroe niet duidelijk is of niet overtuigend genoeg spreekt of schrijft. Bij elke zin van zijn pleidooi, denk je in eerste instantie: “Ja, net”. Zijn bezielende, haast spirituele optimisme wekt na enige tijd bij mij echter vraagtekens op. Ik zou graag willen dat hij gelijk heeft. Dat we aan de vooravond van een revolutionaire, fundamentele en onomkeerbare transformatie staan. En vooral, dat die omwenteling, die enorme “schaalsprong” zich nog op tijd zal voltrekken.
Mijn probleem is de snelheid, of beter gezegd het snelheidsverschil tussen mentale processen, maatschappelijke processen en het natuurlijke proces van de klimaatverandering. Als evolutiebioloog weet ik heus wel dat veranderingen, mits geleidelijk, kunnen aanzetten tot aanpassingen. Maar ik weet ook dat snelle veranderingen geen aanpassing geven maar selectie of zelfs leiden tot het uitsterven van soorten. We hebben het hier echter niet over evolutie van genetisch materiaal en miljoenen jaren maar over mensen, tradities, wetten en tientallen jaren. Onze beschaving verandert niet meer door selectie van de willing en uitsterven van de non willing zodat we na een paar honderd generaties alleen nog friskijkers en omdenkers over hebben. Bij mensen leiden externe veranderingen in eerste instantie tot verzet en vertragingstactieken en die zijn heftiger naarmate de veranderingen groter zijn.
Ja maar
Jan Rotmans beschrijft zelf tal van voorbeelden waarom aanpassing niet lukt. Omdat we bang zijn voor verandering, omdat we te groot en te log zijn, omdat we zitten vastgeroest in bureaucratische structuren of omdat er te grote belangen in het geding zijn. Of omdat we altijd maar ”Ja maar” zeggen en ons oude denkraam niet willen verlaten. Hij zegt terecht dat het probleem voornamelijk tussen onze oren zit, maar dat lijkt mij nu juist helemaal geen geruststellende diagnose voor wat betreft de snelheid. Ik had liever dat het een technisch probleem was.
Hij zegt ook dat we van een verticale top down organisatie naar een horizontale zelfsturende bottom up organisatie moeten. Zijn woordkeus is rijk, maar ik vrees dat de hoeveelheid vergaderingen vanwege verschillende meningen en belangen een enorme vertraging met zich mee zal brengen. Hij voorspelt chaos in de overgangsfase, maar vanuit een optimistische organische evolutie (“elke crisis is zuiverend”) waarbij we van onze fouten leren, komen we er beter uit. Of niet, denk ik dan. Want teleurstellingen leiden immers meestal tot frustratie en de eerste tekenen van chaos zullen de tegenstanders versterken. Ze zullen zeggen: “Zie je nu wel !”
Friskijkers chanteren
Het is ook maar zeer de vraag of de kleine groepjes van idealistische veranderaars, de friskijkers en de omdenkers, zich als inktvlekken zullen vermenigvuldigen en elkaar als vliegwielen zullen versnellen. Waarom zouden ze niet net als onze politici zwichten voor de chantage door bedrijven die dreigen het land te verlaten of dreigen met werkloosheid? De kans is groot dat we al heel snel op onze schreden moeten terugkeren omdat de talloze klimaatrampen, zoals overstromingen, extreme droogte periodes, branden en stormen en vooral heel veel vluchtelingen, ons inhalen en zo veel geld gaan kosten dat we ons geen experimenten meer willen veroorloven. We kunnen vrij gemakkelijk in politieke verlamming geraken door onderlinge conflicten, patstellingen, of oorlogen. We kunnen al bij het begin van de chaos getroffen worden door een complete IT- en internet-blow-down doordat een enkele kwaadwillende idioot, waaraan in het geheel geen gebrek lijkt te zijn, alle computers plat legt.
Het klimaat is uitermate gecompliceerd, maar dat is geen excuus want het klimaatprobleem is op zich niet moeilijk te begrijpen. Alleen het aanpakken van de oorzaak is vervelend en komt ons even niet goed uit en de geschiedenis stemt niet optimistisch over de snelheid van onze aanpak.
Al lang bekend
Uit een aardig artikel van Andy Miles pikte ik een paar historische data ter illustratie.
Al in 1820 begreep Joseph Fourier het principe dat infrarode straling die van de aarde terug straalt, door CO2 in de atmosfeer wordt geabsorbeerd.
In 1938, waarschuwde G.S. Callendar er al voor dat de stijgende CO2 concentratie de aarde zou opwarmen en omstreeks 1950 werd dit al door de meeste wetenschappers geaccepteerd. In 1859, werd het overtuigend in een proefopstelling gedemonstreerd door John Tyndall die behalve de rol van CO2 ook de nog grotere rol van waterdamp aantoonde. In 1896 legde Svante Arrhenius het verband met het verbranden van fossiele brandstoffen en veronderstelde hij een directe relatie tussen de CO2 concentratie in de atmosfeer en de temperatuur op aarde. Hij gebruikte voor het eerst het woord broeikasgaseffect. In 1959 waarschuwde de natuurkundige Teller de Amerikaanse olie-industrie ervoor dat een 10 % hogere CO2 concentratie gepaard zou gaan met het smelten van de ijskappen waarbij New York en een heleboel andere kustplaatsen onder water zouden komen te staan.
Vanaf 1977 waarschuwde James F Black een topwetenschapper van Exxon, zijn managers. Zij lieten aanvullend onderzoek doen en schrokken van de consequenties voor hun business. In 1979 werd er een omvangrijk wetenschappelijk rapport gepubliceerd waarin werd voorspeld dat er in het begin van de 21e eeuw een verdubbeling van de CO2 concentratie zou plaatsvinden gepaard gaande met een opwarming tussen 2 en 3,5 0C gemiddeld en 10 0C aan de polen en drastische regionale veranderingen van het klimaat. Tegen het einde van 1980 begon Exxon met een grootscheepse campagne om twijfels te zaaien. In deze campagne werd door Exxon meer geld geïnvesteerd dan ooit zelf aan onderzoek was besteed.
In 1988 werd het Intergovernmental Panel of Climate Change (IPCC) door de VN opgericht en vanaf dat moment werkten meer dan 2000 wetenschappers over de hele wereld samen aan een serie rapporten. Na het vijfde rapport in 2013 was de zekerheid bijna 100 % en waren de modelberekeningen ze ver verbeterd dat men grafieken kon presenteren over de temperatuur bij verschillende scenario’s van maatregelen.
In 1992 werd in Rio de Janeiro het eerste klimaatverdrag gesloten met 192 landen Ruim twintig jaar later, in 2015 werd in Parijs een akkoord gesloten en dit werd in 2017 door 195 landen geratificeerd.
We zijn dus al bijna 100 jaar bekend met het probleem en genoeg gewaarschuwd, maar de uitstoot van broeikasgassen neemt nog steeds toe. Nederland is al voor 6 % duurzaam, waarvan ongeveer de helft dankzij het opstoken van hout uit Canadese bossen. Maar dat is het verleden. Het klimaat is intussen in het nieuws en we gaan er wat aan doen, zeggen we.
Klimaat wacht niet op ons
Intussen blijft het klimaat niet wachten tot het eindelijk een keer bij ons tussen de oren doordringt dat het werkelijk ernst is. De voorspellingen van het IPCC zijn waarschijnlijk nog te optimistisch omdat in de modellen geen rekening is gehouden met een reeks versnellers zoals de afname van het albedo effect als het Arctische zee-eis is gesmolten, het vrijkomen van gigantische hoeveelheden methaan uit de permafrost en uit de arctische zeebodem, de toenemende meandering van straalstromen, veranderende zeestromingen, hogere luchtvochtigheid, afstervende koralen en uitgestrekte bosbranden. Een groep wetenschappers onder de schuilnaam Sam Carana deed dat wel en heeft berekend dat we vanwege al deze versnellingen al omstreeks 2026 uitgestorven zouden kunnen zijn omdat de aarde dan al 10 o C kan zijn opgewarmd. Dat lijkt een worst case scenario maar dat we omstreeks 2050 de 3 graden opwarming gepasseerd zullen zijn, is voor vrijwel alle wetenschappers wel zeker.
Reden genoeg om haast te maken zou je denken maar ik zie daar nog niet veel van. Tegenover iedere groep idealistisch gedreven vrijwillige frisdenkers en omdenkers ontstaan helaas meerdere groepen van rechtsextremistische klimaatontkenners en andere wegkijkers. Tegenover elk nieuw dak met zonnepanelen om de CO2 uitstoot met 1,5 ton per jaar te verminderen worden tien vliegreizen Thailand, Australië, en Nieuw Zeeland geboekt waarmee honderd keer zo veel CO2 wordt uitgestoten. Elke besparing door vervanging van een energie slurpende ouderwetse beeldbuis staat tegenover een modern LEDscherm dat tien keer zo groot is en bovendien de hele dag aan staat. Elke 10% verbetering van de efficiëntie van de verbrandingsmotor in de voorbije 10 jaar staat tegenover een verdubbeling van het gewicht per auto en ook een verdubbeling van het aantal auto’s. Tegenover elke keer dat ik de fiets pak voor een ritje van 4 km naar de supermarkt staat dat twee andere mannen wel met de auto gaan en dan de motor rustig een half uurtje stationair laten draaien terwijl ze met airco of kachel aan op hun vrouw zitten te wachten. Tegen elk plan voor windparken of zonneparken staat een aantal boze burgers op om dit met NIMBYargumenten te verhinderen en tegenover elke vleesvrije dag per week staan diverse BBQ’s waarbij per persoon meer dan een pond vlees wordt weggewerkt.
Tussen feestvierders en doemdenkers
In plaats van enthousiaste menigtes met jeugdige strijders voor meer duurzaamheid of bondgenootschappen van ouderen die bezorgd zijn om hun kinderen, zie ik overal onverschilligheid, fatalisme, koppen in het zand en vooral veel verre reizen en feesten, heel veel feesten. En dan zijn er ook nog van die doemdenkers zoals ik.
Toch zou ik heel graag geloven dat Jan Rotmans gelijk heeft en dat zijn revolutie tussen de oren van de mensen gaat plaatsvinden, maar ik zie voorlopig nog zo weinig dat daar op wijst dat ik nauwelijks kan geloven dat er tussen onze oren snel heel veel zal veranderen. Zelfs als dat zou gebeuren blijft de wereld voorlopig om geld draaien.
Ik verwacht dan ook veel meer van een heel andere revolutie. Veel minder leuk maar wel veel sneller. We koersen af op een economische crisis die zijn weerga niet kent. Die kan vrij snel ontstaan door klappende bubbels van het financiële systeem, of geleidelijk door oplopende schade die het klimaat met zich mee gaat brengen, door stagnerende groei in bepaalde sectoren en regio’s of door het instorten van big fossil en alles wat daar direct en indirect aan vast zit. Door die crisis zal de CO2 uitstoot drastisch omlaag gaan en dat geeft ons iets meer tijd. Indien dat vervolgens gepaard gaat met een razendsnelle omschakeling van het grote kapitaal naar investeringen in duurzame technologie kunnen we nog net gered worden. Dat gebeurt dan niet omdat klimaatgoeroes of transitiedeskundigen zeggen dat het moet, maar alleen omdat alleen daar nog geld mee te verdienen valt. Dit beeld is minder idealistisch geef ik toe, en helemaal niet leuk, maar wel zo realistisch. Alleen de macht van het grote kapitaal is groot genoeg om alle tegenstribbelaars te overstijgen en alleen de vlucht van het kapitaal is snel genoeg. Niemand houdt een kapitaalvlucht tegen en als de crisis eenmaal uitbreekt op de beurzen zal het razendsnel gaan. Daarvoor is dan geen enkele verandering tussen de oren van de mensen nodig en zelfs de allerdomste tweeteraar onder de Republikeinen zal het omarmen.
Han Blok