Hoop moet. Hoop doet goed. Politici, zakenmensen en zelfs klimaatactivisten blijven het drammen, maar onderzoek laat zien dat mensen die zich zorgen maken eerder samen in actie komen.
Hoop is verplicht. Verandering is onmogelijk zonder positief denken en geloof in een betere toekomst.
En we gaan het weer horen, op de VN-biodiversiteitstop COP16 in Cali, Colombia, die deze week begon, en daarna op de klimaattop COP29 in Bakoe, Azerbeidzjan, over een paar weken. Als eerdere internationale bijeenkomsten een aanwijzing zijn, is er weinig kans op concrete actie in het hier en nu, maar zullen er steeds weer nieuwe en ambitieuzere plannen zijn voor de verre toekomst: routekaarten, beloftes, doelen, redenen voor hoop. En natuurlijk zullen we het het luidst horen bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen, waar het altijd gaat om welke kandidaat het meest gelooft in de Amerikaanse droom van eindeloze groei.
Hoop als probleem
Maar wat als hoop juist het probleem is? Wat als hoop het antidepressivum is dat ons allemaal lekker verdoofd houdt, terwijl we alle recht hebben om verdrietig, bezorgd, aangespoord tot actie of gewoon boos te zijn, vraagt Jonathan Watts zich af in The Guardian.
Vind jij goede en onafhankelijke informatie over een duurzame en klimaatveilige toekomst belangrijk? En helpt Duurzaamnieuws.nl je daarmee? Help ons dan met een donatie. Dank je wel.
Liever eerst een tijdje volgen? Meld je dan aan voor de gratis nieuwsbrief.
Nieuw onderzoek laat zien dat mensen die stress ervaren door klimaatverandering eerder samen in actie komen. En de geschiedenis laat zien dat kunstmatig optimisme kan leiden tot onverschilligheid en het ontlopen van verantwoordelijkheden.
Ja, er zijn ook goede berichten, zelfs op milieugebied: de enorme groei van hernieuwbare energie heeft zelfs de meest optimistische voorspellingen overtroffen. Maar een groot deel van het extra aanbod is opgeslokt door de extra vraag van kunstmatige intelligentie, cryptomunten en sociale media. De CO2-uitstoot zou dit jaar echt kunnen dalen. Maaranalisten zeggen dat al jaren en als het al gebeurt, zal de daling zeker te klein zijn om te voorkomen dat de opwarming van de aarde boven de 1,5°C uitkomt, waarschijnlijk 2°C en mogelijk zelfs 3°C of 4°C. En de wereldbevolking zou halverwege deze eeuw kunnen pieken. Dat zou andere soorten meer ademruimte kunnen geven, als ze tegen die tijd nog niet uitgestorven zijn. Aldus Watts.
Wat dan?
Ik pleit al langer voor een radicaal realistische houding. Erken hoe we er voor staan en wat de gevolgen daarvan zijn. Erken hoe de beloftes voor beter uit het verleden alleen maar gebroken zijn. Het voorkomt de herhaalde teleurstelling van hoop die telkens opnieuw in rook op gaat. Dat werkt verlammend.
Renee Lertzman is een psycholoog die in dezelfde richting denkt. Ze koppelt dat realisme aan het erkennen van de angst van mensen. Neem mensen mee in de wetenschap dat jij ook bang bent. Dat het goed is om bang te zijn. En benoem de problemen. Erken dat het complex en moeilijk is. Wanneer mensen zich kunnen verbinden in die wetenschap kunnen ze zich samen veiliger voelen en werken aan oplossingen.
Hoop is op zijn best een motiverend geloof, een hulpmiddel, een product, zegt Watts. Het zou nooit door de strot van andere mensen geduwd moeten worden, vooral niet van degenen die de gevolgen ondervinden van de wensdromen van rijkere, verafgelegen consumenten.
“De politiek van hoop gaat erom ons te verleiden om ons te richten op de belofte van de toekomst in plaats van op de uitdagingen in het heden,” schrijven Marjo Lindroth en Heidi Sinevaara-Niskanen van de Universiteit van Lapland.
De kerk verkoopt hoop voorbij de dood. De politiek verkoopt hoop op vrijheid. De economie verkoopt hoop op rijkdom. Wie hoopt die koopt. En houdt de economie in leven die ons te gronde richt. Dat is precies waar ik bang voor ben.
Peter van Vliet