Nieuwe gentechnieken zouden het voedselsysteem duurzamer kunnen maken. Maar ze vallen buiten de huidige wetgeving. Dat staat in een nieuw rapport van de Europese Commissie. Volgens milieuorganisaties is het rapport een poging om nieuwe gentechnieken en de bijbehorende gmo-producten buiten de bestaande wetgeving te houden.
In het rapport, opgesteld op vraag van de Europese Raad, behandelt de Commissie zogenaamde “nieuwe gentechnieken” (NGT’s). Dergelijke technieken, zoals CRISPR/Cas, maken een erg snelle ontwikkeling door, ook in regio’s die belangrijke handelsrelaties met de EU hebben.
Volgens het rapport zijn de nieuwe technieken veelbelovend, kunnen ze de Europese voedselsystemen duurzamer en competitiever maken en hebben ze “voordelen voor veel sectoren van de maatschappij.”
“De studie concludeert dat nieuwe genetische technieken de duurzaamheid van de landbouwproductie kunnen bevorderen, in overeenstemming met de doelstellingen van onze Farm to Fork-strategie”, zegt EU-commissaris voor Gezondheid en Voedselveiligheid, Stella Kyriakides. “Met de veiligheid van de consument en het milieu als belangrijkste richtlijn is het nu het moment om de dialoog te openen met de burgers, de lidstaten en het Europees parlement om samen een richting te kiezen voor het gebruik van deze biotechnologie in de EU.”
Industrie ziet kansen
Vanuit de industrie klinkt het geluid dat biotech van belang is voor het realiseren van de duurzame doelstellingen van de EU, dat de regelgeving voor genetische modificatie totaal niet meer voldoet en dus aanpassing behoeft.
Europa zou met de nieuwe regels een kans krijgen om mee te doen op het mondiale toneel van de biorevolutie. Een kans om te ‘zorgen dat biotech mens, dier en planeet vooruit helpt’ en waarmee ‘Europa zich bij de innovatieve voorhoede van de wereld schaart’.
“We kunnen het ons niet permitteren om effectieve, veilige en duurzame oplossingen links te laten liggen. Daarom is er een paradigmashift nodig. We moeten een einde maken aan de stigmatisering van GMO’s en ons concentreren op de vraag of een organisme of product veilig is voor het beoogde gebruik.” Dat zegt Annemiek Verkammen, directeur van HollandBio, de belangenvereniging van biotechbedrijven in Nederland.
Bezorgdheid
De commissie zegt zich bewust te zijn van de bezorgdheden die met ggo-producten gepaard gaan, onder meer rond de volksgezondheid, het milieu en mogelijke conflicten met biologische landbouw. Maar NGT’s zijn een verzamelterm voor heel uiteenlopende technieken, en sommige producten zijn even veilig voor de volksgezondheid en het milieu als conventionele planten.
Volgens het rapport zijn er “sterke aanwijzingen dat de huidige regelgeving rond GMO’s uit 2001 niet volstaat” voor sommige nieuwe technieken en de producten die ze kunnen opleveren. “Een aanpassing aan de huidige wetenschappelijke inzichten en technologische vooruitgang dringt zich op”.
Deur op een kier
Voor tegenstanders is het rapport een poging om sommige ggo’s buiten de ggo-wetgeving te houden.
“De EU heeft een verantwoordelijkheid om het recht te beschermen van boeren om de kiezen wat ze aanplanten en van de consumenten om te kiezen wat ze eten”, zegt Kevin Stairs van Greenpeace. “Ze heeft ook de verantwoordelijkheid om het milieu en de biodiversiteit te beschermen tegen de mogelijke schade die nieuwe ggo’s kunnen veroorzaken.”
In 2018 oordeelde het Europese hof van Justitie dat nieuwe gmo’s onder de bestaande regulering vallen, en dat uitzonderingen “de bescherming in het gedrang zouden brengen en niet zouden voldoen aan het voorzorgsprincipe.”
De EU en de lidstaten moeten het voorzorgsprincipe en de beslissing van het Europese Hof respecteren, zegt Stairs. “Gmo’s met een andere naam zijn nog altijd gmo’s, en moeten ook zo behandeld worden door de wetgeving.”