Om de Nederlandse economie in 2050 volledig te laten draaien op herbruikbare grondstoffen komt er een nationaal grondstoffenakkoord. Staatssecretaris Dijksma en minister Kamp gaan snel afspraken maken met het bedrijfsleven, overheden en maatschappelijke organisaties om tot een honderd procent circulaire economie te komen. Dijksma maakt bovendien 27 miljoen vrij voor een betere afvalscheiding zodat er minder op het vuilstort belandt. In plaats daarvan wordt afval als waardevolle grondstof hergebruikt. Ook wordt dit geld ingezet voor nieuwe innovaties om verpakkingen en producten beter recyclebaar en circulair te maken.
Dijksma: ‘Nu zijn producten vaak niet opnieuw bruikbaar of worden ze zelfs ontworpen voor kortdurend gebruik. We moeten af van deze wegwerpmentaliteit. Gelukkig zijn we in Nederland al kampioen hergebruik. Met dit grondstoffenakkoord met alle partijen maken we nu definitief de omslag naar die circulaire economie.’
Nederland is teveel afhankelijk van grondstoffen uit het buitenland, zoals metalen voor de elektronica-industrie. Door bijvoorbeeld afgedankte smartphones helemaal te recyclen, kunnen de metalen worden gebruikt in nieuwe telefoons. Het is de bedoeling dat bouwbedrijven hun sloopafval van oude gebouwen als materiaal gebruiken in nieuwe gebouwen. Ook daarover worden afspraken vastgelegd in het grondstoffenakkoord. Omdat voor het hergebruik veel minder energie nodig is dan bij het verwerken van nieuwe grondstoffen, wordt het milieu ook ontzien omdat er minder broeikasgassen worden uitgestoten.
27 miljoen voor minder afval
Met de 27 miljoen die op initiatief van Dijksma wordt vrijgemaakt, krijgen onder meer alle 7000 basisscholen in Nederland straks de mogelijkheid om hun afval beter te gaan scheiden. Ook worden milieubelastende producten aangepakt. Zo komen er alternatieven voor niet te recyclen verpakkingen zoals chipszakken en soeppakken. Om nog meer duurzame initiatieven van de grond te krijgen gaat het kabinet ook aan tafel met de drie grootste banken. Die hebben al aangegeven investeringen in circulaire projecten te willen ondersteunen. Nu krijgen innovatieve bedrijven soms moeilijk financiering voor circulaire innovaties die zich in de praktijk nog niet hebben bewezen.
Minister Kamp: ‘De ambitie van het kabinet is om met bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden effectiever, slimmer én winstgevender om te gaan met schaarse grondstoffen en reststromen. Op deze wijze bouwen we aan een circulaire economie die niet alleen goed is voor ons klimaat, maar ook inkomsten en banen oplevert. Onderzoek laat zien dat tot 2023 de circulaire economie in Nederland goed is voor een marktwaarde van 7,3 miljard euro per jaar en 54.000 banen vertegenwoordigt. Kansen dus te over voor ons bedrijfsleven.’
VNO-NCW wil kennisbank
Belangrijk is voor VNO-NCW en MKB-Nederland dat er een kennisbank komt over alle grondstoffen die in de Nederlandse economie worden gebruikt. Dit is nodig voor beleidsmakers én ondernemers om te weten wat de feiten zijn. Bijvoorbeeld over de beschikbaarheid, de mate van recyclebaarheid en hoe de ketens zijn georganiseerd. Om landelijk tot nieuwe doorbraken te komen is onderzoek en promotie nodig van businessmodellen die inzetten op grondstoffen die niet schaars of slecht zijn voor het milieu. Bovendien kan de overheid met extra investeringen een veelvoud aan private investeringen uitlokken die leiden tot minder gebruik van primaire (schaarse) grondstoffen en tot een grotere export van duurzaam geproduceerde goederen en kennis.
Meer onderzoek noodzakelijk
Hoe noodzakelijk en wenselijk het initiatief ook is, de onderliggende retoriek klinkt bekend in de oren. Ooit werd er door de overheid met een vergelijkbaar enthousiasme geroepen dat zij in 2010 voor 100% duurzaam zou inkopen. Daar is nu zelfs nog geen fractie van terechtgekomen.
Ook kennen we het verloop van de CO2 reductiedoelen, de bijstellingen en de niet gehaalde en niet meer haalbare emissiecijfers. Een zelfde verloop dreigt er als er niet snel concrete kaders komen om een kwantitatieve inventarisatie te maken van wat er nu echt nodig is, buiten een minister en een staatssecretaris in verkiezingsstemming. Een overzicht van wat er al gebeurt, welke strategieën succesvol zijn. En niet in de laatste plaats, een heldere en uniforme werkdefinitie van wat een circulaire economie nu feitelijk is.
Antwoorden op die vragen liggen in het verschiet: nieuw onderzoek onder leiding van prof. Jan Jonker van de Radboud Universiteit en Hans Stegeman van de Rabobank start op 6 oktober en heeft een nog niet eerder vertoonde omvang. De resultaten worden op 18 mei 2017 gepresenteerd. Waarschijnlijk net op tijd om een nieuwe minister meteen met de neus in de goede richting te zetten.
Wie er bij wil zijn op het startseminar van het onderzoek, waar ook de resultaten van een voorafgaand pilotonderzoek worden gepresenteerd, vindt hier meer informatie.