Tegen 2050 zullen de meeste mensen op aarde stroomafwaarts leven van grote stuwdammen die in de vorige eeuw zijn gebouwd. Veel van die dammen verouderen snel, maar ze afbreken is een complexe onderneming, zegt de Universiteit van de Verenigde Naties.
De meeste van de 58.700 grote dammen wereldwijd werden gebouwd tussen 1930 en 1970, met een voorziene levensduur van 50 tot 100 jaar. De dammen werden gebouwd voor wateropslag, irrigatie, overstromingsbeheersing of waterkracht.
Een doorsnee betonnen dam vertoont na vijftig jaar al tekenen van veroudering, stelt het Instituut voor Water, Milieu en Gezondheid van de Universiteit van de VN (UNU) in een omvangrijk rapport. De klimaatverandering zal dat verouderingsproces versnellen.
De dammen zijn vaker defect, de kosten voor reparatie en onderhoud stijgen en sediment hoopt zich op in de reservoirs.
Dammen die goed ontworpen, gebouwd en onderhouden zijn, kunnen makkelijk honderd jaar mee, stelt het instituut. Maar het rapport voorspelt een toename van de ontmanteling van dammen, een proces dat in de VS en Europa al aan kracht wint, naarmate economische of praktische bezwaren instandhoudingswerken verhinderen.
Risico
Het rapport beschrijft ook het toenemende risico van oudere dammen, de stijgende onderhoudskosten, de afnemende functionaliteit als gevolg van sedimentatie, de voordelen van herstel of herontwerp van natuurlijke omgevingen en de maatschappelijke effecten.
“Dit rapport is bedoeld om wereldwijd aandacht te vestigen op het sluipende probleem van de verouderende infrastructuur voor wateropslag”, zegt medeauteur Vladimir Smakhtin, directeur van de denktank Water, Milieu en Gezondheid aan de UNU. “Het benadrukt dat de toenemende frequentie en ernst van overstromingen en andere extreme omgevingsfactoren de ontwerplimieten van dammen kunnen overstijgen en het verouderingsproces kunnen versnellen. Beslissingen over ontmanteling moeten daarom worden genomen in de context van een veranderend klimaat.”
Wereldwijd wordt zo’n 7000 tot 8300 kubieke kilometerwater opgeslagen achter dammen – genoeg om ongeveer 80 procent van Canada onder een meter water te bedekken.
Handvol landen
Opvallend is dat het probleem wereldwijd is, maar zich toch beperkt tot een handvol landen. Dat komt omdat 93 procent van alle grote dammen ter wereld zich in slechts 25 landen bevindt.
“De bouw van grote dammen nam in het midden van de 20e eeuw een hoge vlucht en bereikte een hoogtepunt in de jaren zestig en zeventig”, legt senior onderzoeker Duminda Perera uit. “Vooral in Azië, Europa en Noord-Amerika, terwijl Afrika in de jaren tachtig een piek kende. Het aantal nieuw gebouwde grote dammen is daarna voortdurend en geleidelijk afgenomen.”
China heeft met 23.841 grote dammen bijna de helft (40 procent) van het wereldtotaal. Samen met India, Japan en Zuid-Korea loopt dat aandeel op tot 50 procent.
Niet eenvoudig
Er zijn uiteenlopende redenen om de oude dammen te ontmantelen: in de eerste plaats de veiligheid van wie stroomafwaarts woont, maar ook oplopende onderhoudskosten, sedimentatie in reservoirs en herstel van het natuurlijk rivierecosysteem.
Makkelijk is dat niet. De meeste dammen die tot nu toe zijn verwijderd, waren klein. Grotere dammen afbreken is een erg complex werkje.
“De weinige gevallen van verouderde grote dammen die werden afgebroken tonen hoe complex en tijdrovend het proces is om een dam veilig te verwijderen”, zegt Allen Curry, medeauteur en hoogleraar aan de University of New Brunswick. “Zelfs een kleine dam verwijderen neemt vaak jaren, soms decennia in beslag. Gezien de massale veroudering die we nu meemaken, is een wettelijk kader nodig om dat proces te sturen en te versnellen.”
Dammen afbreken heeft ook een belangrijke economische, sociale en ecologische impact, zowel positief als negatief.
“Eigenlijk moet het afbreken van een dam als even belangrijk gezien worden als het bouwen ervan”, zegt Curry.