Niels van der Stappen, oud-voorzitter van het CDA-duurzaamheidsberaad verzamelt binnen het CDA steun voor zijn kandidatuur als lijsttrekker voor de Tweede Kamer. Duurzaamnieuws vroeg hem naar zijn beweegredenen. Overigens maakt het CDA-partijbestuur pas op 2 april bekend wie het als kandidaten toelaat, dus het is nog onzeker of Niels daadwerkelijk de ‘strijd’ zal kunnen aangaan. Vandaar dat hij het hield bij een korte reactie.
Het CDA is niet de eerste partij waar je aan denkt als het om duurzaam gaat. Zelf ben je behoorlijk actief in duurzaamheid. Waarom heb je je kandidaat gesteld?
Ik geloof sterk dat een meer zelfbewuste koers van het CDA kan bijdragen aan het oplossen van de problemen waarmee Nederland worstelt, ook, en misschien juist, op gebied van duurzaamheid. Het beleid dat ik voorsta is meer gericht op een toekomst die mensen in Nederlander weer perspectief biedt. Dat zal ook helpen het vertrouwen in de politiek te herstellen.
Wat betekent dat voor duurzaamheid?
Ik vind het beleid nu teveel gericht op geld en te weinig op de mensen. Daarom zet ik in op een balans tussen people, planet en profit. Dat speelt op alle beleidsterreinen. Zo verdiep ik me al lang in wat een duurzame economie is en hoe die vormgegeven kan worden. Op dat laatste gebied hebben we vanuit het Duurzaamheids Overleg Politieke Partijen een uitstekend manifest geschreven met vele aanbevelingen. Het is nu tijd om deze agenda vorm te gaan geven.
Zo moeten we nog krachtiger, samen met coöperaties, de plaatsing van windmolens op land nastreven. Dat is immers de goedkoopste vorm van energie, als alle (maatschappelijke) kosten worden meegewogen.
Ook het bedrijfsleven wil verder met verduurzamen. Daarvoor moet het belastingstelsel nu snel vergroend worden door minder subsidies op fossiele energie en een lager tarief voor duurzame diensten, zoals voor onderhoud en energie-besparing in gebouwen, maar ook voor reparatie en recycling.
Voor de langere termijn moet er een innovatieprogramma voor de basisindustrie komen, waarbij deze overschakelt op schonere processen met laag energie-verbruik, of zorgt voor de opslag van overmaat elektriciteit van duurzame bronnen (power-to-gas en dergelijke).
Duurzaamheid draagt dus bij aan beter klimaat en milieu. Maar ook de sociale dimensie vind ik belangrijk: deel- en circulaire economie bieden lagere kosten voor iedereen en zorgen voor nieuwe werkgelegenheid. In algemene zin moeten we meer lange termijn relaties met elkaar aan gaan. Dat zie je ook binnen de zorg terug als grote behoefte aan een vaste relatie tussen de hulpvrager en de zorgverlener.
Politiek lijkt steeds verder van mensen af te staan; steeds meer mensen keren zich er van af. Hoe wil jij politiek bedrijven die mensen weer aanspreekt?
Ik sta voor direct contact met de kiezer, op straat en digitaal. Zo wil ik de dialoog aangaan met alle mensen, blij, boos of bezorgd. Hoe zien zij de problemen, die opgelost moeten worden? Vervolgens wil ik als een ingenieur die vraagstukken analyseren en met goed uitgewerkte en uitvoerbare plannen komen. Daardoor leg ik de nadruk meer op inhoud en minder op ’theater’. Door dit helder te koppelen aan uitgangspunten, zoals rentmeesterschap voor het CDA, worden je principes weer zichtbaar.
Ik heb daarbij ideeën op vele terreinen. Daarover kan ik later meer uitweiden. Voor nu is het belangrijk om met zo veel mogelijk mensen, bedrijven en organisaties gezamenlijk goede plannen op te stellen, waarmee ik de verkiezingen wil ingaan.