Pesticiden hebben een invloed op het gedrag van bijen, en volgens een nieuwe studie is de omgevingstemperatuur daarbij een extra bepalende factor. Met een veranderend klimaat wil dat zeggen dat we het toekomstige gedrag van bijen – inclusief hun bestuivingsdiensten- moeilijk kunnen inschatten.
Hoe warm of koud het is, beïnvloedt de mate waarop pesticiden impact hebben op het gedrag van bijen. Dat hebben onderzoekers van het Imperial College London aangetoond. De omgevingstemperatuur blijkt van invloed op de mate waarin pesticiden een reeks gedragingen van hommels en bijen veranderen. Dat kan ook bepalend zijn voor hun overleving en hun vermogen om gewassen te bestuiven.
Hommelgedrag
Van bepaalde bestrijdingsmiddelen, met name de zogeheten neonicotinoïden, is bekend dat ze bijen en andere belangrijke insecten schade toebrengen en vermoedelijk bijdragen aan de afname van de bijenpopulatie. De reacties van bijenpopulaties op deze bedreiging lijken wereldwijd echter vaak te variëren. Dat wijst erop dat er andere, op elkaar inwerkende factoren in het spel zijn.
De onderzoekers bestudeerden zes gedragingen van hommels die werden blootgesteld aan twee pesticiden (imidacloprid en sulfoxaflor) bij drie verschillende temperaturen (21, 27 en 30 graden Celsius).
Vier van de gedragingen – het reactievermogen van de hommels, hun bewegingen, loopsnelheid en de snelheid waarop ze voedsel eten – werden door imidacloprid sterker beïnvloed bij koudere temperaturen. Dit wijst erop dat koude de toxiciteit van dit bestrijdingsmiddel kan verhogen voor gedragingen die belangrijk zijn voor nestwerkzaamheden.
Ander belangrijk gedrag – hoe ver de bijen konden vliegen – werd echter het sterkst beïnvloed door imidacloprid bij de hoogste temperatuur. Deze relatie vertoonde een sterke daling bij 30 graden Celsius, waarbij de vliegafstand hetzelfde bleef tussen 21 en 27 graden.
Omslagpunt
“De afname van vluchtprestaties bij de hoogste temperatuur suggereert dat een omslagpunt is bereikt in het vermogen van de bijen om de combinatie van temperatuur en blootstelling aan pesticiden te verdragen”, zegt hoofdonderzoeker Richard Gill. “Bovendien wordt voorspeld dat de frequentie waarmee bijen aan pesticiden en extreme temperaturen worden blootgesteld, onder invloed van de klimaatverandering zal toenemen.”
Gill en zijn team willen nu uitzoeken welke concentraties en toepassingstijden van pesticiden in verschillende klimaatgebieden in de wereld bestuivers, zoals bijen, het minst beïnvloeden. De optimale vliegafstand van deze diertjes garanderen is immers cruciaal omdat het de basis vormt van onze voedselzekerheid door bestuiving van belangrijke graangewassen, peulvruchten en fruitbomen.
“Dit werk, waarbij de relatie tussen temperatuur en pesticide-effecten wordt gekwantificeerd, moet helpen bij het modelleren van de risico’s van pesticiden in verschillende regio’s van de wereld naarmate het klimaat verschuift”, stellen de onderzoekers.
“Deze resultaten zijn belangrijk voor de ontwikkeling van een kader voor toxiciteitsprognoses, waarmee we kunnen voorspellen hoe bijenpopulaties zullen reageren op klimaatverandering terwijl ze in intensieve landbouwlandschappen leven”, zegt medeauteur Peter Graystock.
De studie is gepubliceerd in Global Change Biology.
Foto: Bijenstichting