Lima kan worden toegevoegd als de volgende besluiteloze top in het internationale klimaatcircus, waarin het doorschuiven van beslissingen naar de volgende ronde de belangrijkste attractie lijkt.
D66 ziet de uitkomst klimaattop als een eerste stap naar een wereldwijd akkoord. Europarlementarier Gerben-Jan Gerbrandy: “Ik ben opgelucht dat de onderhandelingsmarathon uiteindelijk toch zijn vruchten heeft afgeworpen. Het zag er door de vasthoudendheid van enkele blokkerende ontwikkelingslanden zoals China lange tijd slecht uit. Ambitieus is het akkoord moeilijk te noemen, maar het biedt hoop op een versnelling van de aanpak van klimaatverandering”. Gerbrandy was deze week namens de Europese liberale fractie aanwezig bij de klimaattop.
GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout is teleurgesteld in het resultaat.“Het is duidelijk dat alle landen in de wereld de urgentie van klimaatverandering duidelijk inzien, dat is de winst van deze top. De discussie over hoe dit aan te pakken en wie welke stappen moet zetten, blijft nog werk in uitvoering: en dat baart me grote zorgen.”
“De deal die China en de VS sloten in oktober leek een hefboom te worden voor concrete stappen in Lima, maar die zijn vrijwel uitgebleven. Veel besluiten zijn nu vooruitgeschoven naar Parijs waardoor het risico bestaat dat deze eindigt zoals in Kopenhagen: teleurstellend.”
Eickhout wijst erop dat de uitkomst van deze top er niet voor zorgt dat de temperatuur op de wereld minder dan twee graden oploopt. “Daar zijn meer stappen voor nodig. Tegelijk zien we dat het bedrijfsleven, lokale overheden en burgers langzaam maar zeker naar een toekomst met minder uitstoot bewegen. Het is aan ons, aan de politiek om dit proces te versnellen zodat latere generaties niet met sociale en milieukosten van klimaatverandering opgescheept zitten.”
Om die reden is het van groot belang dat in Parijs volgend jaar ambitieuze bindende doelen worden vastgesteld en dat er afspraken worden gemaakt over hoeveel geld de rijkere landen steken in een Groen Klimaatfonds om investeringen te kunnen doen in ontwikkelingslanden. Daar wordt namelijk klimaatverandering het hardste gevoeld en daar is de investeringsruimte om over te gaan naar een duurzame economie beperkt.
Eickhout had liever gezien dat er in Lima al concretere stappen op dit punt gemaakt zouden zijn, maar dat bleek niet mogelijk. “De kloof tussen rijk en arm is in de afgelopen jaren een loopgraaf geworden. Gelukkig liggen er nu wel voorstellen om dit te overbruggen, maar vooralsnog geen overeenstemming. Ik heb goede hoop dat dit zal lukken, maar dan is publieke druk essentieel. Wij zullen dan ook het komend jaar campagne voeren om onze regeringsleiders mee te krijgen in de aanpak van klimaatverandering.”
Gerbrandy: “De vrijblijvendheid in het akkoord is nu echt te groot geworden. Door geen beoordeling te eisen van de nationale klimaatprogramma’s zal onduidelijk blijven of alle nationale inspanning bij elkaar opgeteld voldoende zullen zijn om de klimaatdoelen te bereiken. Deze vrijblijvendheid geeft onvoldoende garantie voor het halen van de 2 gradenlimiet.”
Eensgezindheid
Toch zitten er ook veel positieve aspecten aan het akkoord én het proces waarin 193 landen in verschillende fases van ontwikkeling moeten overeenkomen wie wat moet doen. Voor het eerst in 20 jaar was er geen discussie over de wetenschap achter klimaatverandering. “Nooit eerder was de eensgezindheid om het klimaatprobleem aan te pakken zo groot. Nu is het zaak met het nieuw opgebouwde vertrouwen, de ambitie en het tempo op te voeren om uiteindelijk gezamenlijk klimaatverandering te voorkomen”, aldus Gerbrandy.