
Op 11 december wordt in het bijzijn van tientallen duurzame organisaties het boek De toekomst is van iedereen van Niko Roorda en Michael Renssen ten doop gehouden. Het is geen traditioneel boek, maar een manifest. Een uitnodiging aan alle kleinschalige duurzame initiatieven die ons land rijk is om elkaar te vinden, om zich met elkaar te verbinden en samen een nieuw maatschappelijk krachtenveld te vormen.
Het boek beoogt een beweging op gang te brengen die de energie van duizenden burgers bundelt tot een brede, inclusieve dialoog over de toekomst van Nederland. Een dialoog die overheden niet alleen kan inspireren, maar ook kan bewegen om de noodzakelijke verduurzaming van ons land te versnellen, zodat de toekomst niet alleen wordt gemaakt voor iedereen, maar werkelijk van iedereen is.
Een grote uitdaging
Er is een opmerkelijke tegenstelling zichtbaar in Nederland. Aan de ene kant groeit een indrukwekkend landschap van duurzame initiatieven. Tienduizenden Nederlanders zijn betrokken bij lokale energiecoöperaties, circulaire projecten, natuurherstelgroepen, voedselbossen, buurtinitiatieven en participatiecollectieven. Ze bouwen aan een land dat schoner, eerlijker en veerkrachtiger kan zijn. Ze laten zien dat verduurzaming geen abstract beleidsdoel is, maar een concrete praktijk van mensen die samen verantwoordelijkheid nemen.
Hun voorbeelden spreken tot de verbeelding, ze mobiliseren dorpen en wijken, en ze overtuigen steeds meer Nederlanders van het nut én de noodzaak van een groene toekomst. Aan de andere kant beweegt het nationale overheidsbeleid zich in een andere richting. Niet noodzakelijk achteruit, maar zeker niet vooruit met de versnelling die objectief noodzakelijk is.
Hoe de groene wilskracht van Nederland zich tegen vertragende machten teweer kan stellen
Klimaatdoelen worden afgezwakt, implementatie wordt doorgeschoven, en waar versnelling nodig is, zien we vertraging. De vraag dringt zich op, scherp en onontkoombaar: hoe kan het dat een land waarin zoveel mensen actief bouwen aan verduurzaming, toch nationaal beleid krijgt dat in het gunstigste geval aarzelend is en in het slechtste geval remmend werkt?
Een land dat klaar is voor verandering
Wie de kaart van Nederland zou inkleuren met alle kleinschalige duurzame initiatieven, ziet een mozaïek dat bijna elk gebied bestrijkt. In Drenthe werken bewoners aan landschapsherstel, in Brabant plannen dorpen samen zonnedaken, in Limburg experimenteren boeren met regeneratieve landbouw, in de Randstad ontstaan circulaire hubs, en in alle provincies groeien energiecoöperaties die samen al tienduizenden huishoudens van groene stroom voorzien.
Dit zijn geen nichegroepen. Ze bestaan uit burgers die voelen dat de oude manier van doen is uitgewerkt, dat wachten op top-down beleid te langzaam gaat, en dat veranderingen beginnen met doen. Deze energie werkt aanstekelijk. Onderzoek na onderzoek, peiling na peiling wijst uit dat een grote meerderheid van de Nederlanders méér duurzaamheid wil. Meer natuurherstel, meer schone energie, meer circulaire economie, meer toekomstbestendige landbouw. Mensen zien de noodzaak, ervaren de gevolgen van klimaatverandering en voelen intuïtief aan dat we aan de vooravond staan van een transitie die onze maatschappelijke leefbaarheid gaat bepalen. De samenleving lijkt de versnelling al te hebben ingezet.
Maar op het beleidsniveau gebeurt iets anders
Toch stokt de vooruitgang zodra de duurzame wil van burgers moet worden omgezet in nationaal beleid. Dit is geen toeval. Want er werkt een andere macht in tegengestelde richting. Grote bedrijven, industriële belangen, fossiele spelers en sectorale lobby’s weten de weg naar politieke besluitvorming als geen ander te vinden. Ze zijn goed georganiseerd, beschikken over middelen, invloed en langdurige relaties. Hun doel is niet per se kwaadwillend, maar wel helder: vertragen, afzwakken, uitstellen, uitzonderingen bedingen. Niet omdat ze de toekomst niet belangrijk vinden, maar omdat de huidige economische orde hen buitensporig veel voordeel geeft. En wie voordeel heeft, beschermt dat. Desnoods ten koste van het tempo dat de samenleving nodig heeft.
Deze tegenkrachten opereren niet aan de oppervlakte. Ze onderhandelen mee, beïnvloeden kaders, schuiven experts aan, en weten precies hoe beleidslijnen in hun voordeel gebogen kunnen worden. Het resultaat is beleid dat vaak uit balans raakt: voorzichtig waar het ambitieus zou moeten zijn, reactief waar het proactief zou moeten worden, en gevoelig voor argumenten die vertraging camoufleren als ‘realisme’.
Het is dus niet zo dat Nederland niet wil verduurzamen. Het probleem is dat de druk op nationale besluitvorming asymmetrisch is. De vertragers zijn georganiseerd. De versnellers, hoe talrijk ook, zijn dat meestal niet.
Het kan anders: een nieuw verbindend krachtenveld
Juist in die asymmetrie ligt de sleutel. Wat zou er gebeuren als al die lokale initiatieven niet langer losse eilandjes waren? Wat als honderden, misschien wel duizenden verduurzamingsprojecten zich zouden verbinden, hun gezamenlijke waarden zouden formuleren en één krachtige maatschappelijke stem zouden laten klinken?
Het Manifest De Toekomst is van Iedereen biedt precies die uitnodiging. Het stelt niet alleen een diagnose, maar schetst een organiserend perspectief. Het brengt de talloze duurzame initiatieven samen onder één gemeenschappelijke noemer: de toekomst is een collectief project. Geen marketingcampagne, maar een oproep tot verdichting en verbreding van de groene civil society die er allang is.
Door duurzame organisaties, coöperaties, burgercollectieven en lokale projecten in één netwerk te verbinden ontstaat een tegenmacht die wél democratisch, inclusief en transparant is. Het gaat niet om het creëren van een nieuwe lobby, maar om het creëren van een civiele stem die breder is dan een sector en die zijn legitimiteit ontleent aan participatie in plaats van aan kapitaal.
Wanneer deze beweging zich organiseert, verandert het krachtenveld. Dan wordt duidelijk dat verduurzaming in Nederland niet de agenda is van een kleine vooruitstrevende groep, maar van een meerderheid die al lang klaar is voor de volgende stap. Dan telt de stem van de toekomst net zo hard mee als de stem van de belangen die het verleden willen vasthouden.
De toekomst kan werkelijk van iedereen worden
De vraag die voor ons ligt is dus niet alleen hoe Nederland kan verduurzamen. De vraag is hoe we het draagvlak, de energie en de collectieve wil die er al is, kunnen verheffen tot een beweging die daadwerkelijk invloed heeft. Niet door te wachten op beleid, maar door als samenleving de contouren van dat beleid mede te bepalen. Het is tijd dat de duurzame meerderheid zichzelf gaat herkennen. Tijd dat de verbinding ontstaat tussen de vele initiatieven die samen een toekomst vormgeven die eerlijker is, leefbaarder en menselijker. Tijd om de asymmetrie te doorbreken.
Wie dat erkent, ziet ook de oplossing. Niet de toekomst laten bepalen door de vertragers, maar door ons allemaal. Dat is de belofte van het manifest. En dat is misschien wel de belangrijkste stap die Nederland nu kan zetten: de toekomst niet alleen beschermen, maar terugclaimen.
De introductie-workshop “De toekomst is van iedereen”
De introductie van het manifest vindt plaats op 11 december, van 14:00 tot 16:00 uur, in bijzijn van vertegenwoordigers van tientallen duurzame organisaties. Plaats van handeling is de gloednieuwe flagshipstore van ASN Bank, aan de Lange Viestraat 6 in Utrecht. Er bij zijn kan: Laat per e‑mail aan [email protected] weten wie namens jouw organisatie aanwezig wil zijn (naam, e‑mailadres, functie).
Doel van de workshop is om samen met de aanwezige organisaties en met behulp van het manifest een aantal projecten in gang te zetten die leiden tot een maatschappijbrede dialoog. Deze zal heldere beleidsaanbevelingen over een versnelde verdere verduurzaming van onze samenleving moeten opleveren, uit naam van iedereen.
Over de schrijvers:
Niko Roorda is duurzaamheidswetenschapper, auteur van o.a. Omniconomie en Basisboek Duurzame Ontwikkeling, en expert in systeemdenken en transitieprocessen. Niko ontving de Nationale VROM-Prijs voor Innovatie en Duurzame Ontwikkeling, en werd gekozen tot Nederlands Duurzame Docent van het Jaar.
Michael Renssen bedacht als communicatiestrateeg de corporate story’s van vele organisaties. Daarnaast is hij politiek essayist. In zijn geëngageerde teksten legt hij de vinger bij structurele misstanden en ontwerpt hij nieuwe perspectieven op democratie, redelijkheid en samenleven.
Michael Renssen
Blijf op de hoogte met de nieuwsbrief. Meld je hier aan.
( Je kunt ons ook steunen door lid te worden of te doneren )

