Op 12 juli 2020 publiceerden we een interview met de Noorse wetenschapper Birger Sørensen, die op basis van eigen onderzoek concludeert dat het coronavirus “met 90% zekerheid” ontstaan is door menselijk ingrijpen in een laboratorium. Hij schreef daar twee artikelen over. Het artikel waarin hij de sterkste argumenten uiteen zet, wordt tot nu toe door wetenschappelijke uitgevers afgewezen voor publicatie. Het Noorse tijdschrift Minerva zette de publicatie online en vat de uitkomsten samen.
In het artikel laten Sørensen en zijn co-auteurs zien hoe zij denken dat het virus is geëvolueerd door experimenten in laboratoria.
Ze verwijzen naar eerdere openbare artikelen van Chinese en Amerikaanse onderzoekers, die aantonen hoe zij nieuwe chimerische virussen hebben gemanipuleerd, met het SARS-coronavirus als uitgangspunt.
Een chimerisch virus wordt gedefinieerd als een hybride micro-organisme dat wordt gemaakt door fragmenten van twee of meer micro-organismen te combineren waarbij ten minste een van de twee fragmenten de noodzakelijke genen voor replicatie bevat.
Sørensen noemt in zijn onderzoek verschillende ontwikkelingen, die Duurzaamnieuws al eerder meldde.
Van vleermuis naar mens
Een belangrijke link in het betoog van Sørensen is een onderzoeksproject onder leiding van de wereldberoemde Chinese wetenschapper Dr. Shi Zhengli van het Wuhan Virology Institute. Dat toonde in 2008 met succes aan hoe RBD’s (Receptor Binding Domain) uit kunnen worden gewisseld tussen vleermuis SARS-achtige en menselijke SARS-virussen.
In 2010 nam het Wuhan Virology Institute in 2010 opnieuw deel aan internationale ‘gain of function’-experimenten. Daarbij kreeg het SARS-coronavirus aanvullende eigenschappen die waren bedoeld om SARS-CoV besmettelijker te maken voor mensen. Ze gebruikten een HIV-pseudovirus om zeven bat ACE2-receptoren tot expressie te brengen en vergeleken hun bindende eigenschappen met menselijke ACE2-receptoren om het beste te kiezen voor het verder optimaliseren van het vermogen van een SARS-achtig coronavirus om zich te binden aan menselijke cellen”, schrijven de onderzoekers.
Amerika uit, Amerika in
In de periode 2014 t/m 2017 ( onder president Obama – red.) was dit soort onderzoek in de VS verboden, maar in december 2017 kondigden de Amerikaanse autoriteiten, inmiddels onder president Trump, aan dat dit soort onderzoeken opnieuw zou worden toegestaan.
Om verder op dit onderzoek voort te bouwen, zochten Shi en haar collega’s daarop de hulp van Amerikaanse onderzoekers.
Volgens Sørensen kregen Shi en haar collega’s echter hulp van de University of North Carolina in Chapel Hill in de VS, waar een menselijke celcultuur beschikbaar werd gesteld voor verder onderzoek naar SARS-coronavirus.
Samen manipuleerden ze vleermuisvirussen om een muis-aangepast chimeer virus SHC014-MA15 te creëren dat zich bindt aan en zich kan vermenigvuldigen op menselijke bovenste luchtwegcellen. Dat zijn precies de SARS-CoV-2 eigenschappen die Covid-19 veroorzaken.
Om een verband te leggen tussen de chimere virussen die zijn ontwikkeld door het Wuhan Institute of Virology en het Sars-CoV-2-virus, wijzen Sørensen cs op gebeurtenissen in 2016 toen een nieuw coronavirus varkens in China begon te infecteren. Deze ziekte, SADS genaamd, heeft uiteindelijk ongeveer 25 000 biggen gedood. De epidemie werd onderzocht door de onderzoeker van het Wuhan Institute of Virology en getest tegen alle bekende receptoren die door coronavirussen worden gebruikt, maar geen van deze werkte.
Ze trekken daaruit de conclusie dat “SADS een CoV-infectie is die gebruik maakt van nieuwe weefselspecifieke bindingsdomeinen”, en stelt dat het Sars-CoV-2-coronavirus direct of indirect eigenschappen heeft verkregen van het SADS-virus dat het mogelijk maakt dat het virus nieuwe receptoren gebruikt om zich te hechten aan menselijke cellen in de bovenste luchtwegen.
In het Chapel Hill onderzoek van 2015 werden alleen ACE2-receptoren besproken. In 2018 toonden Zhou P. et al echter mogelijkheden om andere receptoren zoals APN en DPP4 te klonen en deze te testen en te vergelijken met het (darm) weefselspecifieke SADS-CoV. Vervolgens worden in de Covid-19-pandemie van 2019-2020 meerdere symptomen gemeld die erop wijzen dat de bitter / zoete receptoren aangetast zijn.
Alles bij elkaar genomen betekent dit dat door gebruik te maken van na 2015 verkregen inzichten, een verdere optimalisatie van het chimere virus van 2015 voor extra binding aan receptoren / co-receptoren, zoals bittere / zoete specifieke epithelia-receptoren van de bovenste luchtwegen, heeft plaatsgevonden. Dat zou de hoge infectiviteit en pathologie van SARS-CoV-2 helpen verklaren en daarmee ook de sociale epidemiologie van de verspreiding ervan verklaren.
Ontsnapping
Het vrijkomen van een potentiële pandemische ziekteverwekker uit een laboratorium wordt door velen gezien als een te rampzalige gebeurtenis om zelfs maar te overwegen.
Maar veel wetenschappers beweren nu dat het al is gebeurd. In 1977 veroorzaakte het H1N1-griepvirus een epidemie in de Sovjet-Unie en China. Deze snel uitdijende epidemie was vrijwel geheel beperkt tot personen jonger dan 26 jaar. Een veel voorkomende verklaring voor deze eigenaardigheid is dat de epidemie werd veroorzaakt door een bevroren versie van het virus die in de jaren vijftig circuleerde, en op een of andere manier ontsnapte uit een lab.
Het is ook bekend dat het SARS-coronavirus dat de SARS-epidemie in 2003 veroorzaakte, minstens vier keer uit laboratoria in Zuidoost-Azië is ontsnapt. In 2003 bracht de WHO een verklaring uit waarin werd opgeroepen tot verhoogde veiligheidsmaatregelen in laboratoria die SARS-coronavirussen gebruiken.
Het laboratorium van het Wuhan Institute of Virology werd echter gebouwd om te voldoen aan veel strengere beveiligingsprotocollen dan die welke in 2003 door de WHO werden bekritiseerd.
Dr. Shi Zhengli van het Wuhan Institute of Virology ontkent furieus elke mogelijkheid dat het Sars-cov-2-virus uit het lab ontsnapt is. In een zeldzaam interview met de Scientific American legt Zhengli uit dat ‘ze de dossiers van de afgelopen jaren in haar eigen laboratorium heeft doorgenomen om te controleren op eventuele verkeerde behandeling van experimenteel materiaal, vooral tijdens de verwijdering’. Shi slaakte een zucht van verlichting toen de resultaten terugkwamen: geen van de sequenties kwam overeen met die van de virussen die haar team uit vleermuisgrotten had genomen.
Er blijft echter bezorgdheid bestaan over de operationele veiligheid bij het Wuhan Institute of Virology. In een artikel door Josh Rogin bij The Washington Post, verwijst Rogins naar een US Embassy Cable die door de Amerikaanse ambassade in Peking was gestuurd en waarin bezorgdheid werd geuit over de veiligheidsroutines in het laboratorium van Wuhan.
Op 7 juli is een WHO-onderzoek gestart om “de zoönotische bron van het virus en de wijze van introductie bij de mens te identificeren”.
Sørensens en zijn co-auteurs stellen dat dit onderzoek niet beperkt mag blijven tot het onderzoeken van de oorsprong van het Sars-Cov-2-virus, uitsluitend op basis van de aanname van een zoönotische (alleen van dieren afkomstige) bron.
Een volledige print van Sørensens-artikel is toegankelijk via deze link.
Lees het hele artikel op Minerva
Foto: Aksel Fridstrøm, Minerva