Plantenziekten door schimmels en insecten verspreiden zich richting de poolstreken met de zelfde voortvarendheid waarmee het klimaat verandert. Nieuw onderzoek laat zien dat het ongedierte het opwarmende klimaat volgt en steeds verder oprukt. Dat kan ernstige gevolgen hebben voor de voedselveiligheid.
Het gezaghebbende tijdschrift Nature schrijft dat de verdeling van diersoorten verandert ten gevolge van klimaatverandering. Door de opwarming trekken veel soorten weg van de evenaar, naar de poolstreken toe. Die beweging was al eerder waargenomen bij sommige vogel- en insectensoorten.
Door een veranderend klimaat staat de voedselvoorziening in veel landen al onder druk. Nieuwe ziekten maakt de situatie alleen maar nijpender. “Onze verdelgingsmiddelen en pesticiden moeten tegen steeds meer ziekteverwekkers worden ingezet, die ieder op zich resistentie tegen deze middelen kunnen ontwikkelen”, zegt ecoloog Dan Bebber van de universiteit van Exeter, UK. “Wanneer deze ook nog eens nieuw territorium binnentrekken, kan de zaak wel eens helemaal uit de hand lopen.”
De grootste bedreiging vormen schimmels en oomyceten, aan elkaar verwante microben die plantenziekten veroorzaken, zoals de aardappelziekte.
De wereldwijde verplaatsing van gewasziekten is nooit eerder samenhangend onderzocht. Daarom hebben Bebber en zijn collega’s er historische overzichten bij betrokken, die sinds 1822 worden bijgehouden en door CABI (Centre for Agricultural Bioscience International) worden bewaard.
Van 612 soorten is onderzocht wanneer sinds 1960 deze soorten voor het eerst in een land werden waargenomen. Daaruit bleek dat het ongedierte zich met een snelheid van bijna 3 km per jaar noord- en zuidwaarts beweegt. Dat is ongeveer even snel als de uitbreiding van warme gebieden onder invloed van klimaatverandering. Veel soorten rukken daarbij sneller op dan hun natuurlijke vijanden, waardoor het ecologisch evenwicht verstoord dreigt te raken. Daardoor neemt de kans op heftige plagen snel toe.