Milieuproblemen zijn primair sociale problemen. We weten het nog goed van asbest en roken. De tijd tussen het signaleren dat iets gevaarlijk is voor onze samenleving, en het moment dat er beleidsmaatregelen worden genomen, duurt doorgaans veel te lang. Dit noem ik de maatschappelijke incubatietijd. Bij met name klimaatverandering is dat proces nu nog gaande, ten koste van veel slachtoffers en grote materiële schade. Het ‘voorzorgbeginsel’, rechtszaken, de fossielvrij-campagne en een belangrijk EU-rapport gaan hopelijk de incubatietijd van het klimaatprobleem alsnog snel korter maken. Het inzicht dat de zogenaamde ‘milieuproblemen’ in feite sociale vraagstukken zijn, zou ook kunnen helpen.
Twijfelbrigade
Per geval duurt de maatschappelijke incubatietijd korter of langer, maar naar schatting al gauw zo’n 40 tot 50 jaar. Dat is natuurlijk veel te lang en moet absoluut korter kunnen. Het is uiteraard heel begrijpelijk dat er een discussie-, informatie- en onderzoeksperiode nodig is tussen de signalering van een probleem en de maatregelen. Onderzoeksrapporten vanuit het ene kamp roepen tegen-rapporten op vanuit het andere. Dat is op zich niet verkeerd en zo is het ook rond roken en asbest in ruime mate gegaan. De producenten van de rookwaar hebben werkelijk alles in stelling gebracht om het zo lang mogelijk uit te zingen. Zelfs de vakbonden keken vaak meer naar het belang van werkbehoud dan naar de volksgezondheid, zoals we onlangs nog merkten bij de sluiting van Philip Morris. Bij roken heeft wellicht ook het feit vertragend gewerkt dat onze overheid via de belastinginkomsten flink meeprofiteerde.
Het wordt nog problematischer als bepaalde belangengroepen met forse budgetten, duistere stichtingen en geraffineerde methoden twijfel en verwarring zaaien en het probleem ontkennen, achter de schermen bij onze politici lobbyen en zelfs doelbewust onwaarheden de wereld in bazuinen. Dat is allemaal rond het klimaatvraagstuk gebeurd en het is nog niet gestopt. Jan Paul van Soest schreef er onlangs een boek over: ‘De Twijfelbrigade’.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan met een donatie. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Ecocide is gaande
Mensen die zich – tegen beter weten in – met dergelijke contra-praktijken inlaten, zouden we voor de rechter moeten dagen, en zo veroordelen voor hun misdaden. Bij asbest en roken is dat ook in de laatste fase gebeurd; met name de sigarettenfabrikanten hebben af en toe flinke schadevergoedingen moeten betalen vanwege de relatie tussen roken met kanker. Bij klimaatverandering komt dat proces nu ook langzaam maar zeker op gang. In de VS hebben jongeren steun gekregen van enkele stichtingen om een rechtszaak tegen de Amerikaanse overheid te voeren. En in Nederland heeft Urgenda een rechtszaak aangespannen tegen De Staat der Nederlanden omdat het huidige klimaatbeleid volstrekt onvoldoende is om de opwarming van de Aarde te beperken tot de internationaal afgesproken maximaal 2 graden Celsius. In deze rechtszaak zijn bijna duizend mensen mede-eiser, en ik doe ‘natuurlijk’ ook mee. Hoe noodzakelijk die rechtszaken intussen al zijn blijkt uit een serie van drie treurige rapporten. Het eerste kwam uit in 2009, onder auspiciën van de voormalige VN-voorzitter Kofi Annan.
In dat rapport (‘The Anatomy of A Silent Crisis’) werd door een team wetenschappers gecalculeerd dat er toen al 300.000 ‘klimaatdoden’ per jaar te betreuren waren. De twee volgende rapporten zijn uitgegeven in 2010 en 2012, met de titel ‘Climate Vulnerability Monitor’. Ook de groeiende mondiale materiële schade wordt erin becijferd. In het laatste rapport staat de klimaatdodenlijst al op 400.000 slachtoffers per jaar, vooral in vele zuidelijke landen, zoals bijvoorbeeld China, India, Irak en de Filippijnen. Bovendien werd in dit rapport voor het eerst een inschatting gepubliceerd van het aantal doden dat veroorzaakt wordt door ons gebruik van de fossiele brandstoffen olie, gas en kolen. Schrik niet: men komt uit op 4,9 miljoen ‘fossiele doden’ per jaar! Dus een ware ecocide is nu gaande op Aarde. Als we zo doorgaan wordt dat ongeveer 50 miljoen doden in 10 jaar, evenveel slachtoffers als door de Tweede Wereldoorlog! De laatste klimaatmonitor werd vanwege het ongekend groot aantal slachtoffers geheel in zwart-wit werd uitgegeven.
Radeloos worden
Je zou toch hopen en verwachten dat dergelijke analyses en cijfers de incubatietijd flink zouden helpen bekorten. Maar daar is bijvoorbeeld in ons land helaas nog bitter weinig van te merken. Het debat over klimaatverandering loopt vanaf ongeveer 1990, dus al bijna 25 jaar. Moeten er wellicht eerst ook in ons eigen land grote rampen plaats vinden? Het kan ook te maken hebben met het feit dat de genoemde rapporten nog niet of nauwelijks bekend zijn, want in de Nederlandse media zijn ze – voor zover ik weet – vreemd genoeg niet doorgedrongen. Soms verdenk ik journalisten ervan dat ze dergelijke moeilijke boodschappen, die waarschijnlijk ook voor hun eigen leefstijl consequenties zullen hebben, niet de grootste prioriteit geven. Intussen dringen berichten tot ons door dat de klimaatdeskundigen min of meer radeloos worden door het veel te lang uitblijven van doeltreffend klimaatbeleid. Zij weten als geen ander wat ons te wachten staat bij 2 graden opwarming of meer…
Ook het aannemen van het politieke ‘voorzorgbeginsel’, door de Verenigde Naties tijdens de duurzaamheidconferentie in Rio de Janeiro (1992), heeft tot nu toe nog weinig resultaat opgeleverd voor een effectief klimaatbeleid. Dit voorzorgbeginsel zegt dat de politiek voortaan sneller maatregelen moet nemen als er sprake is van mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu en voor de gezondheid van mensen. In de interpretatie hiervan blijkt echter nogal wat politieke rek te zitten. Hopelijk gaat er door het laatste rapport van het IPCC – het VN-Klimaatpanel – alsnog meer gebeuren, geholpen door nieuwe rampen zoals de ernstige overstromingen in Engeland en de Filippijnen en de jarenlange droogte in de VS.
De Carbon bubble
Mijn hoop is ook gevestigd op de mondiale Fossil Free-campagne tegen de Carbon bubble. Die campagne begon in de VS na een rapport van de organisatie Carbon Tracker. De conclusies uit dat rapport werden tot een campagne omgesmeed door Bill McKibben van de 350-beweging. Berekend is dat 60 tot 80% van de gas-, kolen- en oliereserves, die de fossiele bedrijven op hun balans hebben staan, niet meer gebruikt kunnen worden als we onder de 2 graden opwarming willen blijven. Strikt genomen zijn die reserves dus niets meer waard. Dat is de gevaarlijke Carbon bubble. Aan gemeenten, universiteiten, allerlei organisaties en particuliere beleggers wordt daarom gevraagd ervoor te zorgen dat hun geld fossielvrij wordt belegd, dus niet meer in bijvoorbeeld aandelen Shell, BP enzovoorts. In de VS is de campagne goed van de grond gekomen. Al 25 gemeenten, zoals bijvoorbeeld Berkeley, San Francisco en Seattle, maar ook veel universiteiten en particuliere organisaties, hebben aan de oproep gehoor gegeven. Zie hier de lijst van gemeenten en organisaties die al meedoen.
Eind 2013 is de Fossielvrij-campagne ook in Europa van start gegaan. Dat gebeurde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. De gemeente Boxtel, waar ik zelf woon, was er met twee wethouders als eerste bij om Boxtel Fossielvrij te verklaren. Vandaar dat de gemeente Boxtel in bovenstaande lijst is opgenomen. Dat Boxtel zo voorop loopt heeft o.a. te maken met het feit dat de hele gemeenteraad en het College van Burgemeester en Wethouders samen faliekant tegen het boren naar schaliegas zijn en nu alles op alles zetten om geheel over te schakelen op duurzame energie. Dus van ‘Nee tegen schaliegas’ is het ‘Ja voor schone energie’ geworden. Als steeds meer gemeenten, andere organisaties en particuliere beleggers zich Fossielvrij verklaren en met hun geld niet langer in fossiel investeren, dan is er weer enige hoop dat de politiek sneller gaat omschakelen op duurzame en veilige energie. Zie de site van de campagne voor nadere informatie en voorbeeldbrieven, bijvoorbeeld voor uw eigen gemeente: www.fossielvrij.nl
Sociale problemen
Tenslotte wil ik nog het belangrijke rapport noemen dat door het Europees Milieubureau (EEA) in Kopenhagen in 2013 werd gepubliceerd: ‘Late Lessons from Early Warnings’.
Daarvoor hebben de onderzoekers 88 oude milieuvraagstukken qua procedure geanalyseerd en ze komen tot de bijzondere conclusie dat er in amper 4 gevallen sprake is geweest van ‘vals alarm’. Dus in ruim 95% van alle 88 ‘milieuproblemen’ gaven al de eerste signalen van mogelijke knelpunten een juiste indicatie. Het rapport geeft een overduidelijk signaal dat er alle reden is om het ‘voorzorgbeginsel’ veel vaker toe te passen op milieuproblemen en zo de incubatietijden veel korter te maken. Gezien de hierboven beschreven ernstige gevolgen van de klimaatverandering had er al veel eerder effectief beleid op de rails gezet moeten worden.
Niet voor niets zette ik in de vorige alinea ‘milieuproblemen’ tussen aanhalingstekens. Want met de dag wordt duidelijker dat de zogenaamde milieuproblemen – vanwege de miljoenen slachtoffers die er vallen – eigenlijk vooral sociale vraagstukken zijn; mensen hier en elders op Aarde, en vooral onze (klein)kinderen en de generaties na ons zullen er ernstig door benadeeld worden.
Vliegen en vlees
In mijn werk (1978 – 2010) voor het duurzaamheidcentrum De Kleine Aarde (Boxtel) hebben we voortdurend te maken gehad met de lange maatschappelijke incubatietijden: bijvoorbeeld met wind- en zonne-energie, biologische landbouw en duurzaam bouwen. Maar ook met vliegreizen en vlees, want met beide vliegt je MondialeVoetafdruk omhoog. Met name de discussie over de noodzaak van minder vleesgebruik is al heel oud. In 1974 (nu precies 40 jaar geleden) begonnen mijn vrouw en ik de poster-campagne ‘Mínder vlees mevrouw! – U weet hopelijk al waarom’, met 6 argumenten erop. Daar zijn later nog het grote landbeslag, het watergebruik en de sterke relatie met klimaatverandering bij gekomen. Die minder-vleesposter was een tegenactie vanwege de reclame van het Productschap voor vee en vlees met de slogan ‘Vlees mevrouw, u weet wel waarom’, terwijl we in Nederland toen al ongezond veel vlees aten. Intussen zijn er talloze analyses gemaakt en rapporten geschreven over de vele voordelen van een beleid dat tot minder vlees- en zuivelconsumptie leidt. Maar pas nu wordt in een aantal landen op dit punt beleidsmatig enige actie ondernomen, schoorvoetend, ook in Nederland, bijvoorbeeld in Amsterdam en Wageningen.
Jan Juffermans
Dit artikel verscheen eerder op de website van de Edmund Husserl-Stichting (www.husserl.nl)