In een gezamenlijk standpunt roept de Duitse biologische producent Bioland, samen met een groep organisaties, op tot ingrijpende beperkingen van patent op zaden.
Zoals vermeld in het standpunt eisen de ondertekenaars een verbod op patenten op planten die zijn verkregen via conventionele veredeling (willekeurige mutagenese), evenals op planten die zijn verkregen via nieuwe genetische technieken (NGT’s) indien hun eigenschappen ook in de natuur voorkomen. Daarnaast stellen zij een algemene uitsluiting van het octrooirecht voor in het kader van veredeling (kwekersvrijstelling), die ook van toepassing moet zijn als er toch verdere patenten worden verleend.
Het gezamenlijke standpunt zal binnenkort worden ingebracht in de lopende EU-onderhandelingen over de toekomstige regulering van planten die zijn verkregen via nieuwe genetische technieken (NGT’s). Het zal in essentie de positie van het Europees Parlement versterken, dat reeds vergelijkbare standpunten heeft ingenomen.
No Patents on Seeds! ondersteunt de kerneisen van het standpunt, maar is geen ondertekenaar, omdat zij pleiten voor verdere verduidelijkingen. De internationale alliantie hoopt echter dat het standpunt ertoe zal bijdragen dat patenten op traditioneel veredelde planten zonder uitzondering worden verboden. Vrije toegang tot natuurlijk voorkomende diversiteit, die ook voorkomt in conventioneel veredelde rassen, is absoluut essentieel – vooral voor traditionele veredeling.
De tekst van het document (oorspronkelijk in het Duits):
Beperking van biopatenten voor veredeling en landbouw dringend noodzakelijk
Preambule
Voor de toekomst is een veerkrachtig, duurzaam en productief voedselsysteem essentieel om de uitdagingen van klimaatverandering en voldoende voedselproductie blijvend het hoofd te kunnen bieden. Diversiteit is hiervoor een fundamentele voorwaarde – diversiteit aan zaaigoed en plantgoed, onbelemmerde toegang daartoe, en diversiteit aan agrarische bedrijfsstructuren en plantenveredelingsbedrijven.
Om productieve, duurzame en veerkrachtige landbouw- en voedselsystemen te bevorderen, is het van wezenlijk belang om locatie- en klimaataangepaste, opbrengstrijke en robuuste plantenrassen te veredelen (uit: De toekomst van de landbouw – een maatschappelijke opdracht in moeilijke tijden, strategische richtlijnen en aanbevelingen van de toekomstcommissie landbouw, november 2024). Gezond, hoogwaardig en divers zaaigoed en plantmateriaal van locatiegeschikte rassen van uiteenlopende soorten vormen – naast bodem en water – de basis van elke plantaardige productie.
Bescherming van intellectueel eigendom in de plantenveredeling
Het ontwikkelen van een nieuw ras duurt gemiddeld tien tot vijftien jaar. Om veredelaars te stimuleren in een dergelijke lange innovatiefase te investeren, is een effectieve bescherming van intellectuele eigendom noodzakelijk.
Deze bescherming stimuleert investeringen in de ontwikkeling van nieuwe rassen. Tegelijkertijd moet vrije toegang tot en uitwisseling van genetische diversiteit worden gegarandeerd, aangezien dit essentieel is voor elke veredelaar om nieuwe en innovatieve rassen te ontwikkelen. Het kwekersrecht combineert beide aspecten als beschermingssysteem effectief en waarborgt ze in de praktijk. De toenemende octrooiering binnen de plantenveredeling bedreigt echter dit systeem. Daarom moet het kwekersrecht als primair beschermingssysteem tegenover het octrooirecht worden versterkt.
Plantenveredeling is gebaseerd op het voortdurend creëren van nieuwe combinaties van genetische bouwstenen om de beste eigenschappen van planten te combineren en zo verbeterde nieuwe rassen te ontwikkelen. Deze recombinatie van natuurlijke eigenschappen gebeurt via de kruising van twee planten. Volgens het kwekersrecht mag een veredelaar rassen van andere veredelaars vrij gebruiken voor eigen veredelingsdoeleinden, inclusief de vermarkting van het nieuw ontwikkelde ras. In vergelijking met het octrooirecht is het kwekersrecht een “open-source systeem” en de basis voor gestage veredelingsvooruitgang die voortbouwt op eerdere prestaties van anderen.
Technische uitvindingen in de plantenveredeling vallen niet onder het kwekersrecht en worden daarom via octrooien beschermd. Daardoor mogen plantenrassen met gepatenteerde eigenschappen niet zonder toestemming van de octrooihouder worden vermarkt. In de praktijk vormt dit een toenemende belemmering voor innovatie.
Huidige ontwikkelingen
De afgelopen jaren is het aantal patenten in de plantenveredeling toegenomen – bijvoorbeeld door nieuwe methoden voor het sequencen van genomen en gerichte genbewerking (nieuwe genomische technieken, NGT’s). Ook planten verkregen via willekeurige mutagenese zijn nog steeds patenteerbaar. Door deze toenemende octrooiering van methoden en eigenschappen wordt vrije toegang tot genetisch materiaal beperkt. Het “open-source systeem” van het kwekersrecht wordt ondermijnd en dreigt in te storten. Vooral kleine en middelgrote veredelingsbedrijven (KMO’s) worden hierdoor getroffen, mede omdat het onderzoek naar potentiële octrooirisico’s (“Freedom to Operate”, FTO) zeer tijdrovend en kostbaar is. Toch moeten deze KMO’s worden versterkt om de diversiteit aan bedrijven en daarmee aan rassen en teelten te behouden.
De EU en het Europees Octrooibureau (EOB) hebben een eerste stap gezet door de octrooiering van wezenlijk biologische processen en planten (vooral kruising en selectie) die hieruit voortkomen te verbieden, waarmee de noodzakelijke toegang tot genetische diversiteit voor veredeling gedeeltelijk is hersteld. Deze maatregel alleen is echter onvoldoende om de uitholling van het kwekersrecht via octrooien volledig te voorkomen.
Oproep aan beleidsmakers
Om een breed aanbod van rassen voor een toekomstbestendige landbouw, die rekening houdt met ecologische en economische uitdagingen, te kunnen waarborgen, moet onbeperkte toegang tot biologisch materiaal voor veredeling worden gegarandeerd. Dit kan alleen via het kwekersrecht als het systeem niet door het octrooirecht wordt ondermijnd.
Het is essentieel om de octrooiering van biologisch materiaal dat in de plantenveredeling wordt gebruikt en dat in de natuur voorkomt, zou kunnen voorkomen of toevallig is ontstaan, in brede zin te beperken. Dit materiaal moet volledig beschikbaar blijven voor de veredeling en vermarkting van nieuwe rassen en voor de hele waardeketen.
Een belangrijk onderdeel van deze eis – de uitsluiting van octrooiering van producten uit willekeurige mutagenese – is reeds opgenomen in de Oostenrijkse octrooiwetgeving en moet nu op EU-niveau worden ingevoerd.
Ongeacht dit moet de octrooieerbaarheid – of ten minste de rechtswerking – van patenten op al het hierboven beschreven biologische materiaal voor plantenveredeling juridisch bindend worden beperkt op EU-niveau. Dit geldt naast producten uit willekeurige mutagenese ook voor producten van genbewerkingstechnieken en merkerondersteunde selectie.
Een oplossingsrichting hiervoor is het invoeren van een “volledige kwekersvrijstelling” in de EU-Biotechnologierichtlijn 98/44, zoals voorgesteld in het White Paper van prof. Metzger, prof. Zech en dr. Kock.
Ook moet worden gewaarborgd dat al deze eisen juridisch verankerd worden in het Europees Octrooiverdrag (EOV) en het Eengemaakt Octrooigerecht (UPC), zodat de toegang tot biologisch materiaal volledig behouden blijft voor de veredeling en vermarkting van nieuwe rassen.
Berlijn, 13 juni 2025
- Bundesverband Deutscher Milchviehhalter e.V. (Duitse Vereniging van Melkveehouders)
- Bundesverband Deutscher Pflanzenzüchter e.V. (Duitse Vereniging van Plantenveredelaars)
- Bioland e.V.
- Bund Ökologische Lebensmittelwirtschaft e.V. (Federatie van Organische Voedselproducenten)
- Deutscher Bauernverband (Duitse Boerenbond)
- Evangelische Kirche in Deutschland (Protestantse Kerk in Duitsland)
- Katholische Landvolkbewegung Deutschlands (Katholieke Plattelandsbeweging Duitsland)
- Katholische Landjugendbewegung (Katholieke Plattelandsjeugdbeweging)
Blijf op de hoogte met de nieuwsbrief. Meld je hier aan.
( Je kunt ons ook steunen door lid te worden of te doneren )