’s Werelds grootste ondernemingen erkennen in hun verslaglegging klimaatverandering in toenemende mate als financieel risico. De diepgang en de kwaliteit van de informatie over de klimaatgerelateerde risico’s in de verslaggeving kan overigens aanzienlijk worden verbeterd. Vooral bedrijven in Frankrijk, Japan en de Verenigde Staten geven inzicht in de financiële risico’s die zij als gevolg van de klimaatverandering lopen. Dit blijkt uit het onderzoek Towards Net Zero van KPMG, een internationale analyse van de mate waarin de 250 grootste bedrijven in de wereld (G250) in hun verslaglegging aandacht besteden aan de financiële risico’s van de klimaatverandering.
Bijna 60% van de grootste bedrijven in de wereld geeft op dit moment inzicht in die financiële risico’s. Voor grote Duitse en Chinese bedrijven is dit overigens minder dan de helft. Qua sectoren voert de olie- en gasindustrie de ranglijst aan. Ruim 80% van de bedrijven in die sector rapporteert over de klimaatgerelateerde financiële risico’s, gevolgd door de detailhandel (70%), technologie, media en telecommunicatie (60%) en de financiële dienstverlening (57%). De wijze waarop de bedrijven dat doen verschilt aanzienlijk. Iets meer dan 30% kent een paragraaf over klimaatgerelateerde risico’s in het primaire financiële verslag of publiceert een afzonderlijk klimaatrisicorapport. Iets meer dan 20% geeft een scenario-analyse van de klimaatrisico’s conform de aanbevelingen van de Task Force on Climate-related Financial Disclosures (TCFD).
Flinke stappen vooruit
“Hoewel de verslaglegging over de financïele klimaatgerelateerde risico’s die de bedrijven lopen aanzienlijk beter moet, zie ik wel een lichtpunt”, zegt Wim Bartels, partner bij KPMG Sustainability en lid van de TCFD. Bartels: “Zakelijke informatieverschaffing over financiële klimaatgerelateerde risico’s, zoals we die momenteel kennen, bestond vijf jaar geleden in beperkte mate. Vijf jaar geleden rapporteerde zo’n 80% van de bedrijven in de wereld over hun CO2-uitstoot. Maar geen enkel bedrijf erkende dat de klimaatverandering een financieel risico voor het bedrijf vormde. Destijds was de visie die in de verslaggeving werd gepresenteerd veelal van ‘binnen naar buiten’ in plaats van ‘van buiten naar binnen’.
Bedrijven maakten de impact van het bedrijf op klimaatverandering bekend, maar niet de impact van klimaatverandering op het bedrijf. Sindsdien is er een grote verandering opgetreden. Tegenwoordig loopt een bedrijf dat niet erkent dat klimaatverandering het resultaat kan beïnvloeden grote risico’s. Stakeholders zullen een dergelijk gebrek beschouwen als een ernstige omissie in de verslaggeving. Het is al met al dus heel bemoedigend dat in een relatief kort tijdsbestek meer dan de helft van de grootste bedrijven de financiële risico’s nu publiekelijk erkent. En bijna de helft van de bedrijven heeft het bestuur verantwoordelijk gemaakt voor het inzichtelijk maken van de risico’s en het risicobeheer. Toch zijn de stappen die gezet zijn niet overal gelijk en zijn er grote verschillen in de kwaliteit van de verslaglegging tussen landen en sectoren.”
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan als ondersteunend lid. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Naar ‘net zero’ CO2-uitstoot
Uit het onderzoek van KPMG blijkt dat bijna 20% van de G250 de doelstelling heeft geformuleerd om ‘net zero’ te realiseren, het niet langer uitstoten van broeikasgassen. Duitse bedrijven lopen hierbij voorop. Ruim 75% heeft een net zero doelstelling geformuleerd, gevolgd door Franse bedrijven (44%) en Japanse ondernemingen (25%). In de industriesectoren komt de ‘nuldoelstelling’ het meest voor bij grote bedrijven in de technologie-, media- en telecommunicatie- (30%) en auto-industrie (29%). Bartels: “Het is goed te constateren dat steeds meer grote bedrijven een dergelijke doelstelling kennen. Toch moet hier wel een kanttekening bij gemaakt worden. Bedrijven kunnen nu een nuldoelstelling formuleren en vervolgens hun bedrijfsvoering normaal voortzetten in de veronderstelling dat er over dertig jaar technologie zal zijn om alle emissies op te vangen en op te slaan. Op deze manier zal de opwarming van de aarde niet stoppen. Bedrijven die de transitie naar een netto nul uitstoot serieus nemen, zullen strategieën voor decarbonisatie moeten ontwikkelen en implementeren. Strategieën die de CO2-uitstoot direct verminderen en er ook voor zorgen dat dit op een duurzame manier gebeurt totdat het uiteindelijke doel van net zero is bereikt.”