Vol trots presenteerde Shell haar mooie winstcijfers over 2014: naar schatting 22,6 miljard dollar, tegenover 19,5 miljard in 2013. Het Nederlands-Britse olieconcern vergeet daarbij de prijs te vermelden die het milieu daarvoor betaalt. Uit onderzoek blijkt dat Shell verantwoordelijk is voor 2,12% van de wereldwijde CO2 uitstoot. Daarmee is het nummer 4 in de top 90 van ’s werelds grootste veroorzakers van klimaatverandering, na Chevron, Exxon en BP.
Desondanks toont Shell weinig belangstelling om haar milieu-impact noemenswaardig te compenseren en heeft het bedrijf in 2009 vrijwel al haar duurzame investeringen beëindigd. En dat terwijl significante compensatie bij Shell vrij eenvoudig zou kunnen.
Leg zonnepanelen op pompstations en Shell-kantoren en compenseer 850 miljoen autokilometers
Natuurlijk is het inherent aan de fossiele industrie waarin Shell opereert en de producten die het verkoopt, dat het bedrijf een enorme klimaatvoetafdruk achterlaat. Daarom is het des te belangrijker dat oliebedrijven als Shell hun verantwoordelijkheid nemen door te investeren in schonere alternatieven. Maar Shell heeft vijf jaar geleden juist een streep gezet door al haar investeringen in zonne- en windenergie en richt zich nog uitsluitend op de ontwikkeling van biofuels, een vorm van energie waarvan het positieve klimaateffect omstreden is.
Dat het bedrijf haar solaractiviteiten abrupt heeft beëindigd is des te opmerkelijker omdat Shell zelf in een recent rapport stelt dat solar binnen vijftig jaar de grootste energiebron ter wereld zal zijn. Wat is dus logischer voor Shell dan de negatieve spiraal te doorbreken door op zijn minst zelf de tienduizenden vierkante meters plat dak van haar pompstations en kantoren vol te leggen met zonnepanelen?
“Een snelle rekensomleert dat er op alle 500 pompstations en kantoren van Shell in Nederland samen 53.500 zonnepanelen passen”, zegt Roebyem Anders van Sungevity. “Die kunnen zo’n 12.305.000 kWh aan schone stroom produceren, waarmee Shell 202.009.951 kg CO2 en rond de 850 miljoen gereden kilometers zou kunnen compenseren. Natuurlijk is dat bij lange na niet voldoende, maar het zou een geweldige stap in de goede richting zijn. Bovendien zou Shell ermee kunnen laten zien dat het wel degelijk geeft om een groene toekomst.”