De afgelopen weken verschenen er een aantal lijvige rapporten over energie. Het Planbureau voor de leefomgeving produceerde samen met andere instituten de Nationale Energie Verkenning 2014. Dit rapport maakt pijnlijk duidelijk dat we in Nederland op geen stukken na kunnen voldoen aan de doelstelling om de uitstoot van broeikasgassen omstreeks 2050 volledig te hebben gestopt. Weliswaar verwacht men anno 2030 dat de huishoudens wat minder grijze stroom en gas zullen afnemen, maar op alle andere fronten, besparing door efficiëntie, verwarming, landbouw, verkeer en industrie is de prognose uitermate bescheiden.
Eigenlijk kun je concluderen dat er afgezien van de sterke motivatie bij een toenemend aantal particulieren, geen enkele ambitie aanwezig lijkt om het klimaat te redden. Nederland denkt per 2030 op een verminderde uitstoot broeikasgassen van 14 % ten opzichte van 1990 uit te komen, maar zelfs dit is bij het huidige beleid zeer dubieus. Op 29 oktober besloot de European council dat er per 2030 minstens 40 % minder uitstoot moet zijn. Dat gaan we met deze regering nooit halen.
Een van de pijnlijkste constateringen is dat onze energiecentrales de laatste jaren van gas naar kolen zijn overgeschakeld omdat de marktprijs van kolen door het grote aanbod en de afnemende vraag lager is dan de prijs voor gas. Voor die paar centen laten we dus de uitstoot van koolzuurgas per hoeveelheid geproduceerde energie gewoon verdubbelen. Het is schrijnend te beseffen dat in de VS juist de steenkoolcentrales worden vervangen door gasgestookte omdat dit zou bijdragen aan de reductie van broeikasgassen.
Ook China en India zijn bezig met alle macht het gebruik van steenkool te verminderen en te vervangen door duurzame energie uit wind en zon. Nederland profiteert van het ontstane overschot van steenkool op de wereldmarkt door er een schepje bovenop te doen. De grote mond van Nederland tijdens de klimaatconferenties met de beschuldigende vinger naar China en de VS is om je dood te schamen.
Wat nog erger is, is dat die prijsvergelijking op grond waarvan de energieproducenten menen te moeten overschakelen voor geen meter deugt. Daarover verscheen juist onlangs een ander rapport van Ecofys gemaakt in opdracht van de EU commissie (Subsidies and costs of EU energy. project nr. DESNL14583).
Dit rapport bespreekt twee aspecten die bij de marktprijzen niet worden meegerekend. Allereerst betreft het de talloze steunmaatregelen van overheden. Behalve directe subsidies zijn dit tal van belastingvrijstellingen, investeringen met goedkoop kapitaal door staatsbedrijven, soepele vergunningen en dergelijke. In Europa belopen deze 10 miljard € voor steenkool en 5 miljard € voor gas, plus nog eens € 27 miljard/j belastingvermindering voor grootverbruikers van fossiele energie. Deze interventies zijn overigens zeer sterk verschillend voor de verschillende lidstaten, maar omdat de energiemarkt internationaal is, werken de enorme steunmaatregelen in VK, Duitsland en Italië voor het gebruik van fossiele energie ook door in de marktprijzen die Nederlandse centrales moeten betalen. Maar ook in Nederland zelf wordt voor een slordige 2 miljard belastingvrijstelling verleend aan de grootgebruikers van fossiele energie.
Het tweede aspect betreft de afwezigheid van externe kosten in de prijzen. Wereldwijd sterven jaarlijks tussen de 6000 en 4000 mijnwerkers ten gevolge van ongelukken in kolenmijnen. Door stoflongen sterven nog eens 50 keer zo veel mijnwerkers vroegtijdig. In totaal vergen de kolenmijnen 250.000 dodelijke slachtoffers per jaar. De totale schade is nog veel groter vanwege de luchtverontreiniging met roet en zwavel in de steden. Ook door uitlaatgassen van auto’s sterven in de hele wereld circa 3 miljoen mensen per jaar aan vreselijke longziektes.
De schade door klimaatverandering is eveneens enorm. Ecofys heeft alle informatie over schade door klimaatverandering en verontreiniging verzameld en de totale kosten gedeeld door de hoeveelheid gebruikte fossiele energie. Ecofys schat de totale externe kosten voor stroom uit steenkoolcentrales op 10 cent per kWh en voor stroom uit gascentrales op 3,5 cent/kWh.
Het één en ander betekent dat de gemiddelde marktprijzen voor stroom uit steenkoolcentrales eigenlijk geen 7,5 cent/kWh maar 15 cent/kWh zouden moeten zijn. Voor gascentrales zou de prijs geen 10 cent maar 12,5 cent/ kWh moeten zijn.
En toch is dit nog niet eens het hele verhaal, want de gemiddelde kostprijzen zijn gebaseerd op de aanname dat centrales het hele jaar op volle kracht draaien. Dat is in de praktijk lang niet het geval. Doordat de vraag naar energie niet constant is, moet de capaciteit van de centrales uitgelegd worden op de maximale vraag. Tijdens de periodes met piekbelasting werden tot voor kort hegere spotprijzen gehanteerd. Juist die periodes met piekbelasting vallen tegenwoordig weg doordat energie uit zon en wind voor een steeds groter deel daarin voorziet. Resultaat is een geweldige overcapaciteit waardoor de gas en kolencentrales niet op vollast draaien, niet kunnen profiteren van de hoge spotprijs tijdens piekuren en dus verlies maken. De marktprijs voor kolen daalt daardoor nog verder en het wordt nog weer moeilijker voor duurzame energie om daar tegen te concurreren. Maar hoe moeilijk is dat eigenlijk nog?
Onlangs kreeg ik een Amerikaans rapport onder ogen met de gemiddelde kostprijzen voor verschillende soorten duurzame en fossiele energie, zonder rekening te houden met subsidies en andere interventies en externe kosten (LCOE of Utility Scale Solar Power getting really Competitive Zachary Shahan 26 okt 2014 Cleantechnica.com).
Hieruit blijkt zonneklaar dat de gemiddelde kosten voor stroom uit steenkool in de VS variëren tussen 6 en 15 dollarcent, voor gascentrales die de piekbelasting moeten opvangen tussen 18 en 23 dollarcent en voor gasgestookte centrales met warmte-krachtkoppeling tussen 6 en 9 cent.
Het allergoedkoopste is energiebesparing door isolatie van gebouwen, LED verlichting, elektrisch rijden, warmtepompen en proceswijziging met een kostprijs tussen 0 en 6 cent/kWh. Daarop volgt de windturbine op land met een kostprijs tussen 4 en 8 dollar cent. Grootschalige installaties met zonnecellen volgen direct daarop met een kostprijs tussen 6 en 9 cent. Ook in India is onlangs gebleken dat grootschalige centrales met zonnepanelen goedkopere stroom leveren dan kolencentrales (RenewEconomy 29 okt 2014 CleanTechnica.com).
Uit alle informatie is duidelijk dat energie uit steenkool de langste tijd gehad heeft. Desondanks kunnen we in de Nationale Energie Verkenning 2014 lezen dat er gedurende de laatste 5 jaar in Nederland nog voor 10 miljard in centrales voor fossiele energie is geïnvesteerd en dat we daardoor met een enorme onrendabele overcapaciteit zitten opgescheept.
In Nederland zijn we daarentegen wel met een paar honderd lokale coöperaties van idealistisch gemotiveerde vrijwilligers aan de slag om windturbines en zonnepanelen te bevorderen. Zij moeten de vreemdste capriolen uithalen en maximale creativiteit in de boekhouding betrachten om de business cases rond te krijgen omdat ze aan alle kanten worden gepakt door onze onwillige overheid. Alleen dankzij wat lokale subsidies en de extreem lage spaarrente komt er hier en daar iets van de grond maar in het algemeen dreigt het hele energie akkoord één grote flop te worden. En dan te bedenken dat de benodigde investeringen in Nederland om binnen 20 jaar CO2 neutraal te worden voor minstens 200.000 banen zouden kunnen zorgen en dat de lasten uiteindelijk lager zullen zijn dan de baten.
“Ach waar maak je je druk over”, zult u denken
In een wetenschappelijk artikel van Light, Hensel en Carana in Arctic News 8 juni 2014 las ik over de schrikbarende hoeveelheid methaangas die sinds twee jaar vrijkomt uit Arctische gebieden. Het komt niet alleen uit ontdooiende toendra’s maar ook als smeltend methaanhydraat van het continentaal plat van Siberië en uit breuklijnen tussen Alaska en Siberië. De oorzaak is temperatuurverhoging in combinatie met aardbevingen doordat de Groenlandse ijskap minder zwaar wordt. Omdat 94 % van de energie door opwarming van de aarde in de oceanen terechtkomt en de warme golfstroom naar de Noordpool stroomt was op veel plaatsen rondom het Noordpoolijs de temperatuur van het water deze herfst al 1.8 graden C boven normaal. Deze wetenschappers voorspellen niet alleen dat het arctische ijs al circa 2016 helemaal zal zijn gesmolten, maar ook dat de steeds grotere hoeveelheid methaan die daardoor vrijkomt tussen 2040 en 2050 fataal zal worden voor het leven op aarde en het einde van de mensheid zal betekenen.
Allemaal flauwekul, zult u misschien zeggen. “We moeten geen windmolens die op subsidie draaien” roepen de liberalen en de PVV-ers in koor. “Wij willen lease-auto’s zonder bijtelling en belasting voor de elektrische auto” roept Helma Neppérus tegen partijgenoot Wiebes. En zo kibbelen en kabbelen we voort in het land waar we van gekkigheid niet meer weten wat we moeten doen.
Han Blok