Overal waar je kijkt is de Europese natuur bedreigd en het GLB en subsidies zijn daar mede oorzaak van. Sinds decennia is het verhaal van de natuur er een van scherpe achteruitgang, ondanks verbeteringen in luchtkwaliteit, minder industriële vervuiling en minder rioolafval. De biodiversiteit van dieren, bomen, planten, vissen en insecten is schrikbarend afgenomen.
Niet alle schuld ligt bij intensieve landbouw; verstedelijking, invasieve soorten en industriële vervuiling dragen er ook aan bij. Maar de cijfers laten duidelijk zien dat landbouw een grote rol speelt. Vogels op het platteland hebben het zwaarst te verduren gehad, met een daling van 57% in aantal. Ook insecten op landbouwgrond nemen drastisch af. Landbouw is verreweg de grootste factor.
Dat was niet de bedoeling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) van Europa. Sinds het begin van de jaren 2000 is dat ingezet om niet alleen boeren en voedselproductie te steunen, maar ook het milieu te beschermen. Dit beleid kost de EU ongeveer €55 miljard per jaar, en in ruil daarvoor moeten boeren aan minimale milieueisen voldoen. Extra maatregelen, zoals het aanplanten van bomen of het behouden van wetlands, kunnen hen extra steun opleveren.
Tot nu toe hebben deze milieumaatregelen echter weinig effect gehad. In 2020 stelde de Europese Rekenkamer dat het GLB nauwelijks invloed had op biodiversiteit. In 2023 vond het Europees Milieuagentschap dat slechts 14% van de habitats en een kwart van de soorten in de landbouwgebieden in “goede” staat verkeerden. Bovendien versterkt het GLB de klimaatcrisis: 80% van het budget gaat naar koolstofintensieve dierlijke producten.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan als ondersteunend lid. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
De vervuiler krijgt betaald
“Het GLB is een monster geworden,” zegt Faustine Bas-Defossez van het Europees Milieuagentschap. “In plaats van de vervuiler betaalt, is het geworden: de vervuiler krijgt betaald.” Pieter de Pous van de denktank E3G noemt het GLB “een beleid op zoek naar rechtvaardiging”. Na druk van boerenprotesten zijn zelfs de minimale natuurmaatregelen verder afgezwakt. De Pous denkt dat boeren op de angst van de Europese Commissie voor een politieke backlash in de verkiezingen hebben ingespeeld.
De gevolgen voor de natuur zijn waarschijnlijk rampzalig. Ironisch genoeg zullen vooral grote boeren profiteren van de versoepelde regels, terwijl de kleine boeren verder op de achtergrond raken. Het GLB ondersteunt boeren op basis van landgrootte, wat grote bedrijven bevoordeelt en kleine familieboerderijen in de knel brengt.
Hoe zijn we in deze situatie terechtgekomen? En is er een uitweg?
In de vroege jaren van wat de EU werd, was voedselzekerheid het primaire doel. Vanaf de jaren 60 werden boeren aangemoedigd om de productie te verhogen met nieuwe machines en kunstmest. In de jaren 80 leidden marktverstoringen tot het beruchte “boterberg”- en “wijnmeer”-probleem. Het GLB werd vervolgens aangepast, met betalingen gebaseerd op landoppervlak in plaats van productie. Dit bevoordeelt de grootste boeren en stimuleert intensieve landbouw, wat schadelijk is voor het milieu.
“Het GLB is een welzijnsregeling voor de rijken,” zegt Ariel Brunner van BirdLife Europe. Het beleid laat arme boeren nauwelijks overleven, terwijl supermarkten en leveranciers alle winsten opstrijken. “Dat houdt de cyclus van intensieve landbouw in stand,” aldus Will White van de Sustain-coalitie in het VK.
Ondertussen versnelt de klimaatcrisis, met verwoestende effecten op landbouw en voedsel. Boeren zouden kunnen profiteren van groene regelgeving als ze er economisch voordeel uit halen, zegt White. “Als boeren geld kunnen verdienen met milieumaatregelen, zullen de meeste luisteren.”
Er zijn tekenen van mogelijke hervorming. In september spraken boeren, supermarkten, consumentenorganisaties en milieugroepen af dat er “dringende, ambitieuze en haalbare” veranderingen nodig zijn in de landbouw- en voedselsystemen. Ze pleiten voor meer plantaardig eten, met betere voorlichting en strengere marketingregels.
Volgens Ed Davey van het World Resources Institute kan duurzame landbouw werken in harmonie met de natuur. Het succes van een hervorming zal afhangen van een scheiding tussen grote en kleine boeren. Grote boeren profiteren van intensieve methodes, terwijl kleine boeren juist kunnen gedijen met kwaliteit en biologische productie.
Consument moet zich ook aanpassen
Ook consumenten moeten zich aanpassen. In de EU gaat 80% van de landbouwsubsidies naar dierlijke producten, wat een grote impact heeft op de uitstoot van broeikasgassen. Als consumenten minder bewerkt voedsel en minder vlees eten, zal de druk op het land afnemen.
De hoop dat landbouwsubsidies wereldwijd worden hervormd om de planeet te beschermen, klinkt misschien utopisch. Maar er is geen natuurwet die zegt dat landbouw de natuur moet vernietigen. Kleine boeren hebben eeuwenlang in harmonie met de natuur gewerkt. Landbouwsubsidies zijn menselijke constructies die herzien kunnen worden, ondanks de korte-termijn druk. Wat daarvoor nodig is? Politieke moed.
Lees de hele reportage in The Guardian