Als er één factor is te benoemen die tot kanteling van de wereldorde kan leiden is het wel de opwarming van de aarde. Het klimaat is geen probleem waarmee het ene tegenover het andere machtsblok staat en dat kan leiden tot onderlinge oorlogsconflicten of concurrentie, maar klimaatverandering is een gemeenschappelijk probleem. Bovendien een probleem van ongekende ernst en omvang.
Wel bestaat er onderlinge discussie over de vraag wie er het meeste schuld draagt. De CO2 uitstoot die de afgelopen decennia door de rijke landen is uitgestoten, dreigt vooral effect te gaan hebben voor de arme landen die daar het minst aan hebben bijgedragen. Dit vormt helaas een belangrijk twistpunt bij de internationale klimaatonderhandelingen.
Toch is het gevaar voor klimaatverandering te groot en te urgent om maatregelen uit te stellen vanwege onenigheid over de kostenverdeling en de schuldvraag. De vraag is niet of het leven op aarde in gevaar is, maar op welke termijn. Voor velen lijkt het gevaar nog heel vèr weg in de toekomst. Met opmerkingen als “Het zal mijn tijd wel duren” of “Dat maak ik niet meer mee” maakt men echter een hele grote denkfout. Op een geologische tijdschaal verloopt de temperatuurstijging door broeikasgassen ongekend snel en veel sneller dan ooit heeft plaatsgevonden. Bovendien blijkt uit het overzicht in de serie kantelpunten in klimaatverandering in Duurzaamnieuws.nl dat het proces van opwarming zelf in een versnelling raakt.
Gegevens van de WMO laten zien dat de opwarming sinds het jaar 2000 al 1,25 keer sneller verloopt dan in de dertig jaar daarvoor. Door meerdere factoren treedt er de komende jaren een positieve terugkoppeling op van de opwarming. Deze factoren tezamen kunnen de opwarming in de komende tientallen jaren gemakkelijk met een factor 2 à 2,5 versnellen. Dat zou betekenen dat er per 20 jaar 1 graad bij komt boven de 1 graad C opwarming die we nu al hebben bereikt. Daarmee zouden we over 40 jaar op 3 graden verhoging uitkomen. Niemand kan precies voorspellen voor hoeveel mensen er dan nog op deze aarde valt te leven, maar het zal slechts een hele kleine fractie zijn van de huidige 7 miljard mensen. Als het voortbestaan van zoveel mensen wordt bedreigd, zijn met zekerheid ernstige conflicten te verwachten, waarbij onenigheid over de kostenverdeling in het niet valt. Het lijkt verstandig daar niet op te wachten. Er is haast geboden.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan met een donatie. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Grote koersveranderingen verlopen echter meestal traag en nog trager als het wereldwijd moet gebeuren. De generatie die nu studeert gaat het vrijwel zeker meemaken dat we de 2 graden voorbij gaan en zonder radicale koersverandering is er voor de generatie die nu in het lager onderwijs zit, helemaal geen toekomst meer.
Niet alleen de tijd dringt voordat de aarde onleefbaar wordt, maar ook de nu al aanwezige klimaatschade door orkanen, hittegolven, overstromingen, extreme droogte en bosbranden is de afgelopen paar jaren snel groter geworden. Alleen al de bosbranden in de VS leveren per jaar honderden miljarden aan schade. De nieuwe klimaatgezant van de VS John Kerry probeert Republikeinen die zich meer zorgen maken om geld dan om bomen, te overtuigen met het argument dat nu niets doen veel duurder zal worden dan nu maatregelen treffen. In de rest van de wereld lijkt dit besef al eerder te zijn doorgedrongen en worden er door politici ambitieuze plannen opgesteld. Maar ook dit is een kanteling met een lange voorgeschiedenis.
Alarmisten en ontkenners
Voor het gevaar van klimaatopwarming wordt al tientallen jaren gewaarschuwd. Binnen de grote olieconcerns ExxonMobile, BP, Shell en Chevron wisten experts al sinds 1950 dat het verbranden van kolen, olie en gas tot een verhoging van het CO2-gehalte in de atmosfeer zou gaan leiden en dat dit als broeikasgas opwarming zou gaan veroorzaken.
In 1968 werd in een rapport door het American Petroleum Institute (API) voorspeld dat het CO2-gehalte zou stijgen van 280 naar 370 ppm in het jaar 2000. In 1982 voorspelde wetenschappers van ExxonMobile dat het gehalte in 2019 naar 415 ppm zou gaan en dat is inderdaad gebeurd. Zij wisten ook donders goed dat de gevolgen van verdere stijging desastreus zouden kunnen worden.
Na een historische toespraak van natuurkundige en klimaatwetenschapper James Hansen voor het Amerikaanse Congres in 1988, kon ook de rest van de wereld weten dat het klimaat dreigt te veranderen als gevolg van door de mens uitgestoten broeikasgassen. Volgens Hansen kon dat, als we er niet snel genoeg mee zouden stoppen, zo erg worden dat de aarde onleefbaar wordt. Zijn toespraak had effect.
In dat zelfde kanteljaar 1988 voor het klimaatbewustzijn werd door de VN binnen het Environmental Programme (UNEP) en de World Metereological Organisation (WMO) ook het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) opgericht. Daarin bundelen duizenden wetenschappers over de hele wereld hun kennis om klimaatverandering nader te onderzoeken en daarover gemeenschappelijk te rapporteren. De talrijke rapporten van het IPCC zijn sindsdien de wereldstandaard geworden waarin alle wetenschap over het klimaat is samengevat.
Vrijwel tegelijkertijd bundelde het Amerikaanse petroleum instituut (API) samen met Ford en General Motors alle krachten in die sector om via quasi wetenschappelijke instituten en propaganda in de media twijfel te zaaien.
De misleidende campagnes door de olie- en gasreuzen duurden tientallen jaren en lopen nog steeds door. Regeringen dansen naar hun pijpen met wereldwijd 5,4 trillion US$ (=5.400 miljard) overheidssteun per jaar via subsidies en belastingvoordelen. Daarvan bestaat een groot deel uit indirecte subsidie door het niet belasten van de externe kosten die ontstaan door schade aan mens en milieu .
Van de aanvankelijke ontkenning van klimaatverandering via de ontkenning dat de mens daarvoor verantwoordelijk zou zijn, richtte men zich op de onzekerheden in de klimaatmodellen en ging men vervolgens over tot het aanprijzen van de eigen producten als “clean”, “safe” en “emission reducing”. Men maakte goede sier met investeringen in duurzame alternatieven, maar dit was niet meer dan “greenwashing” omdat het slechts een belachelijk kleine fractie van hun investeringen betrof (0,2% voor ExxonMobile en Chevron, 1,2% voor Shell en 2,3% voor BP). Tegelijkertijd werden en worden nog steeds vele miljarden geïnvesteerd in drastische verhoging van de olieproductie en het aanboren van nieuwe bronnen. Daarnaast worden miljarden geïnvesteerd in duizenden kilometers gasleidingen en terminals voor verscheping van vloeibaar gas.
Na deze lange voorgeschiedenis waarin weinig of geen effectieve maatregelen werden genomen, lijkt het er nu toch op dat omstreeks 2021 de strijd om het klimaat zich toespitst. Illustratief daarvoor is ook de recente uitspraak van de rechter die Shell gebiedt om nu meer concrete maatregelen te nemen.
Verzetsstrijd
Ruim dertig jaar na de toespraak van James Hansen in 1988 voor het Amerikaanse Congres, tientallen rapporten van IPCC en tientallen internationale klimaatconferenties sinds 1988, de wereldwijde vertoning van de filmdocumentaire An Inconvenient Truth van Al Gore in 2006, en een akkoord in Parijs in 2015, komt de verzetsstrijd tegen klimaatopwarming eindelijk op stoom en lijkt de strijd zich op tal van fronten te verharden.
De inmiddels klassieke protesten van Greenpeace tegen walvisvangst en olieboorplatforms worden nu versterkt met protesterende schooljeugd wegens het aantasten van hun toekomst via de spijbelaars in de Friday for Future beweging aangesticht door Greta Thunberg. De boze en geëmotioneerde toespraken van de kleine Greta voor de wereldleiders hebben diepe indruk gemaakt.
Vanuit Zuid-Korea en Indonesië is een omvangrijke beweging Kpop4planet in opkomst die via de sociale media acties voert onder jeugd.
Extinction Rebellion doet het nog wat feller met blokkades en Urgenda doet het met succes via de rechter en dit vindt ook in vele andere landen navolging. De beweging 350.org doet het via de wereldwijde desinvesteringscampagne om geen geld meer in fossiel te investeren (divestment campaign) en bereikte dit jaar al een totaal aan toezeggingen voor 11 trillion US$. Dank zij de desinvesteringsbeweging kan intussen bijna geen enkel land nog het geld bij elkaar krijgen om nieuwe steenkoolcentrales te bouwen.
Naarmate het verzet tegen klimaatopwarming feller wordt, komen er ook fellere protesten vanaf de andere kant. Het klimaatprobleem leidt tot polarisatie en de strijd escaleert, ook in Nederland.
De grootverbruikers stribbelen uiteraard tegen bij een eerlijke verdeling van de energiebelasting en tegen het meest effectieve middel, de carbontax of CO2-belasting. De voormalig minister van economische zaken Wiebes dreigt met het opheffen van de uiterst succesvolle salderingsregeling. De landbouworganisatie LTO verzet zich tegen het gebruik van landbouwgrond voor zonneparken en omwonenden verzetten zich tegen windmolens op land en vissers tegen windmolens op zee. De grote autofabrikanten zetten tot voor kort de hakken in het zand tegen de onvermijdelijke overgang naar elektrisch rijden, en de VVD-ers, met in hun nek hijgende klimaatontkenners zoals Wilders en Baudet, verzetten zich tegen een lagere maximum snelheid en tegen het rekeningrijden. De twee klimaatontkenners konden in Nederland op bijna 1/3 van het aantal zetels in de tweede kamer rekenen. Volgens premier Rutte zijn klimaatmaatregelen leuk, zolang de groei van de economie maar niet in gevaar komt. Verzet komt ook van burgers die onder geen beding willen opdraaien voor de kosten als we van het gas af moeten en in Frankrijk dwingt de gele hesjesbeweging de Franse president op de knieën vanwege een CO2-belasting op benzine.
Samengevat zien we in deze aflevering de volgende kantelpunten:
- De discussie rond klimaatverandering polariseert de samenleving
- Burgers en NGO’s gebruiken de rechter om maatregelen af te dwingen
- Protest van tegenbewegingen leidt tot toenemende instabiliteit.