De plastic soep in de oceanen is kleiner dan gedacht, blijkt uit grootschalig onderzoek aan de Universiteit van Utrecht. Maar dat is geen reden tot juichen, zegt oceaanwetenschapper Erik van Sebille. Dat doen we dan ook niet, want behalve de cijfertjes is er niets veranderd.
Volgens de studie die maandag verscheen in het tijdschrift Nature Geoscience, vindt jaarlijks zo’n half miljoen ton plastic afval zijn weg van het land naar de oceaan. Dat is veel minder dan de naar schatting 4 tot 12 miljoen ton waar de wetenschap tot nog toe van uitging.
Ook de totale hoeveelheid plasticafval in de oceanen is minder groot dan eerder werd aangenomen. Volgens de onderzoekers drijft er momenteel zo’n 3,2 miljoen ton plastic rond in de oceanen, terwijl eerder gewag werd gemaakt van 25 tot zelfs 199 miljoen ton.
“Die schattingen waren helemaal niet wetenschappelijk onderbouwd”, legt oceaanwetenschapper Erik van Sebille uit. “Het ging om cijfers uit de zogeheten ‘grijze literatuur’”. Dat zijn publicaties die de toets van de wetenschappelijke methode niet doorstaan, omdat ze bijvoorbeeld niet peer reviewed (beoordeeld door collega’s) of falsifieerbaar zijn.
Geen goednieuwsshow
De onderzoekers van Utrecht baseerden zich op meer dan 20.000 metingen van het oppervlaktewater, de stranden en de diepe oceaan, genomen tussen 1980 tot 2020. Daarmee ontwikkelden ze een volledig 3D-model van de oceaan. “Het beste simulatiemodel ter wereld”, volgens Van Sebille.
Door de data van de metingen te toetsen aan de oceaanstromingen, konden ze ook de vermoedelijke bronnen van het plastic achterhalen. De helft van dit afval in de oceaan stroomt volgens het model binnen via rivieren en vanaf de kust. De andere helft komt van de visserij, dan gaat het onder meer om afgedankte netten en boeien.
Van Sebille benadrukt dat het hier geen goednieuwsshow betreft. “We zitten nog steeds met een hele hoop plastic in de oceaan. Het is niet omdat de baseline waar iedereen van uitging helemaal verkeerd was, dat er reden is tot juichen omdat we nu vastgesteld hebben dat het echte cijfer veel lager is.”
Kortom, het plastic afval is er gewoon nog, het is even enorm verspreid in de oceanen en over de rest van de wereld, en er sterven nog steeds even veel dieren aan.
Hoeveelheid neemt toe
Een andere belangrijke conclusie is bovendien dat plastic veel langer in de oceaan blijft dan gedacht. Per jaar belandt er veel minder plastic in de oceaan dan waar wetenschappers van uitgingen, maar de hoeveelheid die aan het oppervlak drijft is veel groter.
En dat is volgens de hoofdauteur van de studie, Michael Kaandorp, slecht nieuws: “Het betekent dat het veel langer zal duren voordat de effecten van maatregelen tegen plasticafval zichtbaar zullen zijn. Het zal nog moeilijker worden om terug te keren naar de situatie zoals die ooit was. En als we nu geen actie ondernemen, zullen de gevolgen nog veel langer merkbaar zijn.”
De hoeveelheid plastic in de oceaan neemt volgens het onderzoek nog steeds toe met ongeveer 4 procent per jaar. Dat betekent dat, zonder ingrijpende maatregelen, de hoeveelheid plastic in de oceaan binnen 20 jaar zou verdubbelen.
Wel positief volgens Van Sebille is dat we voortaan weten waar dit afval zich juist bevindt, en waar het vandaan komt. “We hebben voor het eerst een driedimensionale kaart van al het plastic in de oceaan”, aldus de wetenschapper. “Zo kunnen beleidsmakers weten waar ze moeten ingrijpen indien ze minder plastic in de oceaan willen.”