Schone energie gaat kolen en gas veel eerder verdringen dan algemeen verwacht. Althans, dat kopte Trouw naar aanleiding van een nieuw onderzoek door Carbon Tracker. Dat zou heel mooi zijn natuurlijk. Ook dat in 2035 zo’n 30% van het rondrijdend auto-arsenaal elektrisch zou zijn. Carbon Tracker vindt zelf dat de gangbare prognoses te conservatief zijn en te veel uitgaan van BAU, business as usual. Dat er geen of te weinig rekening gehouden wordt met technologiesprongen en de gevolgen daarvan op prijsontwikkelingen. Maar is dat wel het hele verhaal?
Een snelle scan van het rapport laat zien dat Carbon Tracker zich net als de BAU-adepten die het kritiseert, toch ietwat schuldig maakt aan eenzijdige belichting van de ontwikkelingen. Je mag het best naïef noemen om bijna uitsluitend technologische ontwikkelingen en hun effect op prijsontwikkeling als bron te nemen voor zo’n belangrijke prognose. Want de maatregelen die de transitie moeten versnellen zijn nog altijd sterk afhankelijk van politiek en zakelijke belangen. Ik geef toe, de materie is complex en dat maakt schatten lastig. Reden te meer om een zo breed mogelijke visie te hanteren. Techniek moet ten slotte wel toegepast (kunnen) worden.
Het rapport heeft volledig gelijk dat ontwikkelingen schoksgewijs en onverwacht kunnen verlopen. Daar loopt het zelf al meteen tegenaan met een verhaal dat is opgezet in het pre-Trump tijdperk en twee weken na de inauguratie al half onderuit is geschoffeld. Immers, de toekomst van fossiel heeft plots een paar troefkaarten in handen gespeeld gekregen, die haar levensduur wel eens aanzienlijk kunnen verlengen. Schokken kunnen ook de kant opgaan die je liever niet ziet. Maar je ogen daarvoor sluiten zorgt er niet voor dat ze weggaan.
Dat zelfde geldt voor banale zaken als productiecapaciteit en beschikbaarheid van grondstoffen. Bij voorbeeld bij de verwachting van sterk stijgende productie van elektrische auto’s. Wanneer over 18 jaar 30% van het aantal auto’s elektrisch zou moeten zijn, zou dat nu al betekenen dat toch zeker 20% van de nieuw verkochte auto’s op stroom moet rijden.
Helaas is dat nog geen 1%, in sterk ontwikkelde landen in Europa, de VS en Canada. China loopt op kop met 1,4% (de helft van de wereldproductie). En in de rest van de wereld is het nog vrijwel 0, wat gezien de lokale infrastructuur daar voorlopig ook wel zo blijft. Andersom, het overgrote deel van die honderd miljoen benzine- en dieselauto’s die dit jaar worden verkocht rijdt dan nog steeds rond. En die honderden miljoenen die in de komende jaren nog verkocht worden ook.
Maar stel dat we binnen een paar jaar wel vooral elektrisch gaan rijden. Dan is er vervolgens onvoldoende groene stroom om die vloot op te laden. Wil minister Kamp daarom misschien die kolencentrales open houden?
Waarom zo kritisch op een poging om een groene toekomst te voorspellen, zou je kunnen vragen. Want elke bijdrage daaraan is toch welkom? Dat is zo. Maar een slecht of maar deels onderbouwde prognose is koren op de molens van de voorstanders van fossiel: zie je wel, het kan toch niet helemaal schoon.
Het belangrijkste probleem van dit rapport is de eenzijdige focus en de overschatting van de invloed van technologie op prijsontwikkelingen. Het laat de invloed van politiek en zakelijke belangen te veel buiten beeld. Terwijl juist de politiek kan zorgen voor snelle veranderingen. Dat zien we nu in de VS op een negatieve manier. Maar als we politici met visie en met ballen kunnen vinden, kan dat ook de goede kant op.
Want wat zou meer effect hebben op de snelle toename van groene stroomproductie? 50% meer rendement uit nieuwe zonnepanelen, of met regelgeving (belastingvoordeel) aantrekkelijker maken van groene stroomopwek?
We hebben het effect al gezien bij de verkoop van elektrische auto’s in Nederland, die voor een groot deel afhangt van regelgeving en voordeel.
Regels stellen dus. Investeren in volledig schoon openbaar vervoer en over een paar jaar geen fossiele auto of brommer meer de stad in. Schone energie permanent vrij van energiebelasting. Progressieve belasting op fossiel energieverbruik. Voorrang voor investeringen in schone infrastructuur. Dat soort dingen. Zodat al die techniek ook gebruikt gaat worden.
Ten slotte: geen enkel onderzoek verandert de toekomst. Dat doen we zelf met ons allen. Vol de schouders er onder zorgt voor het maximaal haalbare resultaat. Rapport of geen rapport.
Peter van Vliet