Toen mensen nog tot meer dan 50% van hun inkomen aan voedsel moesten besteden gaf het hebben van een volkstuin een enorme verlichting in de kosten voor levensonderhoud. Nu we nog amper 18% van ons inkomen uitgeven aan voedsel is de noodzaak voor een volkstuin een stuk minder groot.
Onze grootste uitgavenpost is nu die voor huisvesting. Gemiddeld geven Nederlanders 25% van hun inkomen uit aan huisvesting. Voor veel mensen van de bevolking loopt dit % echter op tot (ver) boven de 50. Alle reden dus om te komen tot creatieve oplossingen voor dat probleem naar analogie van de volkstuinen van toen.
Hazen S. Pingree
Het was Hazen S. Pingree, burgemeester van Detroit aan het eind van de negentiende eeuw, die aan de basis stond van de moderne Volkstuinverenigingen. Al eeuwenlang hadden meestal goed gesitueerde mensen tuinen buiten de steden gehad, als plek voor rust en vermaak, en voor de teelt van allerlei producten. Wijken als de Hoven bij Deventer en Zutphen danken er hun naam aan. Voor de grootste groep arme mensen was het bezit van zo’n tuin, of hof, echter geen haalbare kaart.
Pingree zag de armoede van veel van zijn inwoners aan de ene kant en de vele hectares grond die die gemeente onbenut in eigendom had aan de andere kant. Net als nu hadden veel overheden gespeculeerd met grond maar konden ze die door de grote crisis in de 80-er jaren van de negentiende eeuw niet tot ontwikkeling brengen. In 1894 lanceerde Pingree daarom het plan om die onbenutte gronden uit te geven aan arme mensen zodat ze hun eigen voedsel konden verbouwen. Hij noemde ze potato patch gardens. Helaas wilde noch zijn gemeenteraad, noch zijn kerk, noch zijn partij, hij was socialist, meewerken aan het plan.
Pingree financierde zijn plan vervolgens zelf. In 3 jaar tijd was 46% van de arme arbeiders en immigranten voorzien van een eigen tuin. Meer dan 4000 gezinnen die ook wel de vacant lot farmers werden genoemd. Zijn idee vond navolging in andere steden waaronder New York, Boston en Chicago en sloot perfect aan bij ontwikkelingen uit met name socialistische hoek in Europa. Het nog steeds bestaande Algemeen Verbond van Volkstuinverenigingen in Nederland heeft socialistische wortels.
Dankzij volkstuinen hebben honderdduizenden mensen in de VS en Europa enorm kunnen besparen op hun kosten voor levensonderhoud waardoor zij toegang kregen tot andere te betalen voorzieningen. De tijd van duur voedsel is nu al lang voorbij. Je kunt ontbijten voor €1,00 en dineren voor minder dan € 7,50. Hier en daar zijn er zelfs voedselbanken die niet meer van hun producten af kunnen komen, terwijl de armoede toeneemt! Want de huishuur vreet het grootste deel van je inkomen op. Het wordt tijd voor goedkope huizen. Het wordt tijd dat we zelf ons eigen huis mogen bouwen.
Grond te duur
Er bestaan al zelfbouwprojecten in Nederland vanaf der 80-er jaren. Die zelfbouw bestaat er voornamelijk uit dat je je eigen ontwerp mag maken, verder verschillen de regels en kosten niet veel van andere huizen met als gevolg dat de stichtingskosten van zo’n zelfbouwwoning ongeveer even hoog of zelfs hoger zijn dan van niet in zelfbouw opgetrokken huizen. Een van de belangrijkste prijsopdrijvende factoren is de prijs van de grond. Waar landbouwgrond zo’n 5 tot 6 euro per m2 doet, is diezelfde grond gebruikt voor woningbouw opeens het 80-voudige of meer waard. Van € 50.000,- naar € 4.000.000,- per ha.
Het verschil zou hem zitten in de aanleg van infrastructuur als wegen en nutsvoorzieningen. Goedkope zelfbouw begint met het uitbannen van de speculatie op grond. Het zou mogelijk moeten zijn, zelfs verplicht, dat gronden voor woningbouw beschikbaar komen tegen dezelfde prijs of pacht als waar ze vóór die toepassing voor werden gebruikt, vermeerderd met de reële kosten voor infrastructuur.
Locaties elitair
In het landelijk gebied mag niet zomaar gebouwd worden tenzij je een zak centen hebt en een ‘landgoed’ vestigt. Minimaal 5 ha waarvan 80% opengesteld voor het publiek. Nu al zijn er legio voorbeelden dat met die laatste regel gesold wordt en rijke mensen de grond voor zichzelf reserveren. De ‘rood voor rood’ regeling maakt het mogelijk bedrijfsgebouwen rond boerderijen om te zetten in woningen. Wederom een regeling als speeltje voor de rijken, of mensen met de goede connecties, die zich de ontwikkeling van zo’n schuur tot huis kunnen permitteren. Het zou mogelijk moeten zijn dat ook armlastige mensen op boerderijgrond tegen de normale pachtprijzen voor landbouwgrond hun eigen huis kunnen bouwen. Kleine gehuchtachtige gemeenschapjes rondom oude boerderijen of dicht tegen de bebouwde kom aan. Of gemeenten, maak gewoon gronden vrij voor dit doel!
Materialen en voorschriften te duur
Allerlei voorschriften op het gebied van bouwen en materiaalgebruik drijven de prijzen voor huizen onnodig op. Waarom mag je bijvoorbeeld niet met gebruikte materialen werken? In deze Cradle to Cradle tijd? Natuurlijk moet er bouwtoezicht zijn om de veiligheid van bewoners en buren te garanderen. Zelfbouwers zouden getraind kunnen worden, gecertificeerd, tot erkend zelfbouwer onder toezicht van verder erkende bedrijven. Naar analogie van de volkstuinbeweging. Tot in de negentiger jaren werden de meeste moestuinrubrieken in de groenbladen geschreven door professionele tuinbouwvoorlichters en tuinbouwonderzoekers, hun inbreng is van onschatbare waarde geweest voor het niveau van volkstuinieren in Nederland. Een dergelijke beweging kan zich ook in zelfbouw voordoen.
Naobers en Tiny Houses
Net als volkstuincomplexen in gemeenschapszin werden opgebouwd kan dat met volksbouwprojecten. Samenwerken waarbij ieders aanleg en vaardigheid optimaal wordt benut begeleid door professionele bouwers en deskundigen. Momenteel is er een beweging gaande om Tiny Houses toe te staan als ‘oplossing’ van de woningnood. Peperdure woninkjes van maximaal 50m2. Een laffe oplossing en totaal niet interessant voor jonge gezinnen. Mensen hebben recht op volwaardige woningen op straffe te vervallen tot trailerwijken zoals in de VS (en tegelijkertijd permanent bewonen van vakantiewoningen verbieden, kan het cynischer?).
Zelfbouw als recht
Is het eigenlijk niet te gek dat je je eigen huis niet mag bouwen? Dat er geen bouwgronden beschikbaar zijn tegen normale pachtprijzen? Dat overheden speculeren met grond en de inkomsten eruit als deel van hun ‘verdienmodel’ zien? Dat burgers gedwongen worden duur te huren in huizen die meer en meer in handen komen van handige al of niet koninklijke speculanten? Dat je daardoor soms meer dan de helft van je inkomen moet opofferen voor de winsten van deze speculanten? En dat je daardoor geen toeging hebt tot tal van andere te betalen voorzieningen? Het wordt tijd voor een tegenbeweging, het wordt tijd voor een Algemeen Verbond van Volksbouwverenigingen in Nederland.
Gert Jan Jansen
Hof van Twello